Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
uitspraak van de meervoudige kamer van 5 september 2013 in de zaak tussen
de naamloze vennootschap De Nederlandsche Bank N.V. (DNB), verweerster,
Procesverloop
Overwegingen
.Dit leidt tot de conclusie dat de belangen die het prudentieel toezicht beoogt te beschermen niet voldoende zijn gewaarborgd.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond voor zover gericht tegen de beperking van de duur van de ontheffing tot één jaar en voor het overige ongegrond,
- vernietigt het bestreden besluit in zoverre,
- herroept het primaire besluit voor wat betreft de beperking van de duur van de ontheffing tot één jaar,
- bepaalt dat de ontheffing zal gelden tot en met 30 juni 2015,
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde deel van het bestreden besluit,
- bepaalt dat DNB aan eiseres het betaalde griffierecht van € 318,- vergoedt,
- veroordeelt DNB in de proceskosten tot een bedrag van € 1.416,-, te betalen aan eiseres.