Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[Eiser 1],
[Eiser 2],
[Gedaagde 2],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 6 februari 2013,
- de akte uitlating van Merwestreek, met producties,
- de antwoordakte houdende vermeerdering van eis tevens incidentele conclusie houdende een provisionele vordering van [alle eisers], met producties,
- de antwoordakte tevens antwoord vermeerdering van eis, tevens antwoord incidentele conclusie houdende provisionele vordering, tevens incidentele conclusie houdende provisionele vorderingen van Merwestreek (hierna de antwoordakte van 22 mei 2013),
- conclusie van antwoord in het incident tevens akte van [alle eisers]
2.De feiten
3.verdere omschrijving van het geschil in de hoofdzaak
4.Het geschil in de incidenten
Incident I
5.De verdere beoordeling in de hoofdzaak
Toelaatbaarheid § 4-32 antwoordakte van Merwestreek
Indien één van de partijen, na bij deurwaardersexploit in gebreke te zijn gesteld, gedurende acht dagen tekortschiet in de nakoming van één of meer van haar verplichtingen is deze partij in verzuim en heeft de wederpartij de al dan niet subsidiaire keus tussen:
(…)
De overeenkomst door een schriftelijke verklaring voor ontbonden te verklaren en betaling van een onmiddellijk opeisbare boete te vorderen van tien procent van de koopprijs
Betaalde of verschuldigde boete strekt in mindering op eventueel verschuldigde schadevergoeding met rente en kosten.
(…)”
15.480,00(6 punten × tarief EUR 2.580,00)
5.160,00(2 punten × tarief EUR 2.580,00)
6.De beoordeling in de incidenten
7.De beslissing
- in de proceskosten van het geschil tegen de notaris, aan de zijde van de notaris tot op heden begroot op EUR 6.574,00, te voldoen binnen veertien dagen na dagtekening van dit vonnis, te vermeerderen met wettelijke rente te rekenen vanaf die betalingstermijn tot de voldoening;
- in de kosten die na dit vonnis aan de zijde van de notaris zullen ontstaan, begroot op EUR 131,-- aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden en de veroordeelde niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan, met een bedrag van EUR 68,-- aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf bedoelde betalingstermijn tot de voldoening,