ECLI:NL:RBROT:2010:BL3552
Rechtbank Rotterdam
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Ontruiming van een bakkerij wegens gevaarlijke bouwkundige situatie
In deze zaak vorderde Stichting Woonstad Rotterdam de ontruiming van een pand waarin een bakkerij werd geëxploiteerd door [gedaagde]. De aanleiding voor de vordering was de gevaarlijke bouwkundige toestand van het pand, die was vastgesteld door de dienst Stedebouw en Volkshuisvesting van de gemeente Rotterdam. Tijdens een zitting op 19 januari 2010 werd de procedure aangehouden om nader onderzoek te laten verrichten naar de staat van het pand. De inspectie had geconstateerd dat de vloerconstructie gebreken vertoonde door de aanwezigheid van meelsilo's, wat leidde tot ernstige scheurvorming in de betonvloer. Woonstad stelde dat de toestand van het pand een acuut gevaar vormde voor de gebruikers en omwonenden, en vorderde ontruiming op basis van artikel 7:210 BW juncto artikel 6:267 BW, waarbij zij de huurovereenkomst als buitengerechtelijk ontbonden beschouwde.
[gedaagde] voerde aan dat de gevaarlijke situatie verholpen kon worden en betwistte de ernst van de situatie. Hij vorderde in reconventie dat Woonstad zou worden veroordeeld tot het nemen van bouwkundige maatregelen en een voorschot op schadevergoeding. De voorzieningenrechter oordeelde dat er onvoldoende bewijs was dat de situatie zo acuut was dat ontruiming onmiddellijk noodzakelijk was. Er werd geconcludeerd dat nader onderzoek nodig was om de bouwkundige staat van het pand en de haalbaarheid van tijdelijke of permanente voorzieningen vast te stellen. De zaak werd aangehouden tot 23 maart 2010, waarbij partijen werden verzocht om de voorzieningenrechter te informeren over de voortgang van het onderzoek.