ECLI:NL:RBROT:2011:BP7052

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
16 februari 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
334137 / HA ZA 09-1827
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid en ongerechtvaardigde verrijking in zeevervoer

In deze zaak, die werd behandeld door de Rechtbank Rotterdam, stond de aansprakelijkheid van de zeevervoerder en de vraag van ongerechtvaardigde verrijking centraal. De eiser, Jas Forwarding (Netherlands) B.V., had een vordering ingesteld tegen de gedaagden, Distribrands International Corporation B.V. en Distribrands Cosmetics B.V., naar aanleiding van een geschil over de afgifte van een partij cosmetica zonder het vereiste cognossement. De rechtbank oordeelde dat de zeevervoerder, Jas NL, schadevergoeding had betaald aan de afzender, Tiss Union Enterprise Co. Ltd., maar dat dit niet automatisch leidde tot een vordering uit ongerechtvaardigde verrijking tegen de ontvanger, Distribrands International. De rechtbank stelde vast dat er onvoldoende rechtsgrond was voor de vordering, omdat niet was aangetoond dat Distribrands International was ontslagen van haar verplichtingen uit de koopovereenkomst. De rechtbank wees de vorderingen van Jas NL af en veroordeelde haar in de proceskosten van beide gedaagden. De uitspraak benadrukte de noodzaak van een duidelijke rechtsgrond voor regres en de verschillen tussen de verplichtingen van de betrokken partijen onder de koop- en vervoerovereenkomsten.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK ROTTERDAM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 334137 / HA ZA 09-1827
Vonnis van 16 februari 2011
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
JAS FORWARDING (NETHERLANDS) B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
eiseres,
advocaat mr. E. Wilke,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DISTRIBRANDS INTERNATIONAL CORPORATION B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DISTRIBRANDS COSMETICS B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
gedaagden,
advocaat mr. A.J. van Steenderen.
Partijen zullen hierna Jas NL en Distribrands International, respectievelijk Distribrands Cosmetics genoemd worden.
1. Het verdere verloop van de procedure
1.1. De rechtbank verwijst naar haar tussenvonnis van 28 juli 2010.
Ingevolge dat tussenvonnis is een comparitie van partijen gehouden, waarvan proces-verbaal is opgemaakt. Jas NL heeft bij die gelegenheid een akte genomen en zes producties in het geding gebracht.
Vervolgens heeft Jas NL een Conclusie van repliek tevens vermindering van eis genomen en daarbij drie producties in het geding gebracht.
Gedaagden hebben een Conclusie van dupliek genomen.
1.2. Vervolgens is vonnis bepaald.
De rechtbank heeft kennis genomen van de stuken die tot het tussenvonnis van 28 juli 2010 hebben geleid en van bovengenoemde processtukken.
2. De verdere beoordeling
De vordering tegen Distribrands Cosmetics
2.1 Jas NL heeft de beide gedaagden gedagvaard en gevorderd dat zij gezamenlijk veroordeeld zouden worden.
Distribrands Cosmetics heeft zich tegen de vordering verweerd, daarbij aangevoerd dat en waarom zij niet tot betaling aan Jas NL is verplicht en niet met Distribrands International te vereenzelvigen valt. Zij heeft een kostenveroordeling ten laste van Jas NL gevraagd bij uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis.
Naar aanleiding van het verweer heeft de rechtbank in het tussenvonnis van 28 juli 2010 verzocht om inlichtingen over de grondslag van de vordering tegen Distribrands Cosmetics.
Bij comparitie van partijen heeft Jas NL haar stelling van verwevenheid tussen de beide gedaagden gehandhaafd en nadere feiten gesteld op grond waarvan Distribrands Cosmetics jegens haar aansprakelijk is.
In haar Conclusie van repliek tevens vermindering van eis heeft Jas NL de vordering tegen Distribrands Cosmetics teruggenomen.
In de Conclusie van dupliek deelt Distribrands Cosmetics mede dat zij niet bereid is om aan doorhaling van de vordering tegen haar mee te werken zonder dat aan haar proceskosten worden vergoed.
2.2 Gelet op het terugnemen van de vordering tegen Distribrands Cosmetics ligt bij de rechtbank geen te beoordelen vordering tegen deze partij meer voor. Een veroordeling van Distribrands Cosmetics kan daarom niet worden uitgesproken. Jas NL heeft Distribrands Cosmetics wel in rechte betrokken en deze kosten van verweer laten maken.
Daarom zal Jas NL veroordeeld worden in de aan de zijde van Distribrands Cosmetics gevallen kosten. De kostenveroordeling zal als niet weersproken bij voorraad uitvoerbaar worden verklaard.
De vorderingen tegen Distribrands International
2.3 Derhalve ligt nog ter beoordeling voor de vordering dat de rechtbank Distribrands International zal veroordelen om aan Jas NL te betalen de bedragen US$ 30.812,50 en € 4.621,87, te vermeerderen met rente en kosten.
2.4 Jas NL legt aan haar vorderingen – gelet op de bewoordingen van punten 2 en 3 van de Conclusie van repliek: geen andere dan – de volgende – samengevat weergegeven – stellingen ten grondslag.
2.4.1 Tiss Union Enterprise Co. Ltd. (hierna: Tiss) te Taiwan heeft in juni 2008 aan Distribrands International een partij cosmetica verkocht. Jas Forwarding Worldwide (Taiwan) Ltd. (hierna: Jas Taiwan) heeft de partij cosmetica in opdracht van Tiss vervoerd van Taiwan naar Rotterdam en voor dat vervoer een cognossement afgegeven aan Tiss. Jas NL is de Nederlandse agent van Jas Taiwan. Op 19 september 2008 heeft Jas NL bij vergissing de partij cosmetica afgeleverd aan Distribrands International zonder afgifte van het originele cognossement te verlangen.
2.4.2 Distribrands International, die aldus de partij cosmetica had ontvangen, heeft geweigerd de koopprijs te betalen aan Tiss. Daarop heeft Tiss Jas Taiwan aansprakelijk gesteld tot vergoeding van haar schade, het mislopen van de koopprijs van US$ 30.812,50. Jas Taiwan heeft die schade in mei/juni 2009 aan Tiss vergoed en op haar beurt Jas NL aansprakelijk gesteld. Jas NL heeft genoemd bedrag in dezelfde periode aan Jas Taiwan vergoed.
2.4.3 Zodoende is Distribrands International, die de partij cosmetica kosteloos ontving, ongerechtvaardigd verrijkt ter grootte van de koopprijs van US$ 30.812,50 waartegenover Jas NL voor hetzelfde bedrag is verarmd. Daarom dient Distribrands International dat bedrag aan Jas NL terug te betalen.
2.4.4 Subsidiair is Distribrands International uit “regres/subrogatie” aansprakelijk tot vergoeding van schade wegens het mislopen van de koopprijs door Tiss veroorzaakt door de vergissing van Jas NL. Jas Taiwan heeft die schade aan Tiss vergoed en is daardoor in dier rechten getreden. Jas NL is heeft Jas Taiwan schadeloos gesteld en op haar beurt in de rechten van Jas Taiwan gesubrogeerd. Waar Jas NL de betalingsverplichting van Distribrands International ten opzichte van Tiss heeft voldaan heeft zij regres op deze.
2.4.5 Voorts is Distribrands International aansprakelijk om aan Jas NL € 4.621,87 aan buitengerechtelijke kosten te vergoeden.
2.5 De conclusie van Distribrands International strekt tot afwijzing van de vorderingen met veroordeling van Jas NL in de proceskosten bij uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis.
2.6 Distribrands International voert daartoe het volgende aan.
2.6.1 Distribrands International betwist dat zij is verrijkt, dat die verrijking US$ 30.812,50 beloopt en dat er voldoende causaal verband bestaat tussen de verrijking bij haar en de verarming bij Jas NL.
2.6.2 De door Tiss verkochte partij cosmetica was ondeugdelijk. Daarom heeft Distribrands International beschadigde producten uit die partij uit winkels moeten terughalen met alle kosten van dien.
2.6.3 Tiss heeft Distribrands International niet uit de verplichtingen onder de koopovereenkomst ontslagen. Aanvankelijk heeft Tiss haar tot betaling aangesproken. Bij comparitie van partijen heeft Jas NL als productie 17 een “deed of assignment” van 10 augustus 2010 overgelegd stellende dat Tiss daarmee haar vordering op Distribrands International van US$ 30.812,50 aan Jas NL had overgedragen. Na verweer van Distribrands International ten aanzien van de geldigheid van die “deed of assignment” doet Jas NL geen beroep meer op die akte. Een en ander brengt niet mee dat Tiss de koopprijs niet meer van Distribrands International kan vorderen. Daarom is Distribrands International niet verrijkt.
2.6.4 De gestelde verrijking door Distribrands International staat los van de gestelde verarming bij Jas NL, onder meer omdat niet is vastgesteld dat Jas Taiwan jegens Tiss tot het gestelde beloop aansprakelijk was en evenmin of Jas NL dat was jegens Jas Taiwan.
2.6.5 De door Jas NL gestelde verarming is een gevolg van haar eigen schuld en haar onverplichte betaling aan Jas Taiwan. Voor zover de vordering daarop niet afstuit, moet die omstandigheid in ieder geval leiden tot een vermindering van de aansprakelijkheid van Distribrands International ten opzichte van Jas NL.
2.6.6 Voor een vordering uit hoofde van subrogatie/regres is geen plaats omdat Distribrands International en Jas NL geen hoofdelijke schuldenaren waren van Tiss, althans geen schuldenaren van dezelfde schuld aan Tiss.
2.7.1 Voor zover de vordering is gegrond op ongerechtvaardigde verrijking bij Distribrands International overweegt de rechtbank het volgende.
2.7.2 Voor toewijzing van een vordering tot schadevergoeding gegrond op ongerechtvaardigde verrijking (artikel 6:212 BW) is vereist: verrijking van de een zonder redelijke grond daartoe, verarming van de ander en voldoende verband tussen die verrijking en verarming.
2.7.3 Jas NL stelt dat Distribrands International zonder grond is verrijkt doordat zij de partij cosmetica heeft ontvangen zonder de koopprijs daarvoor te betalen. Distribrands International betwist haar verrijking en voert aan dat de partij cosmetica niet voldeed aan hetgeen zij op grond van de koopovereenkomst mocht verwachten en dat niet is gebleken dat haar verkoper Tiss niet langer aanspraak maakt op de koopprijs.
Distribrands International heeft de onder 2.4.1 vermelde door Jas NL gestelde feiten niet voldoende betwist, zodat deze tussen partijen vaststaan. Uit die feiten volgt niet dat Distribrands International niet (meer) verplicht is de koopprijs aan Tiss te betalen.
Distribrands International voert aan dat het onzeker is of Tiss afstand van haar recht op betaling van de koopprijs heeft gedaan. Daartoe wijst zij op de omstandigheden dat volgens de “deed of assignment” (productie 17 zijdens Jas NL) Tiss op 10 augustus 2010 de vordering tot betaling van de koopprijs aan Jas NL zou hebben overgedragen omdat Jas NL het bedrag ervan aan Tiss zou hebben betaald, maar dat na verweer van Distribrands International ten aanzien van de geldigheid van die overdracht Jas NL vervolgens niet uit hoofde van die overdracht ageert. Gelet op die door Jas NL niet betwiste omstandigheden, valt inderdaad niet uit te sluiten dat de “deed of assignment” niet tot gevolg heeft gehad dat Tiss (ten gunste van Jas NL) definitief afstand deed van haar vordering tot betaling van de koopprijs, zodat Tiss de gerechtigde daarvan bleef. Derhalve is niet aannemelijk geworden dat Distribrands International de koopprijs niet langer aan Tiss verschuldigd is.
2.7.4 Daarom is verrijking van Distribrands International niet aannemelijk geworden. Daarop stuit de op ongerechtvaardigde verrijking gegronde vordering af.
2.8.1 Ten aanzien van de grondslag subrogatie overweegt de rechtbank het volgende. 2.8.2 Kennelijk, Jas NL doet beroep op Nederlands wetsbepalingen, gaat Jas NL ervan uit dat Nederlands recht van toepassing is op de rechtsverhouding tussen Tiss en Jas Taiwan, alsmede tussen Jas Taiwan en Jas NL. Ook Distribrands International verwijst ter zake naar Nederlandse wetsbepalingen. Daaruit leidt de rechtbank af dat partijen (stilzwijgend) ervoor gekozen hebben dat de rechtbank Nederlands recht op de vordering en de gestelde rechtsgronden zal toepassen. De rechtbank volgt partijen daarin.
2.8.3 Kennelijk heeft Jas Taiwan als vervoerder onder het cognossement de door Tiss gestelde schade wegens het afleveren van de partij cosmetica zonder inname van het cognossement ter grootte van de koopprijs van die partij aan Tiss vergoed. Daargelaten het verweer van Distribrands International dat Jas Taiwan niet tot zodanige schadevergoeding verplicht was – Jas Taiwan voldeed daarbij mogelijk aan een natuurlijke verbintenis – betaalde laatstgenoemde daarmee haar eigen schuld aan Tiss, voortvloeiende uit de wanprestatie van haar hulppersoon Jas NL onder de vervoerovereenkomst. Die betalingsverplichting van Jas Taiwan ten opzichte van Tiss en de betalingsverplichting van Distribrands International ten opzichte van deze kunnen niet worden aangemerkt als dezelfde prestatie als bedoeld in artikel 6:6 BW of het eerste lid van artikel 6:102 BW. Immers, Distribrands International heeft zich bij het aangaan van de koopovereenkomst ten opzichte van Tiss verbonden tot betaling van de overeengekomen koopprijs, de (natuurlijke) verbintenis van Jas Taiwan is een gevolg van de wanprestatie onder de vervoerovereenkomst met Tiss waardoor zij aansprakelijk is geworden tot schadevergoeding. Tiss kon ieder van de schuldenaren Distribrands International en Jas Taiwan zelfstandig of gezamenlijk aanspreken; het enige gemeenschappelijke aan de beide prestaties is dat Tiss maar eenmaal betaald behoefde te krijgen. Er was daarom geen sprake van hoofdelijkheid tussen de schuldenaren Distribrands International en Jas Taiwan. Die toestand is niet gewijzigd doordat Jas Taiwan Tiss schadeloos stelde. Evenmin is die toestand gewijzigd doordat Jas NL vervolgens Jas Taiwan schadelooss stelde.
Op het vorenstaande stuit de vordering af voor zover deze is gegrond op subrogatie wegens het delgen van een hoofdelijke schuld.
2.8.4 Gesteld noch gebleken is dat een situatie als bedoeld in artikel 6:150 e.v. BW zich voordoet.
2.8.5 De conclusie moet zijn dat Jas Taiwan niet in de rechten van Tiss is getreden door subrogatie en dat daarom Jas NL evenmin in die rechten is getreden.
2.9 Voor zover Jas NL “regres” als zelfstandige grondslag aanvoert, overweegt de rechtbank het volgende. Een partij kan regres (of verhaal) nemen op een andere partij indien daartoe een rechtsgrond bestaat, maar “regres” vormt geen rechtsgrond.
2.10 De rechtbank komt dan ook tot de conclusie dat de aangevoerde rechtsgronden de vordering niet kunnen dragen. Dus dient zij de vorderingen af te wijzen.
2.11 De rechtbank zal Jas NL in de aan de zijde van Distribrands International gevallen proceskosten veroordelen. De kostenveroordeling zal als niet weersproken bij voorraad uitvoerbaar worden verklaard.
3 De beslissing
De rechtbank
1. veroordeelt Jas NL in de aan de zijde van Distribrands Cosmetics gevallen proceskosten, tot deze uitspraak bepaald op nihil aan verschotten en op € 1.158,- aan salaris voor de advocaat;
2. wijst de vordering tegen Distribrands International af;
3. veroordeelt Jas NL in de aan de zijde van Distribrands International gevallen proceskosten, tot deze uitspraak bepaald op € 590,- aan verschotten en op € 1.737,- aan salaris voor de advocaat;
4. verklaart dit vonnis voor zover het veroordelingen bevat uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.P. Sprenger en in het openbaar uitgesproken op 16 februari 2011.? 1928