ECLI:NL:RBROT:2012:BV7910

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
14 februari 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
395506 / KG ZA 12-105
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verplichting van netbeheerder tot afsluiting van energie bij ontbreken energieleverancier

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam op 14 februari 2012 uitspraak gedaan in een kort geding tussen [eiseres] en Stedin Netbeheer B.V. De zaak betreft de afsluiting van de energievoorziening van [eiseres] omdat er geen energieleverancier bekend was voor haar woonadres. [eiseres] huurt een woning en heeft sinds april 2009 een contract met Oxxio, dat in mei 2011 is beëindigd. Stedin, als netbeheerder, heeft [eiseres] herhaaldelijk verzocht om een energieleverancier te contracteren, maar dit is niet gebeurd. Op 30 november 2011 heeft Stedin de energielevering beëindigd, wat leidde tot deze rechtszaak.

De voorzieningenrechter oordeelt dat Stedin wettelijk verplicht is om de energie af te sluiten wanneer er geen energieleverancier bekend is. Dit is in overeenstemming met de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet. De rechter heeft vastgesteld dat [eiseres] niet tijdig heeft gereageerd op de verzoeken van Stedin en dat de afsluiting op juiste gronden heeft plaatsgevonden. Echter, gezien de omstandigheden, waaronder de aanwezigheid van een jong kind in de woning en de winterse kou, heeft de rechter besloten dat Stedin binnen één dag na betekening van het vonnis de energielevering moet herstellen en deze gedurende drie maanden in stand moet houden.

De rechter heeft ook bepaald dat [eiseres] de tijd moet gebruiken om haar financiële situatie op orde te krijgen, mogelijk met hulp van schuldhulpverlening. De uitspraak benadrukt de noodzaak van een energieleverancier en de verantwoordelijkheden van zowel de netbeheerder als de afnemer in situaties van afsluiting van energievoorzieningen.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK ROTTERDAM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 395506 / KG ZA 12-105
Vonnis in kort geding van 14 februari 2012
in de zaak van
[eiseres],
wonende te [woonplaats],
eiseres,
advocaat mr. G.A. Nandoe Tewarie,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
STEDIN NETBEHEER B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
gedaagde,
vertegenwoordigd door [X], met volmacht van de heer dr. [Y], statutair directeur van Stedin Netbeheer B.V.
Partijen worden hierna aangeduid als "[eiseres]" respectievelijk "Stedin".
De procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding met producties;
- de pleitnota en producties van Waardenburg;
- de mondelinge behandeling d.d. 9 februari 2012.
De feiten
[eiseres] huurt sinds april 2009 een woning aan de [adres]. [eiseres] woont in de woning met haar vriend, de heer [Z] (hierna: "[Z]"), en haar zoon van 7 jaar oud.
Tot april 2011 ontving [eiseres] in haar woning energie via Nuon. De energie werd geleverd op basis van een contract tussen Nuon en de vorige bewoonster van de woning van [eiseres]. [eiseres] had in die periode een contract met Oxxio. De rekeningen van Oxxio werden via de gemeente (de uitkeringsinstantie) voor [eiseres] betaald. Oxxio heeft in april 2011 het contract met [eiseres] eenzijdig beëindigd.
Een brief d.d. 25 maart 2011 van Stedin aan de bewoners van [adres] luidt, voor zover van belang:
"(...)
Ongeveer een week geleden hebt u van ons een brief ontvangen. Hierin stond dat uw energieleverancier de energielevering aan u beëindigt. Wij hebben sindsdien nog geen (nieuwe) aanmelding van een leverancier ontvangen.
Belangrijke herinnering
Deze brief is een herinnering. Let op! Wilt u uw afsluiting van uw energietoevoer voorkomen?
• Dan moet u zich zo snel mogelijk melden bij een energieleverancier.
(...)"
In een brief van 4 mei 2011 van de door Stedin ingeschakelde deurwaarder aan de bewoners van [adres] luidt, voor zover van belang:
"(...)
Namens uw netbeheerder Stedin berichten wij u als volgt;
Op bovenstaand adres beheert Stedin de gas en/of elektriciteitsaansluitingen. Stedin heeft geconstateerd dat er voor deze aansluiting(en) geen energieleverancier (meer) bekend is.
Stedin heeft u meermaals schriftelijk en/of telefonisch verzocht om binnen de gestelde termijn een energieleverancier te contracteren. Hiermee zou u afsluiting kunnen voorkomen.,
Het is Stedin als netbeheerder verboden gas en/of elektriciteit te leveren aan afnemers. Zij is dan ook verplicht bij aansluitingen op het net waarop geen energieleverancier (meer) bekend is tot afsluiting over te gaan. De afnemer dient Stedin hiertoe toegang tot de meetinrichting te verschaffen. (...)
Laatste mogelijkheid
Stedin geeft u nu een laatste mogelijkheid om gedwongen afsluiting te voorkomen, Daarvoor moet uiterlijk binnen 5 werkdagen na dagtekening van deze brief:
• een geldige overeenkomst met een energieleverancier bij Stedin bekend zijn of
• Stedin in de gelegenheid gesteld te zijn de aansluiting(en) op bovenstaand adres te deactiveren. (...)
Reageert u niet op tijd?
Dan vraagt Stedin zonder verdere aankondiging toestemming van de rechter om uw woning te betreden. Stedin sluit dan uw aansluiting af. Dit kan met behulp van politie en justitie.
(...)"
Een brief d.d. 11 mei 2011 van de door Stedin ingeschakelde deurwaarder aan de bewoners van [adres] luidt, voor zover van belang:
"(...)
Op bovenstaand adres beheert Stedin de gas- en/of elektriciteitsaansluitingen. Stedin heeft geconstateerd, ondanks eerdere verzoeken, dat er voor deze aansluiting(en) nog geen leverancier(s) bekend is/zijn.
De deurwaarder zal de dagvaarding aan u komen betekenen, indien u niet per direct een gas- en/of energiecontract afsluit en dit meldt of laat melden aan Stedin.
(...)"
Stedin heeft [eiseres] bij dagvaarding van 8 augustus 2011 gedagvaard.
In de procedure tussen Stedin en [eiseres] heeft de kantonrechter te Den Haag op 15 september 2011 vonnis gewezen. De kantonrechter heeft [eiseres] bij verstek veroordeeld om (onder meer) aan Stedin medewerking te verlenen het pand aan de [adres] te betreden en Stedin zodanig medewerking te verlenen dat zij alle handelingen kan verrichten die noodzakelijk zijn om de elektriciteits- en/of gasaansluitingen van het pand af te sluiten, het (doen) verwijderen van meters daaronder begrepen. Daarnaast is [eiseres] veroordeeld om de kosten van het afsluiten van de elektriciteits- en/of gasaansluitingen voor haar rekening te nemen. De kantonrechter heeft voorts bepaald dat Stedin de levering van elektriciteit of gas niet mocht beëindigen indien en voor zover dat in strijd was met de Regeling afsluiten elektriciteit en gas van kleinverbruikers.
De kantonrechter heeft aan zijn beslissing onder meer ten grondslag gelegd dat voor het verbruikadres (het adres van [eiseres]) geen energieleverancier bekend is.
Op 30 november 2011 heeft de deurwaarder zich met een medewerker van Stedin toegang verschaft tot de woning van [eiseres]. Daarbij is/zijn de gas- en/of elektriciteitsmeter door Stedin gedeactiveerd en/of weggenomen. Sindsdien is de energielevering in de woning van [eiseres] beëindigd.
[Z] heeft met Oxxio een 'Leveringsovereenkomst stroom consumenten' en een "Leveringsovereenkomst gas consumenten' gesloten ten behoeve van het adres [adres].
Het geschil
[eiseres] heeft gevorderd bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
1. te bepalen dat Stedin veroordeeld wordt tot het technisch mogelijk maken van het leveren van energie aan het pand aan de [adres], althans al het nodige aan voorzieningen te treffen dat zulks mogelijk wordt;
2. te bepalen dat het beslag op de roerende zaken van de vrouw wordt opgeheven;
3. het voorgaande genoemd onder de punten 1. en 2. op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 500,00 per dag dat Stedin niet aan dit vonnis voldoet;
4. Stedin te veroordelen in de kosten van deze procedure.
Stedin voert verweer.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
De beoordeling
Wanneer voor een woonadres geen energieleverancier (vergunninghouder) bekend is, is een netbeheerder wettelijk verplicht om de afnemer van energie af te sluiten. Indien de netbeheerder niet aan die verplichting voldoet, handelt hij in strijd met de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet omdat hij in dat geval feitelijk optreedt als energieleverancier (vergunninghouder). Op grond van artikel 7 juncto artikel 8 lid 1 sub d van de Regeling afsluitbeleid voor kleinverbruikers van elektriciteit en gas is, indien op de aansluiting van de kleinverbruiker bij de netbeheerder geen vergunninghouder bekend is, afsluiting ook in de periode van 1 oktober tot 1 april van enig jaar toegestaan. Voorts spelen eventuele zeer ernstige gezondheidsrisico's - anders dan bij wanbetaling - geen rol wanneer sprake is van afsluiting vanwege het ontbreken van een energieleverancier.
Gebleken is dat [eiseres], sinds Oxxio het contract met [eiseres] in mei 2011 heeft beëindigd, met betrekking tot haar woonadres - om voorshands onduidelijk gebleven redenen - niet beschikt over een contract met een energieleverancier. Stedin was als netbeheerder dan ook op grond van het hiervoor onder 4.1. overwogene in beginsel verplicht om [eiseres] van energie af te sluiten. Uit de door Stedin overgelegde correspondentie blijkt dat [eiseres] in de periode vanaf 25 maart 2011 tot 30 november 2011 door Stedin meerdere malen erop is gewezen dat zij voor een energieleverancier diende zorg te dragen, bij gebreke waarvan Stedin genoodzaakt zou zijn tot afsluiting over te gaan. [eiseres] betwist dat zij de brieven van Stedin heeft ontvangen. Ter zitting heeft zij aangegeven dat zij niet zelf haar post beheert, maar dat zij zulks heeft overgelaten aan de sociale hulpverleningsinstelling Den Haag Opmaat. [eiseres] zou daarom de brieven van Stedin, alsmede de dagvaarding en het vonnis niet (tijdig) hebben ontvangen. Bovendien zouden de brieven van Stedin met meerdere tegelijkertijd zijn ontvangen.
Naar voorlopig oordeel komen de door [eiseres] gestelde omstandigheden niet voor rekening en risico van Stedin. Voorshands wordt dan ook aangenomen dat Stedin op 30 november 2011 op juiste gronden het energienetwerk heeft afgesloten. Daarbij is ook van belang dat [eiseres] bij verstekvonnis d.d. 15 september 2011 is veroordeeld om aan de afsluiting mee te werken en Stedin derhalve over een executoriale titel voor afsluiting beschikte.
Gebleken is dat [Z] inmiddels voor het woonadres van (onder meer) [eiseres] een contract met energieleverancier Oxxio heeft gesloten. Stedin weigert op grond van dat contract tot heraansluiting op het woonadres van [eiseres] over te gaan omdat [Z] niet over een huurovereenkomst met betrekking tot dat adres beschikt. Stedin heeft aangevoerd dat zij een huurovereenkomst nodig heeft om in verband met eventueel nog openstaande vorderingen na te gaan of sprake is van een nieuwe bewoner. Ter zitting is gebleken dat [Z] geen nieuwe bewoner, maar een nieuwe inwonende betreft. Dit betekent volgens Stedin dat voordat tot heraansluiting kan worden overgegaan, eerst de nog openstaande vorderingen, waaronder de kosten van afsluiting, door [eiseres] moeten worden voldaan.
[eiseres] betwist dat zij de kosten van afsluiting dient te voldoen, omdat de afsluiting naar haar oordeel niet aan haar te wijten is. Daarnaast heeft [eiseres] gesteld dat zij op dit moment niet in staat is de openstaande schuld te voldoen. Gebleken is dat [eiseres] van een uitkering leeft en meerdere schulden en betalingsregelingen heeft. [eiseres] heeft aangegeven dat in verband daarmee binnenkort een spoedprocedure voor schuldsanering zal worden gestart.
Gelet op de omvangrijke (financiële) problemen van [eiseres] ligt een spoedige (financiële) oplossing voor de problemen met Stedin vooralsnog niet voor de hand.
Wat van het voorgaande ook zij, vaststaat dat [eiseres] door de staking van energielevering op dit moment verstoken blijft van een van de eerste levensbehoeften. Gelet op de omstandigheid dat er op dit moment sprake is van een koude (winter)periode en naast [eiseres] en [Z] ook een jong kind in de woning verblijft, bestaat op basis van een belangenafweging voldoende reden voor het treffen van een tijdelijke ordemaatregel. Stedin zal daarom worden veroordeeld om binnen één dag na betekening van het vonnis haar netwerk ter beschikking te stellen, teneinde levering van elektriciteit door een energieleverancier aan het woonadres van [eiseres] mogelijk te maken. Daarnaast wordt Stedin veroordeeld om de aansluiting vervolgens in ieder geval drie aaneensluitende maanden in stand te houden. De voorzieningenrechter gaat er daarbij van uit dat Oxxio in die periode op basis van het met [Z] gesloten contract als energieleverancier zal optreden.
Van [eiseres] wordt verwacht dat zij deze periode gebruikt om orde op zaken te stellen. Het is van groot belang dat [eiseres] haar financiële zaken - mogelijk met hulp van de schuldhulpverlening - zo spoedig mogelijk op orde krijgt.
Niet gebleken is dat Stedin ten laste van [eiseres] beslag heeft laten leggen. De onder 2. gevorderde opheffing van het beslag op de onroerende zaken van [eiseres] is verder ook niet onderbouwd. Dit deel van de vordering zal daarom worden afgewezen.
De gevorderde dwangsom zal worden gemaximeerd als volgt.
De voorzieningenrechter ziet in het voorgaande aanleiding de proceskosten te compenseren op hierna te melden wijze.
De beslissing
De voorzieningenrechter,
veroordeelt Stedin om binnen twee dagen na betekening van dit vonnis haar netwerk aan [eiseres] ter beschikking te stellen, teneinde het leveren van energie aan het pand aan de [adres] technisch mogelijk te maken;
veroordeelt Stedin om haar netwerk na heraansluiting als bedoeld onder 5.1 in ieder geval drie aaneensluitende maanden in stand te houden, mits aan de voorwaarde dat sprake is van een energieleverancier is voldaan;
veroordeelt Stedin om aan [eiseres] een dwangsom te betalen van € 500,00 voor iedere dag dat zij niet aan de in 5.1. en 5.2. uitgesproken hoofdveroordeling voldoet, tot een maximum van € 2.500,00 is bereikt;
compenseert de proceskosten in die zin dat partijen ieder hun eigen kosten zullen dragen;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.F.L. Geerdes, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. L. van Gulick, griffier.
Uitgesproken in het openbaar.
2021/676