ECLI:NL:RBROT:2012:BY5156
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Boete en aansprakelijkheid bij tekortkoming in koopovereenkomst
In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam werd behandeld, hebben eisers, bestaande uit een vennootschap onder firma en twee natuurlijke personen, een vordering ingesteld tegen gedaagde, een natuurlijke persoon, wegens het niet nakomen van een koopovereenkomst. De koopovereenkomst, gesloten op 23 juli 2010, betrof de verkoop van een koppelverband voor een bedrag van € 3.550.000, met een financieringsvoorbehoud tot 30 september 2010. Eisers vorderden een verklaring voor recht dat gedaagde aansprakelijk is voor de schade die zij lijden als gevolg van het tekortschieten in de nakoming van de overeenkomst, alsook betaling van een contractuele boete van € 355.000 en diverse schadeposten. Gedaagde verweerde zich door te stellen dat het financieringsvoorbehoud tijdig was ingeroepen en dat er geen hoofdelijkheid bestond tussen hem en de andere koper, [A].
De rechtbank oordeelde dat het verweer van gedaagde onvoldoende onderbouwd was en dat de eisers recht hadden op de gevorderde verklaring voor recht. De rechtbank concludeerde dat gedaagde aansprakelijk was voor de schade die voortvloeide uit het niet nakomen van de koopovereenkomst. De rechtbank wees de vordering tot betaling van de boete toe, maar wees de aanvullende schadevergoeding af, omdat deze niet voldoende was onderbouwd. De rechtbank oordeelde dat de boete van € 177.500,00 toewijsbaar was, vermeerderd met de wettelijke handelsrente vanaf 1 oktober 2010. Gedaagde werd ook veroordeeld in de proceskosten van eisers. Dit vonnis werd uitgesproken op 21 november 2012.