Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Het verloop van de procedure
- het exploot van dagvaarding met producties;
- de conclusie van antwoord tevens eis in (voorwaardelijke) reconventie met producties;
- de conclusie van antwoord in reconventie met een productie;
- het vonnis van 3 september 2013, waarin een comparitie van partijen is bepaald;
- het proces-verbaal van de comparitie van partijen, gehouden op 8 januari 2014;
- de brief van 6 februari 2014 aan de zijde van [werkgever].
2.De vaststaande feiten
€ 6.360,52.
3.De vorderingen en de stellingen van partijen
4.De beoordeling van het geschil
€ 400,68 bruto moet worden toegekend.