In deze civiele procedure heeft de Rechtbank Rotterdam op 27 november 2013 uitspraak gedaan in de zaak tussen VOS & DE LANGE ADVOCATEN, eiseres, en een gedaagde wonende te Puttershoek. Eiseres vorderde betaling van onbetaalde declaraties ter hoogte van € 34.248,99, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke kosten. De gedaagde betwistte de hoogte van de declaraties en voerde aan dat er een prijsafspraak was gemaakt, waarbij slechts tot € 10.000,00 zou worden gedeclareerd. De rechtbank oordeelde dat er geen prijsafspraak was gemaakt en dat de gedaagde niet had aangetoond dat de declaraties onterecht waren. De rechtbank stelde vast dat de gedaagde de declaraties niet had betaald vanwege geldgebrek en niet vanwege een betwisting van de hoogte van de declaraties. De rechtbank oordeelde dat de vordering tot betaling van de declaraties toewijsbaar was, evenals de vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke kosten. De gedaagde werd veroordeeld in de proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad.