Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- het tussenvonnis van 3 oktober 2012 en de daarin genoemde stukken
2.De feiten
This special and remarkable Jensen 541 is in very good to excellent condition and the car drives impressive. (…) The automobile was extensively and body off restored in the past.“
€ 33.875,=.
Bei der aktuellen Besichtigung und Probefahrt entsprach der Wagen den von Herrn [gedaagde] (unter www.lexclassics.nl und www.carandclassics.co.uk) gemachten Angaben.“
Kaufer/Verkäufer stellen auf der Grundlage der gelisteten Ergebnissen für den Jensen gemeinsam eine Zustandnote 2 fest, die die Grundlage ihrer Preisverhandlung bildete, die letztendlich zum vereinbarten Kaufpreis führte.”
het chroomwerk
de carburateurs
sloten/sleutels
lakwerk motorkap
ophanging uitlaat
(sierlijsten,afwerking) portieren
diverse delen onderzijde auto behandelen met een roetwerend middel
de stroomverdeler
elektrische installatie
olielekkages
(rubbers) Panhardstang
instrumentenverlichting
hemelbekleding
3.Het geschil
4.De beoordeling
Zeer goede originele staat, of op professionele wijze gerestaureerd, geen technische gebreken, alleen geringe gebruikssporen. Minimale concessies met betrekking tot de leeftijd van de auto, geen ontbrekende delen.Hoewel dit geen officiële classificatie is, is dit de toestand die [eiser] mocht verwachten nu partijen dat in de overeenkomst hebben vastgelegd.
very good to excellent condition”en “
extensively and body off restored in the past”(advertentie 4 november 2010). Zelfs als juist zou zijn- zoals [gedaagde] stelt – dat body-off slechts betekent dat de auto volledig uit elkaar is geweest en niets zegt over de kwaliteit van de restauratie, geeft het geheel van deze aanprijzing een zeer goede tot excellente staat aan. Het verwachtingsniveau dat door die aanprijzing wordt gewekt, stemt overeen met het verwachtingsniveau dat door restauratietoestand 2 en dat volgens de deskundige ook met de term body-off wordt gewekt: men mag er bij een body-off restauratie van uit aan dat de auto in een zeer goede tot uitmuntende originele staat verkeert.
minimaal” nodig zijn om de auto in restauratietoestand 2 te brengen. Daar is volgens zijn schatting en uitgaande van de offertes van CCW en Hoff Fahrzeuge globaal € 6.000 mee gemoeid.
[gedaagde] voert aan dat een lakprocedé is toegepast en dat dit bekend was bij [eiser]. De rechtbank is van oordeel dat, zelfs als [eiser] wist – wat hij betwist - dat niet is verchroomd, hij niet hoefde te verwachten dat het chroom dat in Anlage I ten tijde van de levering als goed is omschreven, een jaar later – tijdens de inspectie van de deskundige - reeds losliet en van matige kwaliteit is. Bovendien merkt de deskundige op dat verchromen hoort bij een klassieker en heeft CCW ook opgemerkt dat het chroom van diverse onderdelen vernieuwd moet worden.
vulmiddel (plamuur) is plaatselijk bij de haken ten behoeve van de vergrendeling gebarsten, eraf gesprongen” (punt 21 onder 5.2 en 6.14). Dat dit bij de aflevering door [eiser] zou zijn afgedaan als “Kein Problem” – zoals [gedaagde] aanvoert - wordt niet bevestigd door Anlage I (punt 21).
Die Montagegummis der Panhardstabes fehlen teilweise komplett und müssen ersetzt werden”.
Die Originalinstrumente sind vorhanden und funktionieren alle.”
Het feit dat [eiser] twee van de gebreken kende of had kunnen kennen (elektrische installatie en (sierlijsten, afwerking) portieren) is onvoldoende om tot een andere conclusie te komen. De schatting van de globale herstelkosten zal wegens dit laatste wel iets naar beneden moeten worden bijgesteld. De rechtbank gaat uit van een schatting ergens tussen de € 3.390,= (CCW) en € 6.000,=.
Deze tekortkoming gaf aan [eiser] de bevoegdheid om de overeenkomst te ontbinden, zoals zijn Duitse advocaat – onbetwist - kort na de koop buitengerechtelijk heeft gedaan. [eiser] stelt niet op welke datum de ontbinding plaatsvond ([gedaagde] ook niet). Maar dat moment moet zijn geweest voor 22 februari 2011. Op die dag heeft de Nederlandse advocaat van [eiser] de eerdere ontbinding immers bevestigd.
- met inachtneming van de regels van ongerechtvaardigde verrijking voordeel heeft genoten (artikel 6:78 BW), of