ECLI:NL:RBROT:2010:BN2794

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
23 juli 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/810019-10
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • M. van der Groen
  • A. van den Enden
  • J. den Hollander
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Openlijk geweld en bedreiging met zware mishandeling tijdens strandrellen in Hoek van Holland

Op 23 juli 2010 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij openlijk geweld en bedreiging met zware mishandeling tijdens een evenement in Hoek van Holland op 22 en 23 augustus 2009. De verdachte werd beschuldigd van het gooien van voorwerpen naar politieagenten en het bedreigen van hen met geweld. Tijdens de terechtzitting op 9 juli 2010 werd de tenlastelegging besproken, waarbij de verdachte werd vrijgesproken van een aantal beschuldigingen, maar wel schuldig werd bevonden aan openlijk geweld en bedreiging. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet opzettelijk zwaar lichamelijk letsel had willen toebrengen, maar dat zijn acties wel degelijk een ernstige bedreiging vormden voor de politieagenten die aanwezig waren. De rechtbank nam in haar overwegingen mee dat de verdachte eerder was veroordeeld voor soortgelijke feiten en dat er een hoog recidiverisico werd ingeschat. De rechtbank legde een gevangenisstraf op van acht maanden, waarvan drie maanden voorwaardelijk, en stelde bijzondere voorwaarden vast, waaronder een evenementenverbod en een meldingsplicht bij de politie tijdens risicovolle evenementen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte door zijn gedrag niet alleen de politie, maar ook de aanwezige burgers in gevaar had gebracht, en dat er een noodzaak was voor een strenge reactie vanuit het oogpunt van algemene preventie. De uitspraak benadrukte de ernst van de feiten en de impact die deze hadden op de slachtoffers en de samenleving.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM
Sector strafrecht
Parketnummer: 10/810019-10
Datum uitspraak: 23 juli 2010
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte],
[geboortedatum en geboortedatum verdachte],
ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie op het adres [adres en woonplaats verdachte],
ten tijde van het onderzoek op de terechtzitting preventief gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting Rotterdam, locatie Noordsingel ,
raadsvrouw mr. De Kock-Molendijk , advocaat te Rotterdam.
ONDERZOEK OP DE TERECHTZITTING
Het onderzoek op de terechtzitting heeft plaatsgevonden op 9 juli 2010.
TENLASTELEGGING
Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding . De tekst van de tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht. Deze bijlage maakt deel uit van dit vonnis.
EIS OFFICIER VAN JUSTITIE
De officier van justitie mr. Van Heemst heeft gerekwireerd tot:
- bewezenverklaring van het onder 1, 2 en 3 impliciet subsidiair ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 15 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 5 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar en als bijzondere voorwaarde dat de verdachte zich zal gedragen naar de aanwijzingen van Reclassering Nederland en dient te voldoen aan een locatieverbod, een middelenverbod en een meldingsgebod.
MOTIVERING VRIJSPRAAK
Het onder 3 impliciet primair ten laste gelegde is niet wettig en overtuigend bewezen, zodat de verdachte daarvan dient te worden vrijgesproken. De rechtbank zal deze vrijspraak niet motiveren, nu zowel de officier van justitie als de raadsman tot vrijspraak hebben geconcludeerd.
Ten aanzien van het onder 3 impliciet subsidiair ten laste gelegde geldt het volgende.
De officier van justitie heeft aangevoerd dat sprake is van een poging tot zware mishandeling, nu uit algemene ervaringsregelen kan worden aangenomen dat de slachtoffers zwaar letsel hadden kunnen oplopen, indien zij door de aluminium bak op bijvoorbeeld het hoofd waren getroffen.
De raadsvrouw heeft bepleit dat de verdachte geen opzet had op het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel aan de betrokken agenten, ook niet in voorwaardelijke zin.
Met de officier van justitie en de raadsvrouw is de rechtbank van oordeel dat niet is gebleken dat de verdachte toen hij de aluminium bak naar de agenten gooide, het bloot opzet had op het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel. Vervolgens dient te worden bezien of sprake was van opzet in voorwaardelijke zin. Hierbij is van belang dat enkel is komen vast te staan dat de verdachte een aluminium bak naar de agenten heeft gegooid, maar dat verder niets bekend is over dit voorwerp. Zo is niet bekend wat precies de afmetingen, het gewicht en de vorm van deze bak waren. Reeds hierom kan niet worden vastgesteld dat door het gooien van dit voorwerp naar de politieagenten, een aanmerkelijke kans bestond dat de agenten zwaar lichamelijk letsel zouden oplopen. De verdachte zal derhalve ook van het onder 3 impliciet subsidiair ten laste gelegde worden vrijgesproken.
BEWEZENVERKLARING
Wettig en overtuigend is bewezen dat de verdachte het onder 1 en 2 ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
1.
hij
in de periode van 22 augustus 2009 tot en met 23 augustus 2009
te Hoek van Holland, gemeente Rotterdam,
op de openbare weg, op/nabij het strand van Hoek van Holland,
openlijk in vereniging geweld heeft
gepleegd tegen politieambtenaren, zoals genoemd in de aangehechte bijlage, welk geweld bestond uit het:
- gooien van een aluminium bak englazen en bekersbier en
met zand gevuldeflessen en lampjes/lichtjes tegen en/of naar en/of
in de richting van die politieambtenaren en- schoppen van (los) zand naar en/of in de richting van die
politieambtenaren en- zich opdringen aan/tegen envervolgens achtervolgen/achternalopen van
die politieambtenarenenvervolgensdie politieambtenaren
te dwingen achteruit naar en/of in de richting van dranghekken te lopen en
- omver trappen/schoppen en/of duwen van die/dat (drang)hek(ken) (waarachter
die politieambtena(a)r(en) schuilden) envervolgensdie
politieambtena(a)r(en) te dwingen (verder) achteruit de duinen in te lopen
en- daarbij dreigendluid scanderen en roepen van de woorden:
"Rotterdam Hooligans" en/of "(Kanker)Joden" , althans woorden van gelijke aard en/of
strekking;
2.
hij
in de periode van 22 augustus tot en met 23 augustus 2009
te Hoek van Holland, gemeente Rotterdam,
tezamen en in vereniging met anderen,
politieambtenaren zoals genoemd in de aangehechte bijlage
heeft bedreigd met zware mishandeling, immers hebben verdachte
en zijn mededadersopzettelijk
- hoorbaar voor die politieambtena(a)r(en) en/of schreeuwend afgeteld en/of
(vervolgens)
- een aluminium bak, althans een zwaar voorwerp en/of glazen en
bekersbier enmet zand gevuldeflessen en lampjes/lichtjes gegooid tegen en/of naar en/of
in de richting van die politieambtenaren en- geschopt van (los) zand naar en/of in de richting van die
politieambtenaren en- zich opgedrongen aan/tegen envervolgens achtervolgd/achternagelopen van
die politieambtenarenenvervolgensdie politieambtenaren
gedwongen achteruit naar en/of in de richting van dranghekken te lopen en
- die/dat (drang)hek(ken) omver getrapt/geschopt en/of geduwd (waarachter die
politieambtena(a)r(en) schuilden) envervolgens politieambtena(a)r(en) gedwongen
(verder) achteruit de duinen in te lopen en daarbij tezamen en in vereniging met een
ander of anderen, althans alleen, deze dreigend de woorden toegevoegd: "Rotterdam
Hooligans" en/of "(Kanker)Joden" , althans woorden van gelijke aard en/of strekking.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet ook daarvan worden vrijgesproken.
BEWIJSMOTIVERING
De overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan is gegrond op de inhoud van de wettige bewijsmiddelen, houdende daartoe redengevende feiten en omstandigheden. Het vonnis zal in die gevallen waarin de wet dit vereist worden aangevuld met een later bij dit vonnis te voegen bijlage met daarin de inhoud dan wel de opgave van de bewijsmiddelen.
NADERE BEWIJSMOTIVERING
Namens de verdachte is aangevoerd dat hij op 24 en 27 augustus 2009 is gehoord als getuige en dat hem tijdens deze verhoren niet de cautie is verleend. Daarnaast stelt de verdediging dat de verdachte voorafgaand aan deze verhoren geen advocaat heeft kunnen consulteren, hetgeen in strijd is met de zogenaamde “Salduz”-jurisprudentie nu de positie van de verdachte gelijkgesteld was aan die van een aangehouden verdachte. De verdediging stelt dat deze verzuimen gesanctioneerd dienen te worden en verzoekt de rechtbank om tot strafvermindering over te gaan.
De rechtbank stelt vast dat de verdachte op 24 en 27 augustus 2009 als getuige is gehoord en op dat moment niet was aangehouden. Uit het proces-verbaal dat van dit verhoor is opgemaakt, blijkt niet dat de verdachte voorafgaand aan het verhoor in de gelegenheid is gesteld om een raadsman te raadplegen. Voorts blijkt niet dat aan de verdachte op enig moment de cautie is meegedeeld. Vaststaat dat de verdachte tijdens het verhoor is ondervraagd over zijn rol bij de gewelddadigheden.
Allereerst merkt de rechtbank op dat anders dan de verdediging meent de “Salduz”-jurisprudentie alleen van toepassing is op zaken waarbij een verdachte is aangehouden. Dat een verdachte die niet is aangehouden, maar zich in een met een aanhouding vergelijkbare situatie bevindt, voorafgaand aan het verhoor eveneens moet worden gewezen op zijn recht op rechtsbijstand, vindt geen steun in het recht.
De verdediging wordt wel gevolgd in haar stelling dat nu de verdachte tijdens de verhoren van 24 en 27 augustus is ondervraagd over zijn rol bij de gewelddadigheden aan hem de cautie diende te worden verleend. Nu dit is nagelaten is sprake van een onherstelbaar vormverzuim en de rechtbank ziet hierin aanleiding het verhoor van 24 en 27 augustus 2009 van het bewijs uit te sluiten. Hiermee is het eventueel door de verdachte geleden nadeel opgeheven en is strafvermindering niet aan de orde.
STRAFBAARHEID FEIT EN
De bewezen feiten leveren op:
De eendaadse samenloop van
1. openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen
en
2. medeplegen van bedreiging met zware mishandeling.
De feiten zijn strafbaar.
STRAFBAARHEID VERDACHTE
De verdachte is strafbaar.
STRAFMOTIVERING
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte heeft zich in de avond/nacht van 22 augustus op 23 augustus 2009 op het strandfeest “Veronica’s Sunset Grooves” te Hoek van Holland schuldig gemaakt aan het plegen van openlijk geweld tegen en bedreiging van politieagenten. Hij maakte deel uit van een groep die naast het scanderen van leuzen en het opdrijven van de agenten, de agenten bekogelde met verschillende voorwerpen. De verdachte liep vooraan in deze groep en heeft een aluminium bak naar de agenten gegooid.
Nadat de agenten zich veilig waanden achter dranghekken, heeft de verdachte met anderen die dranghekken omver gehaald. Zo maakte hij de weg vrij voor de buiten zinnen zijnde menigte om de agenten verder in het nauw te drijven en ze te bestoken. De agenten hebben hierop schoten gelost en de verdachte is hierdoor geraakt.
Tijdens deze gebeurtenissen hebben de agenten voor hun leven gevreesd. Zij hadden het gevoel in een oorlog te zijn terechtgekomen en betwijfelden of zij hun gezinnen nog zouden zien. Het is mede door het handelen van de verdachte dat het die bewuste nacht zo uit de hand is gelopen. De rechtbank rekent dit de verdachte zwaar aan.
Openlijke geweldpleging en bedreiging zijn ernstige feiten die niet alleen gevoelens van onveiligheid en angst in het leven roepen bij de slachtoffers, maar ook bij degenen die er getuige van zijn. Voor velen is dat wat een plezierig feest had kunnen zijn, geëindigd in een vervelende en angstige ervaring. De verdachte heeft door zijn handelwijze hieraan bijgedragen. Bovendien heeft hij door die handelwijze het gezag van de politiefunctionarissen ernstig ondermijnd.
Op dergelijke feiten kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een gevangenisstraf van enige duur.
Bij het bepalen van de duur van de op te leggen straf is in het nadeel van de verdachte in aanmerking genomen dat hij blijkens het op zijn naam gestelde uittreksel uit de Justitiële Documentatie d.d. 23 juni 2010 reeds eerder is veroordeeld voor soortgelijke feiten.
Op 29 maart 2010 is door Jeugdzorg & Reclassering, Leger des Heils, over de verdachte gerapporteerd. Het recidiverisico wordt als hoog gemiddeld ingeschat, rellen hebben een kennelijk een aantrekkingskracht op de verdachte. Daarbij lijkt er een parallel te lopen met het openlijk geweld van 2005; beide keren had de verdachte vooraf niet het plan aan rellen deel te nemen, was er alcohol in het spel en betrof het een reactie op de politie. De verdachte kan geen motief noemen. Mogelijk speelt emotionele problematiek een rol en is het uiten van boosheid onder normale omstandigheden een probleem, waardoor zaken te zeer opstapelen en pas tot uiting komen na alcoholgebruik en in een sfeer die al agressief geladen is. Geadviseerd wordt een deels voorwaardelijke straf op te leggen met als bijzondere voorwaarde een verplicht reclasseringscontact. De verdachte zal in dit kader worden verplicht om zich voor zijn agressieproblematiek te laten behandelen bij De Waag. Daarnaast acht de Reclassering een leefstijltraining bij Bouman GGZ geïndiceerd.
De officier van justitie heeft in zijn eis oplegging van deze bijzondere voorwaarde gevraagd en heeft aangegeven dat een strafrechtelijk evenementenverbod met meldingsgebod en middelenverbod een relevante toegevoegde waarde heeft. De officier van justitie heeft in een bijlage bij het requisitoir aangegeven om hoeveel en welke (risicovolle) evenementen het zou gaan.
De rechtbank deelt de zorg van de reclassering over het gedrag van de verdachte indien hij zich bevindt in een agressieve groep, mede gelet op het feit dat de verdachte reeds eerder in een soortgelijke situatie geweld heeft gepleegd, hij zich in de voorste geledingen van de gewelddadige groep bevond en de verdachte kennelijk geen inzicht heeft in de oorzaak van zijn gedrag. De rechtbank zal het advies van de reclassering dan ook overnemen. Hierbij wordt opgemerkt dat – gelet op het hoge alcoholgebruik van de verdachte en de samenhang die er lijkt te zijn met de gepleegde delicten – bij de behandeling aandacht dient te zijn voor het terugdringen van het alcoholgebruik.
De rechtbank is van oordeel dat het verzochte evenementenverbod met meldingsplicht en middelenverbod in het kader van op te leggen bijzondere voorwaarden voldoende concreet en bepaald is, gelet op het in de door het Openbaar Ministerie ter zitting overgelegde en aan dit vonnis gevoegde bijlage genoemde aantal van de evenementen, alsmede de aard, tijdperiode, duur en omvang daarvan. Naar verwachting zal het evenementen betreffen die naar verwachting qua omvang en aantal bezoekers gelijk zullen zijn aan strandfeest “Veronica’s Sunset Grooves”. Een uitzondering hierop vormt Koninginnedag. Hiervoor geldt het verbod slechts indien het een georganiseerd evenement betreft op een plaats waarbij een menigte mensen wordt verwacht.
De rechtbank heeft daarbij in ogenschouw genomen dat het evenementenverbod met de daaraan gekoppelde meldingsplicht en het middelenverbod, aanmerkelijke gevolgen heeft voor de vrijheid van de verdachte om op de evenementdagen de door hem gewenste
(privé-)activiteiten te ontplooien. Mede in verband daarmee heeft de rechtbank een zorgvuldige afweging gemaakt tussen enerzijds de noodzaak om vanuit generaal preventief oogpunt een evenementenverbod met meldingsplicht en middelenverbod op te leggen en anderzijds de in het geding zijnde belangen van de verdachte. De rechtbank is van oordeel dat de noodzaak vanuit het oogpunt van generale preventie zwaarder weegt dan de belangen van de verdachte.
De rechtbank is - alles afwegende - van oordeel dat er voldoende gronden zijn om de verdachte naast de na te vermelden straf nog een evenementenverbod met meldingsplicht en middelenverbod in het kader van bijzondere voorwaarden op te leggen.
Tot slot neemt de rechtbank in overweging dat de verdachte door politiekogels is geraakt. De verdachte heeft drie schotwonden opgelopen in zijn buik, heup en pols. Als gevolg hiervan is de verdachte aan zijn buik geopereerd en heeft hij een aantal dagen in een ziekenhuis moeten verblijven. Door het schot in de pols zijn drie handwortelbeentjes van de verdachte verbrijzeld en is een middenhandsbotje gebroken. De rechtbank ziet in deze omstandigheden aanleiding de op te leggen gevangenisstraf te matigen.
Alles afwegend wordt na te noemen straf passend en geboden geacht.
IN BESLAG GENOMEN VOORWERPEN
De rechtbank zal de teruggave gelasten van de hierna te noemen inbeslaggenomen voorwerpen aan verdachte, omdat naar het oordeel van de rechtbank het belang van strafvordering zich niet meer verzet tegen deze teruggave.
VORDERING BENADEELDE PARTIJ / SCHADEVERGOEDINGSMAATREGEL
Als benadeelde partijen hebben zich in het geding gevoegd ter vordering van vergoeding van immateriële schade bij wijze van voorschot tot een bedrag van € 200,= ter zake van de feiten, als in onderstaande tabel opgenomen:
Volgnr. Naam Woonplaats Immaterieel
1 XX Rotterdam € 200,--
2 XX Rotterdam € 200,--
3 XX Rotterdam € 200,--
4 XX Rotterdam € 200,--
5 XX Rotterdam € 200,--
6 XX Rotterdam € 200,--
7 XX Rotterdam € 200,--
8 XX Rotterdam € 200,--
9 XX Rotterdam € 200,--
10 XX Rotterdam € 200,--
11 YY Rotterdam € 200,--
12 XX Rotterdam € 200,--
13 XX Rotterdam € 200,--
14 XX Rotterdam € 200,--
15 XX Rotterdam € 200,--
16 XX Rotterdam € 200,--
17 XX Rotterdam € 200,--
18 XX Rotterdam € 200,--
19 XX Rotterdam € 200,--
20 XX Rotterdam € 200,--
21 XX Rotterdam € 200,--
22 YY Rotterdam € 200,--
23 YY Rotterdam € 200,--
24 XX Rotterdam € 200,--
25 XX Rotterdam € 200,--
26 XX Rotterdam € 200,--
27 XX Rotterdam € 200,--
28 XX Rotterdam € 200,--
29 XX Rotterdam € 200,--
30 XX Rotterdam € 200,--
31 XX Rotterdam € 200,--
32 YY Rotterdam € 200,--
33 XX Rotterdam € 200,--
34 XX Rotterdam € 200,--
35 XX Rotterdam € 200,--
36 XX Rotterdam € 200,--
37 XX Rotterdam € 200,--
38 XX Rotterdam € 200,--
39 XX Rotterdam € 200,--
40 XX Rotterdam € 200,--
41 XX Rotterdam € 200,--
42 XX Rotterdam € 200,--
43 XX Rotterdam € 200,--
44 XX Rotterdam € 200,--
45 XX Rotterdam € 200,--
De benadeelde partijen YY, werkzaam bij de Bereden Brigade van de Politie-Rotterdam-Rijnmond zullen in hun vordering niet-ontvankelijk worden verklaard, nu niet is komen vast te staan dat de schade waarvan vergoeding wordt gevorderd rechtstreeks verband houdt met de onder 1 en 2 bewezen verklaarde feiten.
Nu de vorderingen van de benadeelde YY niet-ontvankelijk zullen worden verklaard, zullen deze benadeelde partijen worden veroordeeld in de kosten door de verdachte ter verdediging van de vorderingen gemaakt, tot op heden begroot op nihil.
Nu is komen vast te staan dat aan de overige benadeelde partijen als gevolg van de bewezen verklaarde strafbare feiten rechtstreeks schade is toegebracht en de gevorderde schadevergoedingen de rechtbank niet onrechtmatig of ongegrond voorkomen, zullen de vorderingen als voorschot worden toegewezen.
Nu de verdachte de strafbare feiten ter zake waarvan schadevergoeding zal worden toegekend samen met mededaders heeft gepleegd, zijn zij daarvoor ieder hoofdelijk aansprakelijk. Indien en voor zover de mededader(s) de benadeelde partijen betalen is de verdachte in zoverre jegens de benadeelde partijen van deze betalingsverplichting bevrijd.
Nu de vorderingen van de benadeelde partijen zullen worden toegewezen, zal de verdachte worden veroordeeld in de kosten door de benadeelde partijen gemaakt, tot op heden begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
Tevens wordt oplegging van de hierna te noemen maatregel als bedoeld in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht passend en geboden geacht.
TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
Behalve op het reeds genoemde artikel is gelet op de artikel en 14a, 14b, 14c, 14d, 47, 55, 63, 141, 285 van het Wetboek van Strafrecht .
BESLISSING
De rechtbank:
verklaart niet bewezen, dat de verdachte het onder 3 ten laste gelegde feit heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart bewezen, dat de verdachte de onder 1 en 2 ten laste gelegde feit en, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte ook daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feit en;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de tijd van 8 (acht) maanden ;
bepaalt dat van de ze gevangenisstraf een gedeelte, groot 3 (drie ) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechtbank later anders mocht gelasten;
stelt daarbij een proeftijd vast van 2 (twee) jaren; de tenuitvoerlegging kan worden gelast indien:
- de veroordeelde zich vóór het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit schuldig maakt;
- de veroordeelde gedurende de proeftijd de hierna vermelde bijzondere voorwaarde n niet naleeft;
stelt als bijzondere voorwaarden:
- dat de veroordeelde zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de
aanwijzingen die zullen worden gegeven door of namens Reclassering Nederland, zolang
deze instelling dit nodig vindt,
- een locatieverbod, een meldingsgebod en een middelenverbod, inhoudende:
- het verbod dat de veroordeelde zich gedurende de periode van 14 augustus 2010 tot en met 1 januari 2012 bevindt op de evenementen zoals genoemd in de bij dit vonnis behorende bijlage;
- het gebod dat de veroordeelde zich meldt op de dagen en tijdstippen waarop deze tien evenementen plaatsvinden, bij een politiebureau genoemd in de bij dit vonnis behorende bijlage;
- het verbod dat de veroordeelde in publiek toegankelijke ruimten op de dagen en de
tijdstippen waarop de tien evenementen zoals genoemd in de bij dit vonnis
behorende bijlage plaatsvinden alcohol en drugs gebruikt;
verstrekt aan genoemde reclasseringsinstelling opdracht aan de veroordeelde hulp en steun te verlenen bij de naleving van de voorwaarde n;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
beslist ten aanzien van de in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, zoals vermeld in het proces-verbaal van de politie met nummer 2009291920-46, als volgt:
- gelast de teruggave aan verdachte van een broek, een paar schoenen, een trui, een onderbroek en een paar sokken;
heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte met ingang van de dag waarop de totale duur van de tot dan toe ondergane verzekering en voorlopige hechtenis gelijk zal zijn aan die van het onvoorwaardelijk deel van de opgelegde gevangenisstraf;
wijst de vorderingen van de benadeelde partijen als voorschot toe als opgenomen in onderstaande tabel en veroordeelt de verdachte deze bedragen tegen kwijting te betalen eveneens als opgenomen in onderstaande tabel, met dien verstande dat indien en voor zover zijn mededader(s) betalen de verdachte in zoverre van deze verplichting is bevrijd;
veroordeelt de verdachte tevens in de kosten door de benadeelde partijen gemaakt, tot op heden begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
legt aan de verdachte de schadevergoedingsmaatregel op, inhoudende de verplichting aan de Staat ten behoeve van de benadeelde partijen voornoemd te betalen de bedragen zoals in onderstaande tabel opgenomen, bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van het aantal dagen zoals eveneens opgenomen in onderstaande tabel, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft;
verstaat dat betaling aan de benadeelde partij, waaronder begrepen betaling door zijn mededader(s), tevens geldt als betaling aan de Staat ten behoeve van de benadeelde partijen en omgekeerd;
Nr. naam wonende bedrag zegge vervangende hechtenis
1 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
2 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
3 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
4 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
5 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
6 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
7 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
8 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
9 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
10 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
11 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
12 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
13 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
14 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
15 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
16 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
17 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
18 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
19 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
20 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
21 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
22 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
23 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
24 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
25 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
26 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
27 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
28 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
29 XXX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
30 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
31 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
32 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
33 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
34 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
35 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
36 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
37 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
38 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
39 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
40 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
41 XX Rotterdam € 200,-- Tweehonderd euro 4 dagen
verklaart de benadeelde partijen YY niet-ontvankelijk in de vordering; bepaalt dat de vordering slechts kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
veroordeelt de benadeelde partijen YY in de kosten door de verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, en begroot deze kosten op nihil.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. Van der Groen , voorzitter,
en mrs. Van den Enden en Den Hollander , rechters,
in tegenwoordigheid van Wilsing , griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 23 juli 2010 .
De oudste rechter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage bij vonnis van 23 juli 2010:
TEKST TENLASTELEGGING.
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1.
(Zaak Linie)
hij
in of omstreeks de periode van 22 augustus 2009 tot en met 23 augustus 2009
te Hoek van Holland, gemeente Rotterdam,
op of aan de openbare weg, op/nabij het strand van Hoek van Holland,
in elk geval op of aan een openbare weg, openlijk in vereniging geweld heeft
gepleegd tegen één of meer politieambtena(a)r(en), welk geweld bestond uit het:
- hoorbaar voor die politieambtena(a)r(en) en/of schreeuwend aftellen en/of
(vervolgens)
- gooien en/of werpen van een aluminium bak, althans een zwaar voorwerp en/of één of
meer glas/glazen en/of beker(s) bier en/of
(met zand gevulde) fles(sen) en/of lampje(s)/lichtje(s) en/of (een)
ste(e)n(en) en/of (een) hek(ken) en/of (strand)bed(den)/stoel(en) en/of
(een) fiets(en) en/of (andere) (zware) voorwerp(en) tegen en/of naar en/of
in de richting van die politieambtena(a)r(en) en/of
- schoppen en/of gooien van (los) zand naar en/of in de richting van die
politieambtena(a)r(en) en/of
- zich opdringen aan/tegen en/of (vervolgens) achtervolgen/achternalopen van
die politieambtena(a)r(en) en/of (vervolgens) die politieambtena(a)r(en)
te dwingen achteruit naar en/of in de richting van (gesloten) (een)
(drang)hek(ken) te lopen en/of (vervolgens)
- omver trappen/schoppen en/of duwen van die/dat (drang)hek(ken) (waarachter
die politieambtena(a)r(en) schuilden) en/of (vervolgens) die
politieambtena(a)r(en) te dwingen (verder) achteruit de duinen in te lopen
en/of
- (daarbij) (dreigend) (luid) scanderen en/of roepen van de woorden:
"Rotterdam Hooligans" en/of "(Kanker)Joden" en/of "Kutwouten" en/of "Ik maak
je af" en/of "Kankerlijers", althans woorden van gelijke aard en/of
strekking;
(artikel 141 Wetboek van Strafrecht)
2.
(Zaak Linie)
hij
in of omstreeks de periode van 22 augustus tot en met 23 augustus 2009
te Hoek van Holland, gemeente Rotterdam,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
één of meer politieambtena(a)r(en) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het
leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft/hebben verdachte
en/of (een of meer van) zijn mededader(s) opzettelijk dreigend
- hoorbaar voor die politieambtena(a)r(en) en/of schreeuwend afgeteld en/of
(vervolgens)
- een aluminium bak, althans een zwaar voorwerp één of meer glas/glazen en/of beker(s)
bier en/of (met zand gevulde) fles(sen) en/of
lampje(s)/lichtje(s) en/of (een) ste(e)n(en) en/of (een) hek(ken) en/of
(strand)bed(den)/stoel(en) en/of (een) fiets(en) en/of (andere) (zware)
voorwerp(en) gegooid tegen en/of naar en/of in de richting van die
politieambtena(a)r(en) en/of
- geschopt en/of gegooid van (los) zand naar en/of in de richting van die
politieambtena(a)r(en) en/of
- zich opgedrongen aan/tegen en/of (vervolgens) achtervolgd/achternagelopen
van die politieambtena(a)r(en) en/of (vervolgens) die
politieambtena(a)r(en) gedwongen achteruit naar en/of in de richting van
(gesloten) (een) (drang) hek(ken) te lopen en/of (vervolgens)
- die/dat (drang)hek(ken) omver getrapt/geschopt en/of geduwd (waarachter
die politieambtena(a)r(en) schuilden) en/of (vervolgens) die
politieambtena(a)r(en) gedwongen (verder) achteruit de duinen in te lopen
en/of (daarbij) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans
alleen, deze dreigend de woorden toegevoegd: "Rotterdam Hooligans"
en/of "(Kanker)Joden" en/of "Kutwouten" en/of "Ik maak je af" en/of
"Kankerlijers", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
(artikel 285/47 Wetboek van Strafrecht)
3.
(Zaak Linie)
Hij
in of omstreeks de periode van 22 augustus tot en met 23 augustus 2009 te Hoek van Holland, gemeente Rotterdam,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk één of meer
politieambtena(a)r(en), althans een politieambtenaar, van het leven te
beroven, althans zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet
een aluminium bak, althans een zwaar voorwerp, naar en/of in de richting van die politieambtena(a)r(en) heeft gegooid, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
(artikel 287/47/302/45) Wetboek van Strafrecht)
RISICOVOLLE EVENEMENTEN
1. 100% NL (Hoek van Holland) op 14 augustus 2010
2. Nieuw dance-event in het Zuiderpark
3. Nightmare Ahoy Rotterdam 2010
4. Nieuwjaarsfeest op 31december 2010
5. Musica Republica 2011
6. Dance Parade (nieuwe opzet) 2011
7. Nightmare in Ahoy Rotterdam 2011
8. Opening strandseizoen maand mei 2011
9. Alle vergunde evenementen op Bevrijdingsdag in de regio Rotterdam 5 mei 2011
10. Alle vergunde evenementen met Oud en Nieuw in de regio Rotterdam 31/12-01/01 2010/2011 en 2011/2012
11. Alle vergunde evenementen op koninginnenacht en dag in de regio Rotterdam 29/30 april 2011. Braderieën zijn uitgezonderd van alle vergunde evenementen.
Verdachte dient zich tijdens genoemde evenementen te melden op het politiebureau te Strijen