ECLI:NL:RBROT:2014:2646
Rechtbank Rotterdam
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om gedwongen schuldregeling door gemeente Hellevoetsluis
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 23 januari 2014 uitspraak gedaan in een verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling door verzoeker, die in financiële problemen verkeerde. Verzoeker had op 25 november 2013 een verzoek ingediend om een of meer schuldeisers, waaronder de gemeente Hellevoetsluis, te bevelen in te stemmen met een aangeboden schuldregeling. De gemeente weigerde echter mee te werken aan deze regeling, wat leidde tot de procedure. Tijdens de zitting op 9 januari 2014 zijn zowel verzoeker als vertegenwoordigers van de gemeente gehoord. Verzoeker had 26 schuldeisers, met een totale schuld van € 34.391,68, en had een regeling aangeboden die voorzag in een betaling van 9,08% aan de preferente schuldeiser en 4,04% aan de concurrente schuldeisers. De gemeente, met een vordering van € 6.566,66, stelde dat zij een bijzondere positie had en dat de lening die zij had verstrekt niet onder de schuldregeling viel. De rechtbank heeft de argumenten van beide partijen zorgvuldig afgewogen. De rechtbank concludeerde dat de gemeente in redelijkheid niet kon weigeren in te stemmen met de schuldregeling, gezien het feit dat 25 van de 26 schuldeisers akkoord waren gegaan. De rechtbank oordeelde dat het belang van verzoeker en de overige schuldeisers zwaarder woog dan dat van de gemeente. Het verzoek om de gemeente te bevelen in te stemmen met de schuldregeling werd toegewezen, en de gemeente werd veroordeeld in de kosten van de procedure. De rechtbank stelde vast dat er een gedwongen schuldregeling was afgekondigd, die de vrijwillige instemming van de schuldeisers verving, en wees het subsidiaire verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling af.