ECLI:NL:RBROT:2010:BN3940

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
9 juni 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
284566 / HA ZA 07-1344
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vertegenwoordiging naar Spaans recht; volmacht in een civiele zaak

In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Rotterdam, staat de vraag centraal of Bookprint in naam van Indice S.L. heeft gecontracteerd met de gedaagde. De rechtbank heeft op 9 juni 2010 een vonnis gewezen in de zaak met zaaknummer 284566 / HA ZA 07-1344. De rechtbank heeft inlichtingen ingewonnen over Spaans (Catalaans) recht en heeft partijen de gelegenheid gegeven om zich uit te laten over de rechtsgeldigheid van de vertegenwoordiging van Indice door Bookprint. De rechtbank heeft vastgesteld dat Indice niet heeft aangetoond dat Bookprint in naam van Indice heeft gehandeld, wat essentieel is voor de vorderingsgerechtigdheid van Indice jegens de gedaagde. De rechtbank heeft de zaak verwezen naar de rol van 30 juni 2010 voor verdere uitlatingen van partijen over het bewijs dat Bookprint in naam van Indice heeft gecontracteerd. De rechtbank houdt iedere verdere beslissing aan totdat er meer duidelijkheid is over de bewijsvoering.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM
Sector civiel recht
Zaak-/rolnummer: 284566 / HA ZA 07-1344
Uitspraak: 9 juni 2010
VONNIS van de enkelvoudige kamer in de zaak van:
de vennootschap naar Spaans recht INDICE S.L.,
gevestigd te Barcelona, Spanje,
eiseres in conventie,
verweerster in voorwaardelijke reconventie,
advocaat mr. R.D. Rischen,
- tegen -
[gedaagde],
wonende te Rotterdam,
gedaagde in conventie,
eiser in voorwaardelijke reconventie,
advocaat mr. J.F. Bienfait.
Partijen worden hierna aangeduid als "Indice" respectievelijk "[gedaagde ]".
1 Het verdere verloop van het geding
De rechtbank heeft kennisgenomen van de volgende stukken:
- tussenvonnis d.d. 5 november 2008 (hierna: het tussenvonnis), alsmede de daaraan ten grondslag liggende processtukken;
- herstelvonnis d.d. 24 december 2008;
- akte na tussenvonnis aan de zijde van Indice;
- antwoordakte na tussenvonnis aan de zijde van [gedaagde ].
Na genoemde antwoordakte aan de zijde van [gedaagde ] heeft de rechtbank inlichtingen over Spaans (Catalaans) recht ingewonnen bij het Internationaal Juridisch Instituut (IJI).
2 De verdere beoordeling
in conventie en in voorwaardelijke reconventie
2.1
In het tussenvonnis, zoals dat vonnis ingevolge het herstelvonnis dient te luiden, is de zaak naar de rol verwezen voor het nemen van een aktes door partijen:
(a) teneinde zich nader uit te laten over de vraag of volgens hen al dan niet is voldaan aan het(de) vereiste(n) voor een rechtsgeldige vertegenwoordiging van Indice door Bookprint naar Spaans (Catalaans) recht en ter nadere onderbouwing van zijn stelling zonodig aanvullende bescheiden te overleggen, alsmede
(b) teneinde zich uit te laten over de wenselijkheid van een minnelijke regeling.
2.2
Uit de akten van partijen die zij genomen hebben na het tussenvonnis volgt dat zij geen minnelijke regeling hebben weten te bereiken.
2.3
Aan partijen is de gelegenheid gegeven zich uit te laten over het Spaanse (Catalaanse) recht ten aanzien van de hierboven in rechtsoverweging 2.1 onder (a) vermelde vraag. Niettemin, zo moet geconstateerd worden, zijn partijen in hun akten geen van beiden ingegaan op de terzake geldende regels van Spaans (Catalaans) recht.
2.4
In de kern genomen gaat het in de onderhavige zaak om de vraag of, zoals Indice stelt en [gedaagde ] betwist, Bookprint in naam van Indice met [gedaagde ] heeft gecontracteerd. Genoemde vraag dient beantwoord te worden aan de hand van de beginselen van het Spaanse overeenkomstenrecht, dat is geregeld in de Código Civil, het Spaanse Burgerlijk Wetboek.
Naar Spaans recht is voor vertegenwoordiging van een partij, de principaal, bij het sluiten van een overeenkomst vereist dat zijn vertegenwoordiger voorafgaande aan de overeenkomst beschikt over een volmacht dan wel dat hijzelf de door de vertegenwoordiger gesloten overeenkomst bekrachtigt. Een volmacht kan uitdrukkelijk of stilzwijgend worden verstrekt. Van een stilzwijgend verstrekte volmacht is sprake wanneer de wederpartij op basis van een handeling, uitspraak of gedraging van de principaal had behoren te weten dat de vertegenwoordiger over een toereikende volmacht beschikte. Een omstandigheid die in dat verband een rol kan spelen is bijvoorbeeld dat de gevolgde handelwijze een handelwijze is die tussen partijen gebruikelijk is.
Naar Spaans recht bindt een vertegenwoordiger zijn principaal door in naam van zijn principaal te handelen (artikel 1259 Código Civil). Derhalve dient vast komen te staan dat Bookprint bij het aangaan van de overeenkomst met [gedaagde ] in naam van Indice heeft gehandeld. Komt dit vast te staan, dan is Indice vorderingsgerechtigd jegens [gedaagde ] en moeten de gedragingen van (de medewerkers van) Bookprint zowel ten tijde van het sluiten van de overeenkomst met [gedaagde ] als ter zake van de uitvoering daarvan worden toegerekend aan Indice. Indice neemt immers niet het standpunt in dat Bookprint slechts over een beperkte volmacht beschikte, dat wil zeggen, een volmacht die alleen betrekking had op het sluiten van de overeenkomst met [gedaagde ] maar niet op de uitvoering van die overeenkomst. Indien niet komt vast te staan dat Bookprint in naam van Indice met [gedaagde ] heeft gecontracteerd (maar in eigen naam), kan van vorderingsgerechtigdheid van Indice jegens [gedaagde ] geen sprake zijn en moet om die reden de vordering van Indice worden afgewezen.
Bij dit alles neemt de rechtbank in aanmerking dat tussen partijen niet in geschil is dat de dames [A] en [B], werkneemsters van Bookprint, niet in eigen naam hebben gehandeld maar uitsluitend als medewerkers van Bookprint.
2.5
Naar het oordeel van de rechtbank is Indice vooralsnog niet geslaagd in het bewijs van haar stelling dat Bookprint in naam van Indice met [gedaagde ] heeft gecontracteerd. Daarbij wordt nog in aanmerking genomen dat gebleken is dat niet alleen op de onderhavige opdrachtbevestiging d.d. 31 maart 2006 (prod. 1 van Indice) maar ook eerdere opdrachtbevestigingen d.d. 1 maart 2006 (prod. 11 van Indice) en d.d. 3 februari 2006 (prod. 14 van Indice), die betrekking hebben op andere transacties dan de onderhavige, zowel de naam van Indice als de naam van Bookprint staat vermeld en niet is vermeld dat Bookprint in naam van Indice handelt.
2.6
Het voorgaande betekent dat Indice zal worden opgedragen te bewijzen dat Bookprint in naam van Indice met [gedaagde ] heeft gecontracteerd.
2.7
Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.
3 De beslissing
De rechtbank,
in conventie en in voorwaardelijke reconventie
draagt Indice op het bewijs dat Bookprint in naam met [gedaagde ] heeft gecontracteerd;
verwijst de zaak naar de rol van 30 juni 2010 voor uitlating bij akte door Indice over de vraag hoe zij bewijs wil leveren alsmede, voor zover zij dit bewijs wil leveren door het doen horen van getuigen, over de vraag wie deze getuigen zullen zijn en of deze getuigen in het kader van de Europese Bewijsverordening (Verordening (EG) nr. 1206/2001 van de Raad van 28 mei 2001 betreffende de samenwerking tussen de gerechten van de lidstaten op het gebied van de bewijsverkrijging in burgerlijke of handelszaken, PbEG L174/1) zullen moeten worden gehoord in Spanje, althans buiten Nederland, alsmede, voor zover zij getuigen in Nederland wil doen horen, welke hun verhinderdata zijn en de verhinderdata van beide partijen en hun raadslieden in de maanden september tot en met november 2010, waarna [gedaagde ] in de gelegenheid zal zijn bij antwoordakte daarop te reageren;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.P. Sprenger.
Uitgesproken in het openbaar.
901/1928