Op 27 november 2009 heeft de arbiter vonnis gewezen en [eiser] niet-ontvankelijk verklaard ten aanzien van zijn klacht 1 en BM Projectontwikkeling veroordeeld ten aanzien van de klachten 2, 3, 4, 6, 7, 8 en 10 om al datgene te doen om alsnog aan de overeengekomen garantienormen te voldoen (hierna: het derde arbitrale vonnis).
Dit arbitrale vonnis, waarin BM Projectontwikkeling wederom wordt aangeduid als [X], luidt - voor zover thans van belang als volgt:
"(...)
Klacht 1
(...)
Arbiter overweegt dat de betreffende klacht in de hiervoor genoemde procedure reeds is afgewezen en [eiser] derhalve thans niet in zijn onderhavige klacht kan worden ontvangen. (...) Arbiter verklaart [eiser] in zijn vordering niet ontvankelijk.
(...)
Klacht 2
(...)
Arbiter stelt vast dat de bevindingen van de deskundige niet of onvoldoende gemotiveerd zijn weersproken. Hij ziet ook overigens geen aanleiding om af te wijken van de bevindingen van de deskundige en neemt deze over als de zijne. Arbiter overweegt dat er terzake niet wordt voldaan aan de garantienormen. Arbiter veroordeelt [X] voorzover dit nog niet heeft plaatsgevonden tot herstel.
(...)
Klacht 3, 4, 7, 8 en 10
(...)
Arbiter begrijpt de klachten van [eiser] zodanig dat deze zien op de aanwezigheid van scheuren en de daar achterliggende problematiek en haar gevolgen in de ruimste zin. Het onderzoek van [Q] heeft zich daarover ook uitgestrekt. Arbiter stelt vast dat de bevindingen van de deskundige niet of onvoldoende gemotiveerd zijn weersproken. Hij ziet ook overigens geen aanleiding om af te wijken van de bevindingen van de deskundige en neemt deze over als de zijne. Arbiter veroordeelt [X] tot herstel.
(...)
Arbiter overweegt ten overvloede dat de heer [Z] van [Q] ter zitting nogmaals heeft verklaard geen aanwijzingen te hebben gevonden dat er sprake is van een gevaarlijke situatie. Arbiter overweegt voorts dat hem niet is gebleken van feiten en omstandigheden welk een tegengestelde conclusie zouden kunnen doen vermoeden of aannemelijk maken. De door [eiser] aangevoerde omstandigheden zijn immers inhoudelijk en afdoende verklaard en door [eiser] zijn geen feiten aangevoerd welke een mogelijk andere conclusie rechtvaardigen. Arbiter ziet derhalve geen grond voor nader onderzoek of verdergaande herstel dan hetgeen waartoe [Q] heeft geadviseerd.
Arbiter wijst [X] er uitdrukkelijk op dat [X] ook zorgt dient te dragen voor herstel van eventuele gevolgschade en wel op een zodanige wijze dat er geen sprake is van aantasting van de bouwkundige en/of esthetische kwaliteit van de woning.
Klacht 5
(...)
Arbiter stelt vast dat de bevindingen van de deskundige niet of onvoldoende gemotiveerd zijn weersproken. Hij ziet ook overigens geen aanleiding om af te wijken van de bevindingen van de deskundige en neemt deze over als de zijne. (...) Arbiter wijst de klacht af.
Klacht 6
(...)
Arbiter stelt vast dat de bevindingen van de deskundige niet of onvoldoende gemotiveerd zijn weersproken. Hij ziet ook overigens geen aanleiding om af te wijken van de bevindingen van de deskundige en neemt deze over als de zijne. Arbiter overweegt dat ter zake niet wordt voldaan aan de garantienormen en veroordeelt [X] tot herstel.
Klacht 9
(...)
Arbiter overweegt dat herstel niet meer aan de orde is en de klacht verder buiten behandeling kan blijven.
Herstel adviezen
(...)
De deskundigen hebben in hun rapportages hersteladviezen gegeven. Arbiter acht deze adviezen in overeenstemming met de garantienormen maar wijst partijen er op, dat het de verantwoordelijkheid van [X] is om al het nodige te doen zodat wordt voldaan aan de garantienormen.
(...)".