ECLI:NL:RBROT:2011:BQ8729

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
8 juni 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
360294 - HA ZA 10-2414
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toepasselijkheid van arbitragebeding in algemene voorwaarden tussen partijen

In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam werd behandeld, stond de vraag centraal of een arbitragebeding in de algemene voorwaarden van toepassing was tussen de partijen Microwave Systems Europe B.V. en Ajere Foods Netherlands B.V. De rechtbank oordeelde dat de algemene voorwaarden, de RVOI-1998, deel uitmaakten van de overeenkomst tussen de partijen. Ajere Foods had zich beroepen op het arbitragebeding, dat door de rechtsvoorganger van Microwave Systems, Euteco, was bedongen. De rechtbank stelde vast dat Ajere Foods erop had mogen vertrouwen dat de afspraken in de opdrachtbevestiging van 18 januari 2008 correct waren weergegeven en dat de algemene voorwaarden aan hen ter hand waren gesteld.

De rechtbank oordeelde verder dat de vernietigbaarheid van de algemene voorwaarden niet door Microwave Systems kon worden ingeroepen, omdat alleen de wederpartij, Ajere Foods, zich hierop kon beroepen. De rechtbank concludeerde dat het arbitragebeding ook van toepassing was in de rechtsverhouding tussen Microwave Systems en Ajere Foods, ondanks het feit dat Microwave Systems niet zelf partij was bij de overeenkomst waarop de RVOI-1998 van toepassing was verklaard. De rechtbank verklaarde zich onbevoegd om van de vordering van Microwave Systems kennis te nemen, omdat het arbitragebeding van toepassing was.

In de beslissing werd Microwave Systems veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van Ajere Foods waren vastgesteld op € 3.135,- aan vast recht en € 452,- aan salaris voor de advocaat. De rechtbank wees ook de nakosten toe, voor het geval Microwave Systems niet binnen 14 dagen aan de proceskostenveroordeling voldeed. Het vonnis werd uitgesproken op 8 juni 2011.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK ROTTERDAM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 360294 / HA ZA 10-2414
Vonnis van 8 juni 2011
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MICROWAVE SYSTEMS EUROPE B.V.,
gevestigd te Vriezenveen, gemeente Twenterand,
eiseres in de hoofdzaak,
verweerster in het incident,
advocaat mr. J.G. Geerdes,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
AJERE FOODS NETHERLANDS B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
gedaagde in de hoofdzaak,
eiseres in het incident,
advocaat mr. A.P.M. van der Westerlaken.
Partijen blijven hierna aangeduid als Microwave Systems en Ajere Foods.
De procedure
1.1 Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis in het incident van 2 februari 2011;
- akte uitlating in incident, met producties;
- antwoord akte in incident, met producties;
- akte uitlating producties, met producties.
1.2 Ten slotte is vonnis bepaald.
2 De verdere beoordeling
in het incident
2.1 Tussen partijen is in geschil of de rechtbank bevoegd is van de vordering van Microwave Systems kennis te nemen. Ajere Foods betwist dat dit het geval is. Zij beroept zich op een arbitragebeding in de door Euteco (ten aanzien van de onderhavige overeenkomst, de rechtsvoorganger van Microwave Systems) gehanteerde algemene voorwaarden, de RVOI-1998.
2.2 In het tussenvonnis van 2 februari jl. heeft de rechtbank Ajere Foods in de gelegenheid gesteld zich bij akte uit te laten over de, eerst ter gelegenheid van de antwoordakte van 17 november 2010 ingenomen, stelling van Microwave Systems dat de overeenkomst al tot stand was gekomen alvorens door Euteco op de opdrachtbevestiging van 18 januari 2008 naar de toepasselijkheid van de RVOI-1998 werd verwezen.
Tevens is Ajere Foods bij voornoemd vonnis in de gelegenheid gesteld in die akte te reageren op de stelling van Microwave Systems dat met de op het voorblad van de opdrachtbevestiging genoemde leveringsvoorwaarden niet de RVOI-1998 worden bedoeld.
2.3 Ajere Foods betwist dat tussen partijen voorafgaand aan de opdrachtbevestiging van 18 januari 2008 een overeenkomst is gesloten. Zij stelt dat tot de dag van de opdrachtbevestiging van 18 januari 2008 is onderhandeld en dat ook pas na 18 januari 2008 de eerste termijn is voldaan en Euteco met de werkzaamheden is gestart.
2.4 De brief van 18 januari 2008 bevat een inhoudelijke opsomming van de afspraken. Ajere Foods heeft er dan ook in beginsel op mogen vertrouwen dat deze brief de gemaakte afspraken vermeldde, mede gelet op het feit dat in het zakelijke handelsverkeer niet ongebruikelijk is dat een "opdrachtbevestiging" vaak meer behelst dan louter een bevestiging. Gesteld noch gebleken is dat Ajere Foods heeft gereageerd op deze brief, terwijl verwacht had mogen worden dat zij dit had gedaan als zij het met onderdelen, zoals de verwijzing naar de algemene voorwaarden niet eens was. Met de verwijzing door Microwave Systems zelf in de dagvaarding (sub 4 en verder) naar de brief van 18 januari 2008 als de overeenkomst, wordt het vertrouwen als hiervoor genoemd bevestigd.
De algemene voorwaarden maken derhalve deel uit van de overeenkomst.
2.5 Ajere Foods heeft de stelling van Microwave Systems dat met "onze leveringsvoorwaarden" in de opdrachtbevestiging andere voorwaarden dan de RVOI-1998 worden bedoeld betwist. De rechtbank is van oordeel dat nu onderaan elke pagina van de ontvangstbevestiging vermeld staat dat op "alle" offertes en overeenkomsten de RVOI-1998 van toepassing zijn, als vaststaand moet worden aangenomen dat waar Euteco in de opdrachtbevestiging mededeelt "Onze leveringsvoorwaarden zijn van toepassing" deze leveringsvoorwaarden de RVOI-1998 betreffen. Dit geldt te meer nu Microwave Systems niet heeft gesteld welke algemene voorwaarden dan wél zouden zijn bedoeld met de verwijzing naar "onze leveringsvoorwaarden". Dat de vermelding onderaan de pagina per abuis op de opdrachtbevestiging terecht is gekomen, zo begrijpt de rechtbank althans de stelling van Microwave Systems dat de voetnoot standaard op het briefpapier was voorgedrukt, is een omstandigheid die voor rekening en risico van Microwave Systems komt. Bovendien verklaart die omstandigheid nog niet dat ook de 'hoofdtekst' van de brief een verwijzing naar de algemene voorwaarden bevat.
2.6 De RVOI-1998 zijn derhalve overeengekomen tussen Euteco en Ajere Foods en het in deze voorwaarden opgenomen arbitragebeding betreft een overeenkomst tot arbitrage als bedoeld in artikel 1021 Rv.
terhandstelling RVOI-1998
2.7 Naar de rechtbank begrijpt, beroept Microwave Systems zich tevens op vernietigbaarheid van de algemene voorwaarden omdat deze niet aan Ajere Foods ter hand zijn gesteld.
Artikel 6:233 aanhef en onder b BW bepaalt dat een beding in de algemene voorwaarden vernietigbaar is indien de gebruiker aan de wederpartij niet een redelijke mogelijkheid heeft geboden van de algemene voorwaarden kennis te nemen.
Deze mogelijkheid tot vernietiging van de algemene voorwaarden strekt tot bescherming van de wederpartij van de gebruiker tegen algemene voorwaarden waarvan zij geen kennis heeft kunnen nemen omdat zij daarover ten tijde van de totstandkoming van de overeenkomst geen beschikking had of had kunnen hebben. Gelet op de ratio van deze bepaling kan slechts de wederpartij van de gebruiker, Ajere Foods, de vernietigbaarheid van de algemene voorwaarden inroepen. Euteco noch haar rechtsopvolger Microwave Systems kan zich op de vernietigbaarheid van de algemene voorwaarden beroepen.
toepasselijkheid RVOI-1998 in de rechtsverhouding tussen Microwave Systems en Ajere Foods
2.8 Het arbitragebeding geldt naar het oordeel van de rechtbank ook in de rechtsverhouding tussen Microwave Systems en Ajere Foods, waartoe als volgt wordt overwogen.
Ingevolge artikel 6:145 BW laat de overgang van een vordering op een nieuwe schuldeiser de verweermiddelen van de schuldenaar onverlet. Als verweermiddel in de zin van artikel 6:145 BW moeten al die aan de vordering verbonden verweren worden beschouwd die de schuldenaar tegen de oude schuldeiser had kunnen inroepen. Dit zijn naast de aan de wet ontleende verweren, evenzeer contractuele bedingen die de inhoud van de vordering betreffen. Een arbitragebeding dat deel uitmaakt van de overeenkomst waaruit de overgaande vordering voortvloeit behoort daartoe ook en kan dus door de schuldenaar aan de nieuwe schuldeiser tegengeworpen worden.
Dat niet Ajere Foods maar Euteco het recht heeft bedongen eventuele geschillen door arbitrage te laten beslechten maakt dit niet anders. Ook aan Ajere Foods komt dus een beroep toe op de bepalingen van deze algemene voorwaarden.
niet voldaan aan RVOI-1998
adviserend ingenieursbureau
2.9 Het verweer van Microwave Systems dat de RVOI-1998 niet van toepassing zijn omdat Microwave Systems niet kan worden aangemerkt als een adviserend ingenieursbureau faalt. De overgang van de vordering van Euteco op Microwave Systems kan immers niet afdoen aan de bevoegdheden van Ajere Foods, waaronder de toepasselijkheid van een arbitragebeding. Daarbij komt overigens nog dat het partijen in beginsel vrijstaat welke voorwaarden dan ook overeen te komen, zelfs als die voorwaarden specifiek voor een andersoortige bedrijfsvoering zijn geschreven.
artikel 3, 4, 6 en 13 RVOI-1998
2.10 Nu geen van voornoemde artikelen een voorwaarde vormen voor toepasselijkheid van de RVOI-1998, kan het eventuele niet hieraan voldoen door Ajere Foods niet leiden tot niet- toepasselijkheid van het arbitragebeding. Hooguit zou dat kunnen betekenen dat Ajere Foods (en wellicht ook Euteco en/of Microwave Systems) zijn tekortgeschoten in de nakoming van de uit de algemene voorwaarden voortvloeiende verplichtingen.
Evenmin leidt de omstandigheid dat Ajere Foods zich eerder niets gelegen heeft laten liggen aan de RVOI-1998, zoals Microwave Systems stelt, tot niet-toepasselijkheid van het arbitragebeding.
strijd met artikel 17 Grondwet en artikel 6 EVRM
2.11 Gelet op artikel 17 Grondwet en artikel 6 EVRM dient van het recht op de overheidsrechter vrijwillig en ondubbelzinnig afstand gedaan te worden door partijen. Aan de totstandkoming van de hiervoor benodigde overeenkomst worden echter (behoudens het vereiste van schriftelijkheid) geen andere eisen gesteld dan aan overeenkomsten en andere rechtshandelingen in het algemeen, zodat uitdrukkelijke afstand niet is vereist. Door middel van de arbitrageclausule in de RVOI-1998, waarvan de rechtbank hiervoor geoordeeld heeft dat deze van toepassing is in de rechtsverhouding tussen Microwave Systems en Ajere Foods, is derhalve ondubbelzinnig en vrijwillig afstand gedaan van het recht op de overheidsrechter. Dat de arbitrageclausule door cessie mee is overgegaan met de vordering en niet door Microwave Systems zelf is overeengekomen maakt dit niet anders. Die omstandigheid komt voor risico van Microwave Systems, die immers niet verplicht was de vordering over te nemen.
strijd met de redelijkheid en billijkheid
2.12 Voor het buiten beschouwing laten van een beroep op een overeengekomen arbitragebeding kan slechts reden zijn indien dat beroep in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Microwave Systems heeft naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende gesteld om aan te nemen dat er zich in casu bijzondere omstandigheden voordoen op grond waarvan een overeengekomen arbitragebeding buiten beschouwing zou moeten worden gelaten. De omstandigheid dat de aard en de verdere inhoud van de overeenkomst, dan wel de handelingen die partijen hebben verricht na aanvaarding van de overeenkomst, er geen blijk van geven dat de RVOI-1998 van toepassing zijn verklaard is niet een dergelijke bijzondere omstandigheid. Dat Microwave Systems zelf geen partij was bij de overeenkomst waarop de RVOI-1998 van toepassing zijn verklaard is een omstandigheid die voor haar risico komt. Ook de omstandigheid dat het opnieuw aanhangig maken van een procedure bij een arbitraal gerecht geld en tijd kost behoort voor risico van Microwave Systems te blijven. Zou dat anders zijn, dan zou een arbitragebeding eenvoudig kunnen worden omzeild door het enkele aanhangig maken van de procedure bij de overheidsrechter.
2.13 Het vorenstaande leidt tot de conclusie dat de RVOI-1998 met inbegrip van het arbitraal beding van toepassing zijn op de koopovereenkomst tussen Euteco en Ajere Foods. Nu het arbitraal beding van toepassing is op de koopovereenkomst en nu Ajere Foods dit beding ook kan inroepen tegen Microwave Systems als nieuwe schuldeiser, is deze rechtbank op grond van artikel 1022 lid 1 Rv onbevoegd.
2.14 Als de in het ongelijk gestelde partij zal Microwave Systems in de proceskosten in het incident worden veroordeeld. In dit kader heeft Ajere Foods zowel de reële kosten van het geding gevorderd alsmede om een veroordeling in de proceskosten verzocht. Nu de kosten van het geding zien op kosten ter zake van verrichtingen waarvoor de in de artikelen 237 tot en met 240 Rv een vergoeding plegen in te sluiten kan geen vergoeding op grond van artikel 96, tweede lid boek 6 BW worden toegekend. De rechtbank ziet in het door Ajere Foods gestelde geen aanleiding om de proceskosten niet conform de gebruikelijke liquidatietarieven vast te stellen. Microwave Systems zal als de in het in het ongelijk te stellen partij in het incident in de proceskosten worden veroordeeld.
De nakosten zullen (voorwaardelijk) worden toegewezen als hierna vermeld.
in de hoofdzaak
2.15 Door de beslissing in het incident komt een einde aan de hoofdzaak.
3 De beslissing
De rechtbank
verklaart zich onbevoegd van de vordering van Microwave Systems in de hoofdzaak kennis te nemen;
veroordeelt Microwave Systems in de proceskosten, die aan de zijde van Ajere Foods zijn bepaald op € 3.135,- aan vast recht en op € 452,- aan salaris voor de advocaat;
veroordeelt Microwave Systems, indien Microwave Systems niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan de (proceskosten)veroordeling voldoet, tot betaling van € 131,- nakosten, verhoogd met € 68,- aan betekeningskosten in het geval betekening van de executoriale titel plaatsvindt;
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. Th. Veling en in het openbaar uitgesproken op 8 juni 2011.
1295/1980