ECLI:NL:RBROT:2014:4735
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering van schuldhulpverlening op basis van WOZ-waarde en hypotheeklasten
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 17 juni 2014 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. A.P. van Elswijk, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam, vertegenwoordigd door mr. M. van Andel. Eiseres had een aanvraag ingediend voor schuldhulpverlening op basis van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs), maar deze aanvraag werd op 30 mei 2013 door verweerder afgewezen. De afwijzing was gebaseerd op de overweging dat eiseres in staat was haar schulden zelf te voldoen door de verkoop van haar woning, waarvan de hypotheek aanzienlijk lager was dan de WOZ-waarde. Eiseres stelde dat de verkoop van haar woning zou leiden tot kapitaalvernietiging en dat zij bij verkoop na 1 januari 2015 recht zou hebben op het volledige verkoopbedrag.
De rechtbank oordeelde dat verweerder terecht had geoordeeld dat er geen noodzaak was voor schulddienstverlening, aangezien eiseres met de opbrengst van de verkoop van haar woning haar schulden kon aflossen. De rechtbank wees erop dat eiseres niet of nauwelijks zelf actie had ondernomen om haar schulden te regelen en dat haar persoonlijke voorkeur voor aflossing niet leidde tot een noodzaak voor schulddienstverlening. De rechtbank concludeerde dat het beleid van verweerder in overeenstemming was met de Wgs en dat de afwijzing van de aanvraag terecht was. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.