Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Het verloop van de procedure
- het exploot van dagvaarding van 8 augustus 2013, met producties;
- het proces-verbaal van het mondelinge antwoord van gedaagde, met producties;
- het vonnis van 11 december 2013, waarbij een comparitie van partijen is gehouden;
- het proces-verbaal van de op 20 februari 2014 gehouden comparitie van partijen, waarbij beide partijen zijn verschenen;
- de brief van 28 maart 2014 waarin eiseres verzoekt vonnis te wijzen;
- de brief van 1 april 2014 waarin gedaagde verzoekt om aanhouding;
- de akte aan de zijde van eiseres met producties;
- de brief van 29 april 2014 van gedaagde.
2.De vaststaande feiten
2 augustus 2010 afgegeven vergunning en de voorschriften van de Waterwet niet heeft nageleefd, door niet
€ 20.250,00 (€ 5.000,00, € 5.000,00, € 9.000,00 en € 1.250,00) verbeurt indien niet vóór 13 februari 2013 aan de voorschriften van de aan gedaagde verleende vergunning en de Keur Delfland 2010 werd voldaan.