I. IPW is verantwoordelijk voor de detailengineering en detailuitvoering van de elektrische installaties conform bestek en beschikbaar gestelde standaards;
2. IPW is verantwoordelijk voor de vaststelling van de kabelloop binnen de eisen van bestek;
3. Bij onze aanbieding zijn we uitgegaan van een integrale aanpak van engineering, elektrische installatie en besturing, met name ten aanzien van coördinatie, integraal ontwerp en in-bedrijf-stelling.
Specifiek ten aanzien van de besturing zijn we ervan uitgegaan dat dit door IPW in onderaanneming van ABB uitgevoerd kan worden, zodat efficiency bereikt kan worden in:
(…) Door de integrale aanpak ligt de totale verantwoordelijkheid bij IPW, waarmee
prijsopdrijving door tegenstrijdige belangen en verschillende interpretatie van deelverantwoordelijkheden voorkomen wordt. (…)”
2.4
Een brief van Landustrie aan Imtech d.d. 10 april 2001 luidt voor zover thans van belang:
“(…)
Hiermede bevestigen wij de afspraken tussen Imtech en Landustrie Sneek BV, gemaakt op 12 juli 2000.
Kern van deze afspraak is dat, in geval Landustrie Sneek BV opdracht krijgt voor de mechanische- en elektrische installatie van de RWZI Tiel, de elektrische en besturingsinstallatie in opdracht gegeven zal worden aan de firma Imtech.
Voorts werd overeengekomen dat Imtech volledig verantwoordelijk is voor het ontwerp, productie, montage, opleveren en garanderen van deze installaties. Dit op basis van het "Programma van Eisen", nader uitgewerkt in uw aanbieding en verder genuanceerd in uw schrijven Jvtneb101 d.d. 26-07-2000.
Waarbij wij nog opmerken dat:
-De firma ABB geen bezwaar heeft tegen het feit dat de werkzaamheden ten behoeve van de besturing in onderaanneming door Imtech uitgevoerd kunnen worden.
-Imtech en Landustrie Sneek BV overeengekomen zijn dat volgens de integrale aanpak, zoals genoemd in het schrijven van 26-07-2000, er geen verrekening zal plaatsvinden van financiële mee- of tegenvallers. Hieraan ligt wederom het "Programma van Eisen" ten grondslag.
Omtrent de aanneemsom werd overeengekomen dat er door u een korting wordt verleend van 3 % op de offerteprijs van fl. 5.300.000,-
Op basis van het bovenstaande bent u reeds vanaf oktober 2000 betrokken in de overlegstructuur. (…)”
2.5
Een mail van Landustrie aan Imtech d.d. 3 september 2002 luidt voor zover thans van belang: “(…)
lijkt het mij goed een eerste reactie te geven op jullie voorstel tot opdrachtsomschrijving.
Er zal een 'back-to-back’ regeling in moeten komen. Dit is voor gunning besproken met jullie mensen. Er is zelfs sprake geweest om Imtech partner naast de andere te maken. Hier was het echter te kort dag voor en er is afgesproken "één op één" mee te gaan. (…)”
2.6
Een faxbrief van 11 september 2002 van Imtech aan Landustrie luidt voor zover thans van belang: ”(…)
Voor wat betreft de "back to back" regeling heeft u in zoverre gelijk dat met onze heer
[Y] besproken is dat deze regeling geldt voor de ontwerpen en engineering die door Imtech uitgevoerd zijn t.b.v. het goed functioneren van de betreffende installaties. De "back to back" regeling geldtnietvoor het procestechnologisch ontwerp van derden. Een en ander dient eenduidig in het contract verwerkt te worden. (…)”
2.7
Tussen partijen is op 11 oktober 2002 een overeenkomst gesloten; deze luidt voor zover thans van belang:”(…)
Hierbij geven wij(Landustrie, opm. rb)
u(Imtech, opm. rb)
opdracht voor de complete elektrotechnische- en besturingsinstallatie voor de uitbreiding van RWZI Tiel, voor de vaste prijs van € 2.562.892,04 (incl. indexering, excl. BTW en excl. Stelposten) Voor de opdracht geldt een zgn. "back to back" regeling zoals genoemd in onze algemene inkoopvoorwaarden. De realisatie zal plaatsvinden op basis van de volgende documenten:
- Deze Opdrachtbrief inclusief bijlagen.
- De opdrachtbrief van WS Rivierenland aan de BLD-Tiel Vof, datum 9 april 2002, kenmerk Bui 2002-2035, inclusief bijlagen.
- Definitief Ontwerp versie febr. 2002 met demarcatie documenten.
- Programma van eisen (PvE), dd 30 juli 1999, inclusief bijlagen(…).
- De Combinatieovereenkomst d.d. nov.1999. Daar waar Landustrie wordt bedoeld en omschreven staat dient met betrekking tot de E-werkzaamheden Imtech Infratechniek B.V. te worden gelezen. Dit overeenkomstig de verplichtingen en rechten voortvloeiend uit de "back-to-back" regeling.
Onze Algemene inkoopvoorwaarden zijn alleen als aanvullend document te lezen en zijn in die zin alleen dán van toepassing indien bovenstaande overeenkomsten geen duidelijkheid bieden.
De aanbieding van Imtech Projects d.d. 26 oktober 1999 (…).
Het schrijven van Imtech Projects d.d. 26 juli 2000 (…)
Bovenstaande stukken staan in volgorde van prioriteit en dienen slechts in die hoedanigheid gelezen te worden bij misverstanden over de leveringsverplichtingen.
De "back to back” regeling is niet van toepassing op eventuele aanpassing
voortvloeiend uit procestechnische veranderingen bij het niet voldoen aan de effluent eisen bij oplevering zoals omschreven in het Programma van Eisen. Kleine aanpassingen tijdens de bouw vallen niet onder deze uitsluiting. (…)”
2.8
Een brief van Landustrie aan Imtech d.d. 15 februari 2005 luidt voor zover thans van belang:
“(…)
Bij de eindonderhandeling in 1999 is een definitieve prijs overeengekomen met een uiteindelijk bedrag groot f. 5.000.000,-- (excl. BTW). (…). Op 28 oktober 1999 is nadat de deelprijzen waren toegestuurd telefonisch overleg geweest tussen uw heer [X] en onze heer [Z]. Hierin is een laatste korting besproken. De prijs is toen uiteindelijk vastgesteld op het eerder genoemde bedrag. Deze prijs was inclusief alle uit te voeren werkzaamheden en inclusief de stelpost. Omgerekend naar Euro's is dit bedrag groot
€ 2.268.901,08. In de specificatie van 23 augustus 2002 komt dit bedrag terug, onder punt 1, als zijnde uw prijs conform PvE en prijsonderhandeling. Daarbij opgeteld zijn een aantal meerwerken die voortkwamen uit de aanpassingen zoals gevraagd door onze opdrachtgever WSRL. Tevens zijn daar toen een aantal indexeringsposten bijgeteld waardoor het totale bedrag uitkwam op € 2.565.252,61,=. Imtech heeft dit toen de prijs genoemd exclusief stelpost. Dit was echter, zoals uit het bovenstaande blijkt, onjuist.
(…) De opdracht had moeten luiden "inclusief stelpost".
2.9
Een brief van Imtech aan Landustrie d.d. 22 februari 2005 luidt voor zover thans van belang: “(…)
Door partijen is uitdrukkelijk overeengekomen dat de aanneemsom 'exclusief stelpost' is. De naar aanleiding van onze offerte verstrekte opdracht is in dat opzicht volstrekt helder en niet voor andere uitleg vatbaar.
In de ons ter beschikking staande gegevens blijkt op geen enkele wijze dat mogelijk iets anders zou zijn overeengekomen.
Imtech heeft haar prijs gebaseerd op de door Landustrie ter beschikking gestelde gegevens. Gezien de vele onvolkomenheden in de toenmalig toegeleverde gegevens heeft Imtech in haar offerte uitgebreid aangegeven wat zij wel maar ook wat zij niet zou uitvoeren voor de aangeboden prijs. In deze prijs was een bedrag groot DFl.300.000,00 exclusief BTW opgenomen voor de in het PVE genoemde stelposten. In overleg met Landustrie is overeengekomen om deze stelposten uit de prijsopgave te lichten. Daarmee werd de prijs voor uitvoering van de werkzaamheden zoals toen bekend tussen partijen vastgesteld op DFL. 5.000.000,00 exclusief BTW, exclusief stelposten.
In de onderhandelingen tussen Landustrie en Imtech in 2002, is zowel in de mondelinge contacten alsmede in de schriftelijke communicatie zowel van Imtech aan Landustrie als van Landustrie aan Imtech, altijd sprake geweest van Euro 2.268.901.08 (zijnde DFL 5.000.000,00) exclusief BTW en exclusief stelposten. (…)”
2.1
Op 1 juni 2005 is tussen partijen overlegd over een aantal volgens Imtech openstaande posten.
2.11
Na daartoe verkregen verlof van de voorzieningenrechter is op verzoek van Imtech ten laste van Landustrie in oktober 2005 conservatoir derdenbeslag gelegd voor een vordering begroot op € 560.000,=, samenhangend met het onderhavige geschil.
2.12
Op 21 oktober 2005 is tussen partijen een vaststellingsovereenkomst gesloten, die voor zover thans van belang als volgt luidt: “(…)
1) Landustrie betaalt per direct middels telefonische overboeking aan Imtech Termijn 7 en Termijn 8 en meerwerkposten (…) zonder dat zij erkent dat het werk volledig is uitgevoerd en opgeleverd.
2) Landustrie verstrekt een bankgarantie van E 100,000,- ten behoeve van Imtech. De bankgarantie heeft betrekking op de volgende posten.
a. E 103.000,- betreft 50% meerwerk 1 t/m 20, die niet door Landustrie als
zodanig wordt erkend. Imtech zal Landustrie ondersteunen in haar pogingen deze meerwerken bij WSRL te verhalen. Indien WSRL de meerwerken aan Landustrie betaalt, vindt directe betaling aan Imtech plaats. Indien WSRL niet betaalt, handhaaft Imtech haar vordering op Landustrie.
b. P.M. erkende meerwerkposten (ca.) E 78.000,-.
c. A en b worden in drie gelijke termijnen (15-11-2005) (15-12-2005) en (15-01-2006) betaald. De bankgarantie loopt evenredig met de betaling van de termijnen af.
3) Landustrie verstrekt een bankgarantie van E 300.000,- ten behoeve van Imtech, tot zekerheid van de nakoming van alle huidige en toekomstige uit het werk voortvloeiende vorderingen waarover partijen van mening verschillen en waarover door één der partijen een arbitrage zal worden aangespannen binnen zes maanden na eindoplevering van het gehele werk.
4) De vorm en strekking van de bankgaranties onder 2 en 3 ten genoegen van Imtech en Landustrie.
Indien bovengenoemde voorwaarden worden vervuld, vervalt het beslag. Imtech zal de werkzaamheden in overleg met Landustrie hervatten. Nog niet in opdracht gegeven meerwerken worden aangevangen zodra hiervoor schriftelijke opdrachten warden verstrekt.
Partijen komen overeen dat uitgevoerde en gefactureerde meerwerkopdrachten binnen 14 dagen worden betaald.(…)”
2.13
Ingevolge de onder 2.12 bedoelde overeenkomst heeft Imtech de onder 2.11 bedoelde beslagen opgeheven.
2.14
Ingevolge die vaststellingsovereenkomst heeft Landustrie ten behoeve van Imtech een bank(beslag)garantie nr. 115.33.93.536 van € 300.000,= (op NVB-formulier, van de ABN-Amrobank) gesteld.
2.15
De E-installatie is opgeleverd op 12 december 2007.
2.16
Een brief van Landustrie aan Imtech d.d. 9 mei 2008 luidt voor zover thans van belang als volgt: “(…)
Bijgaand treft u de notitie van de advocaat van Landustrie aan. Op grond van deze notitie concludeert Landustrie dat Imtech Infra BV geen vordering heeft op
Landustrie, maar dat omgekeerd Landustrie wel een vordering heeft op Imtech zoals nader toegelicht in de notitie.(…)”. De bijgevoegde notitie van 4 pagina’s, met 3 bijlagen, benoemt en onderbouwt kort de hoofdpunten waarop de thans door Landustrie ingestelde vordering berust, waaronder de back to back-regeling die Landustrie toepasselijk acht en de volgens Landustrie onverschuldigd betaalde (meerwerk)posten.
2.17
Op 15 juni 2011 heeft Imtech, na daartoe verkregen verlof, opnieuw conservatoir beslag gelegd voor de litigieuze vorderingen (voorlopig begroot op € 2.650.000,=). Deze beslagen zijn bij kort geding vonnis d.d. 20 juli 2011 opgeheven.
2.18
De ALIB 1992 luidt voor zover thans van belang:
“(…)
14 De opdrachtgever zorgt ervoor dat de installateur tijdig kan beschikken over de voor het
werk benodigde goedkeuringen (zoals vergunningen en ontheffingen) en over de door hem voor het werk te verschaffen gegevens.
(…)
18 Indien de aanvang en de voortgang van het werk wordt vertraagd door omstandigheden
waarvoor de opdrachtgever verantwoordelijk is (…), dient de daaruit voor de installateur voortvloeiende schade door de opdrachtgever te worden vergoed.
(…)
25 De opdrachtgever draagt het risico voor het van de installateur afkomstige ontwerp,
indien en voor zover dat door hem is goedgekeurd.
(…)
Verrekening van meer- en minderwerk
29 Verrekening van meer- en minderwerk vindt plaats:
a. in geval van bestekswijzigingen (wijzigingen in het bestek, het werk of de voorwaarden van uitvoering van het werk);
b. in geval van afwijkingen van de bedragen van stelposten en van verrekenbare en/of geschatte hoeveelheden;
c. in de gevallen als in deze voorwaarden bepaald.
Elk van de totalen resp. het saldo van de bijbetalingen en inhoudingen als gevolg van bestekswijzigingen, mogen niet meer bedragen dan 15 resp. 10% van de aanneemsom.
(…)
33 Het gemis van een schriftelijke opdracht tot meerwerk laat de aanspraken van de
installateur op verrekening daarvan onverlet (…)”
2.19
Art. 25 van de inkoopvoorwaarden van Landustrie luidt als volgt:”(…)
ARTIKEL 25 "BACK TO BACK”-REGELING
Voorzover al niet reeds beschreven in deze inkoopvoorwaarden zal voor de opdracht een zogenaamde "Back to Back”-regeling gelden, inhoudende dat verplichtingen voortvloeiende uit het bestek die een nadelige invloed - in welke vorm dan ook - kunnen hebben op de kwantiteit, kwaliteit, hoedanigheid en termijnen zoals is overeengekomen, onverkort worden overgenomen door de leverancier/onderaannemer.
Bovenbedoelde verplichtingen geven geen recht op bijbetaling voor zover Landustrie eveneens geen aanspraken uit hoofde van het bestek op bijbetaling kan maken. (…)”