Uitspraak
RECHTBANK DORDRECHT
vonnis van de kantonrechter te Gorinchem van 10 december 2012
[naam eiser] ,
Verloop van de procedure
Omschrijving van het geschil
'HUUROVEREENKOMST KANTOORRUIMTE en andere
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, staat de vraag centraal of er sprake is van een huurovereenkomst voor kantoor-/bedrijfsruimte of voor woonruimte. De eiser, vertegenwoordigd door gerechtsdeurwaarders J.Th. Smiesing en J.C. de Bruijn, heeft een vordering ingesteld tegen twee gedaagden, waarvan één niet in het geding is verschenen. De gedaagde, mr. H. Folkers, heeft de vordering betwist en stelt dat de huurovereenkomst betrekking heeft op woonruimte. De procedure begon met een dagvaarding op 25 juli 2012, gevolgd door een conclusie van antwoord en een comparitie van partijen op 7 november 2012.
De huurovereenkomst betreft een kantoorruimte in Gorinchem, met een maandelijkse huurprijs van € 1247,88. De eiser vordert onder andere ontbinding van de huurovereenkomst en betaling van achterstallige huur. De gedaagde heeft de huur opgezegd en betwist de vordering, waarbij hij stelt dat hij in het gehuurde heeft gewoond en dat de overeenkomst dus als woonruimte moet worden beschouwd. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de schriftelijke huurovereenkomst duidelijk is en dat de gedaagde de plicht had om deze goed te lezen.
De rechter heeft de gedaagde in de gelegenheid gesteld tegenbewijs te leveren dat de huurovereenkomst niet strookt met de werkelijke bedoeling van partijen. De zaak is aangehouden voor verdere bewijsvoering, waarbij de gedaagde moet aantonen dat hij de huur eerder heeft opgezegd. De beslissing van de kantonrechter is op 10 december 2012 uitgesproken, waarbij de zaak opnieuw zal worden behandeld op 14 januari 2013.