ECLI:NL:RBROT:2014:9179

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
6 november 2014
Publicatiedatum
10 november 2014
Zaaknummer
10/681057-13
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het in bezit hebben van kinderporno en het verleiden van een minderjarig meisje tot webcamseks

Op 6 november 2014 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, geboren in 1961, die werd beschuldigd van het in bezit hebben van een grote hoeveelheid kinderporno, het in bezit hebben van pornografische afbeeldingen met betrokkenheid van mensen en dieren, en het verleiden van een minderjarig meisje op de Filipijnen tot webcamseks. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 8 augustus 2012 in Oud-Beijerland 10.937 foto's en 1.092 films in bezit had, waarvan de inhoud seksuele gedragingen betrof van personen die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet hadden bereikt. Daarnaast had hij 2.550 foto's en 753 films in bezit waarin ontuchtige handelingen zichtbaar waren met zowel mensen als dieren. De verdachte heeft ook een minderjarig meisje, dat hij kende via de moeder, bewogen tot ontuchtige handelingen door haar 50 euro te beloven voor webcamseks.

De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar. De rechtbank heeft hierbij rekening gehouden met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd, en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan ernstige strafbare feiten die niet alleen schadelijk zijn voor de slachtoffers, maar ook voor de samenleving als geheel. De rechtbank heeft benadrukt dat kinderporno en seksuele uitbuiting van minderjarigen onacceptabel zijn en dat er een duidelijke boodschap moet worden afgegeven dat dergelijk gedrag niet getolereerd wordt.

De rechtbank heeft ook de in beslag genomen gegevensdragers onttrokken aan het verkeer, omdat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet. De verdachte is als licht verminderd toerekeningsvatbaar aangemerkt, maar dit heeft niet geleid tot een lagere straf, gezien de ernst van de feiten. De rechtbank heeft de verdachte de mogelijkheid geboden om zijn behandeling bij de reclassering voort te zetten, maar heeft tegelijkertijd de noodzaak van een gevangenisstraf benadrukt om de ernst van de gepleegde feiten te onderstrepen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Team straf 3
Parketnummer: 10/681057-13
Datum uitspraak: 6 november 2014
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1961,
ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie op het adres:
[adres en woonplaats].
Raadsman mr. D.H. van den Elzen, advocaat te Rotterdam.

ONDERZOEK OP DE TERECHTZITTING

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 23 oktober 2014.

TENLASTELEGGING

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht. Deze bijlage maakt deel uit van dit vonnis.

EIS OFFICIER VAN JUSTITIE

De officier van justitie mr. M. van de Berg heeft gerekwireerd tot:
- bewezenverklaring van het onder 1, 2 en 3 primair ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden met aftrek van voorarrest waarvan 8 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaren met de bijzondere voorwaarden dat de verdachte zich zal gedragen naar de aanwijzingen van Reclassering Nederland, het Therapieprogramma Seksueel Delictgedrag zal afronden en de verplichting zal nakomen om medewerking te verlenen aan controles in de computer op de aanwezigheid van kinderporno en aanverwante chatgesprekken.
Daarnaast heeft de officier van justitie gevorderd dat de goederen zoals genoemd op de beslaglijst in het dossier worden onttrokken aan het verkeer.

BEWEZENVERKLARING

Wettig en overtuigend is bewezen dat de verdachte het onder 1, 2 en 3 primair ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
1.
hij op
of omstreeks08 augustus 2012 te Oud-Beijerland,
in elk geval in
Nederland, een afbeelding en/ofeen gegevensdrager, bevattende
één of meer
afbeeldingen, te weten 10.937 foto's en
/of1.092 films van seksuele
gedragingen, te weten
-orale en
/ofvaginale en
/ofanale penetratie van het lichaam van een persoon
die kennelijke de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met een penis
en
/ofmet een vinger/hand en
/ofmet een voorwerp en
/ofmet de mond/tong en
/of
-orale en
/ofvaginale en
/ofanale penetratie door een persoon die kennelijk de
leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met een penis en
/ofmet een
vinger/hand en
/ofmet een voorwerp en
/ofmet de mond/tong en
/of
- betasting van de geslachtsdelen en
/ofborsten van een persoon die kennelijk
de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met een penis en
/ofmet een
vinger/hand
en/of met een voorwerpen
/ofmet de mond/tong en
/of
- betasting door een
eenpersoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog
niet heeft bereikt van geslachtsdelen en
/ofbillen en
/ofborsten en
/of
- poseren door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren niet heeft
bereikt, met nadruk op geslachtsdele
en en
/ofborsten en
/ofbillen door het geheel of gedeeltelijk naakt zijn en
/ofdoor niet bij de leeftijd
passende kleding en
/ofdoor uitsnede van de afbeelding en
/ofdoor make-up
en
/ofdoor een onnatuurlijke omgeving en
/ofdoor een striptease-act/houding
en
/ofdoor het camerastandpunt en
/ofdoor een onnatuurlijke houding en
/ofdoor
sadomasochistische elementen en
/of
-masturbatie bij het lichaam/gezicht van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt en
/of
-het spuiten van/zichtbaar maken van sperma op het lichaam van een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt en
/of
-het houden van een penis dicht bij het lichaam van een persoon die kennelijk
de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt bij welke vorenbedoelde afbeelding
(en
)(telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken, (telkens)in bezit heeft gehad
2.
hij op
of omstreeks08 augustus 2012 te Oud-Beijerland,
in elk geval in
Nederland, een afbeelding en/ofeen gegevensdrager, bevattende
één of meer
afbeeldingen, te weten 2.550 foto's en
/of753 films in bezit heeft gehad, terwijl op die afbeelding
(en
) (een)ontuchtige handeling
(en
)zichtbaar
is/zijn, een mens en een dier waren betrokken of schijnbaar waren betrokken, welke voornoemde ontuchtige handeling
(en
)bestonden uit:
- het penetreren van de mond en
/ofde vagina van (een) vrouw(en) met de penis van een paard en
/ofeen hond en
/of
- het penetreren van de vagina en
/ofanus van honden met vingers
3.
Primair
hij op
of omstreeks19 april 2012,
althans in de periode van 1 januari 2011
tot en met 8 augustus 2012te Oud-Beijerland,
althans te Nederland en/of op de
Filippijnen een of meermalendoor giften of beloften van geld of goed
of
misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht of door
misleiding, te weten door (aan haar of haar moeder
, althans een bekende van
haar) een geldbedrag (van 50 euro) te betalen
/beloven,een persoon, te weten
[naam 1], zich noemende [naam 2] (naar verluidt woonachtig op de Filippijnen),
waarvan verdachte wist
of redelijkerwijs moest vermoedendat deze de leeftijd
van achttien jaren nog niet had bereikt, opzettelijk heeft bewogen ontuchtige
handelingen, te weten
-het wrijven over haar vagina, althans in haar schaamstreek en
/of
-het spreiden van haar schaamlippen, te plegen
of zodanige handelingen van verdachte te dulden;
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

BEWIJSMOTIVERING

De overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan is gegrond op de inhoud van de wettige bewijsmiddelen, houdende daartoe redengevende feiten en omstandigheden. De bewijsmiddelen en de voor de bewezenverklaring redengevende inhoud daarvan zijn weergegeven in de aan dit vonnis gehechte bijlage II. Deze bijlage maakt deel uit van dit vonnis.

NADERE BEWIJSMOTIVERING

Ten aanzien van de feiten 1 en 2 heeft de raadsman zich op het standpunt gesteld dat de verhoren 1 en 2 (de rechtbank begrijpt: de twee processen-verbaal van verhoor van verdachte op 22 mei 2013) van het bewijs dienen te worden uitgesloten. Naar het oordeel van de raadsman heeft verdachte namelijk niet ondubbelzinnig en bewust afstand gedaan van het recht om voorafgaand aan deze verhoren een advocaat te consulteren.
De rechtbank overweegt als volgt. De verdachte heeft ter zitting een volledige bekentenis over de feiten 1 en 2 afgelegd en de rechtbank bezigt de verhoren 1 en 2 niet voor het bewijs. De rechtbank gaat derhalve voorbij aan voornoemd verweer.
Ten aanzien van feit 3 heeft de raadsman zich op het standpunt gesteld dat de verhoren 3 en 4 (de rechtbank begrijpt: de twee processen-verbaal van verhoor van verdachte op 23 mei 2013) van het bewijs dienen te worden uitgesloten. De raadsman is van mening dat er in deze verhoren sprake is van een nieuwe verdenking en dat verdachte derhalve opnieuw had moeten worden gewezen op het recht om voorafgaand aan deze verhoren een advocaat te raadplegen.
De rechtbank overweegt als volgt. Blijkens het dossier is verdachte op 22 mei 2013 na zijn aanhouding op enig moment door een (piket)advocaat bezocht. Verdachte is in het (eerste) verhoor van 23 mei 2013 spontaan gaan verklaren over het feit dat hij een keer met een dertienjarig meisje, genaamd [naam 2], heeft zitten webcammen en dat hij een filmpje had gemaakt. Deze verklaring van verdachte past in de context van de feiten waarvoor hij is aangehouden en in verzekering is gesteld en waarover hij werd verhoord, namelijk het bezit van kinderporno. De rechtbank is derhalve van oordeel dat op grond van deze omstandigheden geen sprake is van een nieuwe verdenking ten aanzien van een geheel ander(soortig) strafbaar feit. Dat het feit waarop deze bekentenis van verdachte betrekking heeft, nadien is aangemerkt als een afzonderlijk strafbaar feit doet daar niet aan af. De rechtbank verwerpt het verweer. Subsidiair heeft de raadsman zich op het standpunt gesteld dat het bestanddeel ‘bewegen’ niet kan worden bewezen. Het is volgens de raadsman onduidelijk op welke wijze [naam 2] is bewogen tot het plegen van ontuchtige handelingen en het is voorts onbekend door wie of wat zij is bewogen. Dat er door verdachte betaald is, betekent niet noodzakelijk dat de minderjarige daardoor en door hem is bewogen de ontuchtige handelingen te plegen, aldus de raadsman.
De rechtbank overweegt dat verdachte bij de politie heeft verklaard dat hij met een vrouw op de Filipijnen seks had via de webcam en dat hij haar daarvoor betaalde. Verdachte wist dat deze vrouw een dochter van 13 jaar genaamd [naam 2] had en hij vroeg ook regelmatig naar die dochter. Voorts heeft hij aan de moeder gevraagd of haar dochter ‘dat’ (de rechtbank begrijpt: seks via de webcam) misschien ook een keer wilde doen. Later heeft de moeder gezegd dat haar dochter een telefoon wilde kopen en daarvoor geld nodig had. Verdachte heeft toen onderhandeld over hoeveel geld deze dochter daarvoor wilde hebben. Dat was 50 euro. Verdachte heeft toen 50 euro overgemaakt en daarna heeft hij een chatsessie met dat meisje van 13 jaar gehad. Uit het dossier blijkt dat het meisje zich tijdens de chatsessie voor de webcam heeft uitgekleed en met haar vingers over haar vagina heeft gewreven en met haar handen haar schaamlippen uit elkaar heeft gehouden terwijl verdachte masturbeerde. Verdachte heeft van deze chatsessie een filmpje gemaakt en dat filmpje op zijn computer opgeslagen.
De rechtbank leidt uit deze feiten en omstandigheden af dat verdachte het initiatief heeft genomen tot het maken van een afspraak met de moeder voor webcamseks met haar minderjarige dochter op de Filipijnen, dat hij er vervolgens 50 euro voor heeft betaald en daarmee het minderjarige meisje ertoe heeft gebracht om voor de aan haar computer verbonden webcam haar kleding uit te doen en met haar vingers over haar vagina te wrijven en haar schaamlippen uit elkaar te houden en dat zij daarbij moest dulden dat verdachte masturbeerde. De rechtbank overweegt dat in casu door het betalen van een bedrag van 50 euro hetgeen naar Filipijnse maatstaf een zeer aanzienlijk bedrag is, het meisje is bewogen tot het plegen van de ontuchtige handelingen.
De rechtbank is het niet met de raadsman eens dat voor het ‘bewegen tot’ noodzakelijk is dat de verdachte de psychische weerstand van het meisje heeft gebroken. ‘Bewegen tot’ betekent immers het brengen van iemand tot iets door het aanwenden van een of meer in de delictsomschrijving genoemde middelen. Dat daarbij is vereist dat de psychische weerstand is gebroken, is niet een vereiste dat kan worden afgeleid uit de rechtspraak van de Hoge Raad. Het verweer wordt verworpen.

STRAFBAARHEID FEITEN

De bewezen feiten leveren op:

1. EEN GEGEVENSDRAGER, BEVATTENDE EEN AFBEELDING VAN EEN SEKSUELE GEDRAGING, WAARBIJ IEMAND DIE KENNELIJK DE LEEFTIJD VAN ACHTTIEN JAREN NOG NIET HEEFT BEREIKT, IS BETROKKEN OF SCHIJNBAAR IS BETROKKEN, IN BEZIT HEBBEN, MEERMALEN GEPLEEGD;

2. EEN GEGEVENSDRAGER, BEVATTENDE EEN AFBEELDING VAN EEN SEKSUELE GEDRAGING, WAARBIJ EEN MENS EN EEN DIER ZIJN BETROKKEN, IN BEZIT HEBBEN, MEERMALEN GEPLEEGD;

3. (primair)

DOOR GIFTEN OF BELOFTEN VAN GELD OF GOED, EEN PERSOON WAARVAN DE DADER WEET DAT DEZE DE LEEFTIJD VAN ACHTTIEN JAREN NOG NIET HEEFT BEREIKT, OPZETTELIJK BEWEGEN ONTUCHTIGE HANDELINGEN TE PLEGEN OF ZODANIGE HANDELINGEN VAN HEM TE DULDEN.

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
De feiten zijn dus strafbaar.

STRAFBAARHEID VERDACHTE

Uit het rapport dat is opgemaakt door psycholoog drs. J.J. van der Weele d.d. 5 augustus 2013 volgt dat mogelijk sprake is van pedofiele trekken en van problemen op sociaal-relationeel gebied, welke mogelijk in het kader van autistiforme kenmerken kunnen worden geplaatst. Dit was ook ten tijde van het plegen van het tenlastegelegde het geval. Verdachte kan als licht verminderd toerekeningsvatbaar worden aangemerkt.
De rechtbank volgt de conclusie van voormeld rapporteur op grond van de onderbouwing ervan en legt deze ten grondslag aan haar beslissing. Zij is van oordeel dat op grond van het strafdossier, het verhandelde ter terechtzitting en het rapport van voornoemde deskundige, voldoende vast is komen te staan dat de bewezen verklaarde feiten in licht verminderde mate aan verdachte kunnen worden toegerekend.
Nu ook overigens uit het onderzoek ter terechtzitting geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten, is verdachte strafbaar voor de door hem gepleegde strafbare feiten.

STRAFMOTIVERING

De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het in bezit hebben van een grote hoeveelheid kinderporno en het in bezit hebben van pornografische afbeeldingen waarbij mensen en dieren zijn betrokken. Daarnaast heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan het verleiden van een minderjarig meisje op de Filipijnen tot webcamseks.
Kinderporno is bijzonder ongewenst omdat bij de vervaardiging ervan kinderen seksueel worden misbruikt en geëxploiteerd. Verdachte moet mede verantwoordelijk worden gehouden voor genoemd seksueel misbruik van kinderen, omdat hij, door kinderporno te verzamelen, heeft bijgedragen aan de instandhouding van de vraag ernaar. Voor een effectieve bestrijding van kinderporno is het noodzakelijk om degenen aan te pakken die kinderporno vervaardigen, maar ook degenen die kinderporno verzamelen.
Daarnaast heeft verdachte een hoeveelheid dierenpornografie voorhanden gehad, hetgeen de rechtbank eveneens schadelijk acht. De integriteit van dieren moet worden beschermd.
Verdachte heeft verder een meisje van 13 jaar op afstand misbruikt door haar te verleiden tot webcamseks. Verdachte heeft door het overmaken van 50 euro, zijnde een zeer aanzienlijk bedrag op de Filipijnen, het meisje bewogen om voor zijn gerief ontuchtige handelingen te plegen voor de webcam. Dit is een vorm van kindersekstoerisme en van seksuele uitbuiting die niet getolereerd kan worden. Verdachte heeft met voor zichzelf een minimum aan kosten een dertienjarig meisje dat ver weg leeft onder vermoedelijk schrijnende omstandigheden misbruikt, enkel en alleen voor zijn eigen seksueel gerief. Dergelijk misbruik is verwerpelijk en onacceptabel.
Bij de bepaling van de strafmaat heeft de rechtbank acht geslagen op het aantal afbeeldingen dat verdachte in bezit had, de duur dat verdachte de afbeeldingen in zijn bezit heeft gehad, de leeftijd van de kinderen op de afbeeldingen en de aard van de handelingen waartoe de kinderen zijn gedwongen. De rechtbank overweegt in het bijzonder dat het gaat om een gigantische hoeveelheid afbeeldingen, ook ter zake van dierenporno. De rechtbank rekent verdachte voorts de bewezenverklaarde verleiding van het Filipijnse meisje buitengewoon zwaar aan. De rechtbank acht het verder strafverzwarend dat verdachte van de seksuele handelingen, waartoe hij het meisje heeft bewogen, filmopnamen heeft gemaakt, welke hij op zijn computer had opgeslagen, waarmee verdachte in feite zelf kinderporno heeft vervaardigd.
Wat de persoon van de verdachte en zijn persoonlijke omstandigheden betreft, heeft de rechtbank gelet op het Uittreksel Justitiële Documentatie van 7 oktober 2014 waaruit blijkt dat verdachte niet eerder voor soortgelijke feiten met politie en justitie in aanraking is geweest. Voorts heeft de rechtbank gelet op voornoemd rapport van de psycholoog Van der Weele d.d. 5 augustus 2013 en de rapporten van de reclassering d.d. 22 juli 2013 en 20 oktober 2014.
Uit het laatste genoemde rapport blijkt dat verdachte sinds 1 april 2014 deelneemt aan het Therapieprogramma Seksueel Delictgedrag (T.S.D.). Zijn behandelaar vindt dat verdachte zijn best doet in de therapie en dat hij bereid is om naar zichzelf te kijken.
Door de reclassering is geadviseerd om aan verdachte een gedeeltelijk voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen met daaraan gekoppeld de bijzondere voorwaarden van reclasseringstoezicht en een behandelverplichting.
De verdediging heeft verzocht verdachte niet terug te sturen naar de gevangenis omdat hij dan zijn huis kwijt zou raken en de behandeling bij Het Dok zou stagneren terwijl verdachte juist beloond zou moeten worden omdat hij deze intensieve behandeling vrijwillig is begonnen.
Hoewel de rechtbank het positief waardeert dat verdachte vrijwillig hulp heeft gezocht en reeds aan de T.S.D. behandeling bij Het Dok is begonnen, ziet zij gezien de ernst van de feiten geen ruimte om te volstaan met een gevangenisstraf conform de duur van het voorarrest. Verdachte heeft zich immers niet alleen schuldig gemaakt aan het bezit van kinderporno en dierenporno, maar hij heeft zich blijkens feit 3 ook schuldig gemaakt aan seksueel misbruik van een dertienjarig Filipijns meisje. Op deze combinatie van feiten kan niet anders worden gereageerd dan met een gevangenisstraf van geruime duur.
De raadsman heeft tevens een beroep gedaan van schending van de redelijke termijn.
De rechtbank neemt als aanvangstijdstip van de redelijke termijn de datum van de inbeslagname van de gegevensdragers in het huis van verdachte, te weten 8 augustus 2012. Tussen die datum en de datum van dit vonnis zit een periode van 27 maanden. Uit vaste jurisprudentie van de Hoge Raad valt af te leiden dat door de Hoge Raad als uitgangspunt voor de redelijke termijn een periode van 24 maanden wordt aangehouden. In de onderhavige strafzaak is derhalve sprake van een overschrijding van de redelijke termijn met drie maanden. Gelet op het verloop van het strafproces en de geringe mate van overschrijding zal de rechtbank hieraan geen consequenties verbinden en volstaan met de enkele vaststelling dat inbreuk is gemaakt op artikel 6, eerste lid, van het EVRM.
Alles overwegend, zal de rechtbank verdachte, conform de eis van de officier van justitie, veroordelen tot een gevangenisstraf van 24 maanden waarvan 8 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar. De hieraan te verbinden proeftijd maakt het enerzijds mogelijk reclasseringstoezicht en de (ambulante) behandeling T.S.D. op te leggen zodat verdachte deze positief kan afronden; anderzijds dient zij als extra waarschuwing voor verdachte om zich in de toekomst van het plegen van strafbare feiten te onthouden.

IN BESLAG GENOMEN VOORWERPEN

De officier van justitie heeft gevorderd dat de in beslag genomen gegevensdragers (zoals vermeld op de beslaglijst in het dossier) worden onttrokken aan het verkeer.
De in beslag genomen gegevensdragers (zoals vermeld op de beslaglijst) zullen worden onttrokken aan het verkeer. Het ongecontroleerde bezit daarvan is in strijd met de wet.

TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

Gelet is op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 36b, 36c, 36d, 57, 240b, 248a en 254a van het Wetboek van Strafrecht.

BESLISSING

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte de onder 1, 2 en 3 primair ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
24 (vierentwintig) maanden;
bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte, groot
8 (acht) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd,tenzij de rechtbank later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van de
proeftijd, die hierbij wordt gesteld op
3 (drie) jaar,na te melden voorwaarden overtreedt;
stelt als algemene voorwaarden:
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken en inzage in zijn computer(s) daaronder begrepen;
stelt als bijzondere voorwaarden:
- de veroordeelde zal zich melden bij Reclassering Nederland, zolang en frequent als die reclasseringsinstelling noodzakelijk vindt;
- de veroordeelde zal de inmiddels gestarte TSD behandeling bij Het Dok te Rotterdam, of soortgelijke instelling, positief afronden;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
beslist ten aanzien van de voorwerpen, geplaatst op de lijst van inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, als volgt:
- verklaart onttrokken aan het verkeer: de gegevensdragers zoals genoemd op de als bijlage III gevoegde beslaglijst.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. M.A.C. Prins, voorzitter,
en mr. G.M. Munnichs en mr. D. van Putten,
in tegenwoordigheid van mr. H.E.M. Broeders, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 6 november 2014.
De jongste rechter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.

TEKST TENLASTELEGGING

Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1.
hij op of omstreeks 08 augustus 2012 te Oud-Beijerland, in elk geval in
Nederland, een afbeelding en/of een gegevensdrager, bevattende één of meer
afbeeldingen, te weten 10.937 foto's en/of 1.092 films van seksuele
gedragingen, te weten -orale en/of vaginale en/of anale penetratie van het lichaam van een persoon
die kennelijke de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met een penis
en/of met een vinger/hand en/of met een voorwerp en/of met de mond/tong en/of -orale en/of vaginale en/of anale penetratie door een persoon die kennelijk de
leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met een penis en/of met een
vinger/hand en/of met een voorwerp en/of met de mond/tong en/of - betasting van de geslachtsdelen en/of borsten van een persoon die kennelijk
de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met een penis en/of met een
vinger/hand en/of met een voorwerp en/of met de mond/tong en/of - betasting door een een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog
niet heeft bereikt van geslachtsdelen en/of billen en/of borsten en/of - poseren door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren niet heeft
bereikt, met nadruk op geslachtsdeleen en/of borsten en/of billen door het geheel of gedeeltelijk naakt zijn en/of door niet bij de leeftijd
passende kleding en/of door uitsnede van de afbeelding en/of door make-up
en/of door een onnatuurlijke omgeving en/of door een striptease-act/houding
en/of door het camerastandpunt en/of door een onnatuurlijke houding en/of door
sadomasochistische elementen en/of -masturbatie bij het lichaam/gezicht van een persoon die kennelijk de leeftijd
van 18 jaren nog niet heeft bereikt en/of -het spuiten van/zichtbaar maken van sperma op het lichaam van een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt en/of -het houden van een penis dicht bij het lichaam van een persoon die kennelijk
de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt bij welke vorenbedoelde afbeelding(en) (telkens) een persoon die kennelijk de
leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar
was betrokken, (telkens)in bezit heeft gehad
2.
hij op of omstreeks 08 augustus 2012 te Oud-Beijerland, in elk geval in
Nederland, een afbeelding en/of een gegevensdrager, bevattende één of meer
afbeeldingen, te weten 2.550 foto's en/of 753 films in bezit heeft gehad, terwijl op die afbeelding(en) (een) ontuchtige handeling(en) zichtbaar
is/zijn, een mens en een dier waren betrokken of schijnbaar waren betrokken, welke voornoemde ontuchtige handeling(en) bestonden uit: - het penetreren van de mond en/of de vagina van (een) vrouw(en) met de penis
van een paard en/of een hond en/of - het penetreren van de vagina en/of anus van honden met vingers
3.
Primair
hij op of omstreeks 19 april 2012, althans in de periode van 1 januari 2011
tot en met 8 augustus 2012 te Oud-Beijerland, althans te Nederland en/of op de
Filippijnen een of meermalen door giften of beloften van geld of goed of
misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht of door
misleiding, te weten door (aan haar of haar moeder, althans een bekende van
haar) een geldbedrag (van 50 euro) te betalen/beloven, een persoon, te weten
[naam 1], zich noemende [naam 2] (naar verluidt woonachtig op de Filippijnen),
waarvan verdachte wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat deze de leeftijd
van achttien jaren nog niet had bereikt, opzettelijk heeft bewogen ontuchtige
handelingen, te weten -het wrijven over haar vagina, althans in haar schaamstreek en/of -het spreiden van haar schaamlippen, te plegen of zodanige handelingen van verdachte te dulden;
Subsidiair
hij op of omstreeks 19 april 2012 althans in de periode van 1 januari 2011
tot en met 8 augustus 2012 te Oud-Beijerland, althans te Nederland en/of op de
Filippijnen, één of meermalen een afbeelding en/of een gegevensdrager,
bevattende één of meer afbeeldingen van seksuele gedragingen, te weten -het wrijven over de vagina, althans in de schaamstreek en/of -het spreiden van de schaamlippen, bij welke vorenbedoelde afbeelding(en)
(telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had
bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken, heeft vervaardigd "U dient er rekening mee te houden dat degene die rechtstreeks schade heeft
geleden door een op deze dagvaarding vermeld strafbaar feit, zich terzake van
zijn vordering tot schadevergoeding als benadeelde partij kan voegen in het
Strafproces. Conform het bepaalde in artikel 51 b van het Wetboek van
Strafvordering is het mogelijk dat de vordering later schriftelijk, namelijk
voor de aanvang van de terechtzitting, danwel mondeling tijdens de
terechtzitting wordt ingediend. Indien thans aan het openbaar ministerie
bekend is of benadeelde partij zich heeft gevoegd, treft u de inhoud van diens
vordering en de daarbij vermelde gronden op deze dagvaarding aan."