ECLI:NL:RBROT:2013:BZ0135
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Te late betaling griffierecht en toepassing hardheidsclausule
In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Rotterdam, ging het om de te late betaling van het griffierecht door de eiseres. De eiseres, wonende te New York en vertegenwoordigd door advocaat mr. L.K. Tsui, had het griffierecht niet tijdig voldaan, wat volgens de wet verplicht was. De rechtbank stelde vast dat het griffierecht uiterlijk op 14 november 2012 betaald moest zijn, maar dat dit pas op 29 november 2012 was ontvangen. De gedaagde, wonende te Rotterdam en vertegenwoordigd door advocaat mr. M.A. Collet, had geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om een antwoordakte in te dienen.
De rechtbank oordeelde dat de eiseres geen recht had op toepassing van de hardheidsclausule, ondanks haar argument dat haar advocaat geen factuur had ontvangen en dat de aanmaning pas na de deadline was ontvangen. De rechtbank benadrukte dat het de verantwoordelijkheid van de eiseres was om ervoor te zorgen dat het griffierecht tijdig werd betaald, ongeacht of er een factuur was ontvangen. De rechtbank verwees naar de relevante wetgeving, die stelt dat het griffierecht verschuldigd blijft, ook als de termijn is verstreken.
Uiteindelijk besloot de rechtbank om de gedaagde van de instantie te ontslaan en de eiseres te veroordelen in de proceskosten, die werden begroot op € 1.715. Dit vonnis werd uitgesproken door mr. Th. Veling op 23 januari 2013.