Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
Communication Infrastructure Fund (CIF) B.V., te Hoevelaken, en
CIF Operator B.V., te Hoevelaken,
Coöperatie Hilverglas, te Hilvarenbeek,
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam op 1 november 2013 uitspraak gedaan over de verzoeken om voorlopige voorziening van Communication Infrastructure Fund (CIF) B.V. en CIF Zuid B.V. tegen het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hilvarenbeek. De verzoeksters hebben bezwaar gemaakt tegen de instemming die aan een derde partij, Coöperatie Hilverglas, is verleend voor de aanleg van een glasvezelnetwerk in de gemeente Hilvarenbeek. De verzoeksters stellen dat de wijze waarop het college zijn coördinerende rol heeft ingevuld, leidt tot ongelijke behandeling van partijen zonder redelijke grondslag.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat zowel de verzoeksters als de derde partij op dezelfde datum instemming hebben gevraagd voor de aanleg van hun netwerken. Echter, de verzoeksters kregen extra beperkende voorwaarden opgelegd, terwijl de derde partij dat niet kreeg. De voorzieningenrechter oordeelt dat de coördinerende taak van het college niet op de juiste wijze is uitgevoerd, aangezien de datum van aanvraag of compleetheid geen criterium mag zijn voor ongelijke behandeling.
De voorzieningenrechter heeft daarom de verzoeken om voorlopige voorziening toegewezen en bepaald dat de besluiten van het college tot instemming met de aanleg van het glasvezelnetwerk door de derde partij worden geschorst. Tevens is het college veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht en de proceskosten van de verzoeksters. De uitspraak benadrukt het belang van gelijke behandeling in bestuursrechtelijke procedures en de noodzaak voor een zorgvuldige afweging van belangen bij het verlenen van instemmingen voor werkzaamheden op openbare gronden.