ECLI:NL:RBROT:2013:10799
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- C. van Steenderen-Koornneef
- A. Lablansen
- A.J. van Spengen
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot omzetting faillissement in een schuldsaneringsregeling niet ontvankelijk door overschrijding termijn
In deze zaak heeft verzoeker op 31 juli 2013 een verzoekschrift ingediend tot opheffing van zijn faillissement, dat op 30 juli 2013 was uitgesproken, en tegelijkertijd de toepassing van de schuldsaneringsregeling verzocht. Voorafgaand aan de zitting heeft de curator, mr. R.M. Avezaat, zijn negatieve advies over het verzoek aan de rechtbank gestuurd. Verzoeker heeft hierop gereageerd, maar de rechtbank ontving ook bezwaren van de advocaten van derden. Tijdens de zitting op 26 november 2013 zijn verzoeker en de curator gehoord.
De rechtbank heeft in haar beoordeling gekeken naar artikel 15b van de Faillissementswet, dat de mogelijkheid biedt om een faillissement op verzoek van de gefailleerde op te heffen en tegelijkertijd de schuldsaneringsregeling toe te passen. De rechtbank oordeelt dat verzoeker niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij door omstandigheden niet binnen de gestelde termijn van veertien dagen na indiening van het verzoekschrift om de schuldsaneringsregeling heeft gevraagd. De rechtbank concludeert dat verzoeker niet-ontvankelijk is in zijn verzoek, omdat hij geen actie heeft ondernomen na ontvangst van de brief van de griffier waarin hem de mogelijkheid werd geboden om een verzoek tot schuldsaneringsregeling in te dienen.
De rechtbank heeft daarom besloten om verzoeker niet-ontvankelijk te verklaren in zijn verzoek tot opheffing van het faillissement en de toepassing van de schuldsaneringsregeling. Deze uitspraak is openbaar gedaan op 3 december 2013, en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen acht dagen na deze uitspraak.