ECLI:NL:RBROT:2010:BN0807
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Besluit tot uitsluiting van het zondagelftal van Xerxes uit de competitie na geweldsincidenten
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam op 9 juli 2010 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de vereniging Xerxes en de Koninklijke Nederlandse Voetbalbond (KNVB). De zaak betreft een besluit van het districtsbestuur van de KNVB om het eerste zondagelftal van Xerxes per direct uit de competitie te nemen. Dit besluit was gebaseerd op herhaaldelijk geweld jegens anderen, zoals vermeld in artikel 33 lid 1 sub c van het Reglement Wedstrijden Amateur Veldvoetbal (RWAV). De voorzieningenrechter had eerder, op 10 juni 2010, geoordeeld dat het districtsbestuur bij het nemen van het eerdere besluit het beginsel van hoor en wederhoor niet had nageleefd. Dit leidde tot de noodzaak voor de KNVB om een nieuw besluit te nemen, waarbij Xerxes wel in de gelegenheid werd gesteld om haar standpunt naar voren te brengen.
Tijdens de hoorzitting op 16 juni 2010 heeft het districtsbestuur van de KNVB het eerdere besluit ingetrokken en Xerxes geïnformeerd over de mogelijkheid van een nieuw besluit op basis van artikel 33 lid 1 sub c RWAV. Na de hoorzitting heeft het districtsbestuur op 24 juni 2010 een nieuw besluit genomen, waarin het opnieuw besloot om Xerxes uit de competitie te nemen. De voorzieningenrechter heeft dit nieuwe besluit marginaal getoetst en geoordeeld dat het districtsbestuur voldoende had onderbouwd dat Xerxes meerdere keren schuldig was bevonden aan geweld. De voorzieningenrechter heeft de vordering van Xerxes om weer in competitie te worden genomen afgewezen, omdat het nieuwe besluit naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet onaanvaardbaar was.
De uitspraak benadrukt het belang van het beginsel van hoor en wederhoor in bestuursprocedures, vooral wanneer sancties worden opgelegd. De rechter heeft de proceskosten gecompenseerd, wat betekent dat beide partijen hun eigen kosten dragen. Deze uitspraak is een belangrijke bevestiging van de bevoegdheid van sportbonden om sancties op te leggen bij geweldsincidenten, mits de procedures correct worden gevolgd.