ECLI:NL:RBROT:2013:CA2207
Rechtbank Rotterdam
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen rechter in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de rechtbank Rotterdam op 28 mei 2013 een wrakingsverzoek afgewezen dat was ingediend door verzoekster tegen mr. T. Damsteegt, rechter in de rechtbank Rotterdam. Het wrakingsverzoek volgde op een zitting die op 19 april 2013 had plaatsgevonden, waarbij verzoekster's advocaat niet aanwezig was. De advocaat had zich verontschuldigd en aangegeven dat hij onderweg was, maar de rechter besloot de zitting te starten zonder te wachten op de advocaat. Verzoekster stelde dat dit haar belangen had geschaad en dat zij geen eerlijk proces had gekregen, in strijd met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).
De wrakingskamer heeft het dossier van de bestuursrechtelijke procedure bekeken, inclusief het proces-verbaal van de zitting van 19 april 2013. Tijdens de behandeling van het wrakingsverzoek op 28 mei 2013 was er niemand aanwezig. De wrakingskamer heeft de argumenten van verzoekster en de reactie van de rechter in overweging genomen. De rechter betwistte de claims van partijdigheid en gaf aan dat hij had gewacht op de advocaat, maar dat deze niet op tijd was verschenen.
De rechtbank oordeelde dat de rechter niet onpartijdig had gehandeld en dat er geen uitzonderlijke omstandigheden waren die de vrees voor partijdigheid rechtvaardigden. De beslissing om de zitting te sluiten zonder de advocaat was niet onredelijk, gezien de omstandigheden. De rechtbank concludeerde dat het verzoek tot wraking ongegrond was en wees het af. Deze beslissing werd genomen in aanwezigheid van de griffier, J.A. Faaij, en is openbaar uitgesproken.