ECLI:NL:RBROT:2009:BJ8968
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Incidentiële vorderingen tot overlegging van stukken in geschil tussen telecomaanbieders
In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, hebben eiseressen, bestaande uit Tele2 Nederland B.V., BT Nederland N.V., Colt Telecom B.V. en Priority Telecom Netherlands B.V., incidentele vorderingen ingediend op basis van artikel 843a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). De eiseressen vorderen inzage in bepaalde documenten van KPN B.V., die zij nodig achten om de omvang van hun schade en de onrechtmatigheid van KPN's handelen vast te stellen. KPN heeft verweer gevoerd en betoogd dat de rechtbank niet bevoegd is om kennis te nemen van deze vorderingen en dat eiseressen niet-ontvankelijk verklaard moeten worden. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de eiseressen hun vorderingen voldoende hebben onderbouwd en dat er geen reden is om aan te nemen dat de vorderingen ongegrond zijn. De rechtbank heeft de incidentele vorderingen van eiseressen afgewezen, maar de beslissing over de proceskosten aangehouden tot het eindvonnis. De zaak is verwezen naar de rol voor het nemen van een conclusie van antwoord door KPN. Dit vonnis is gewezen op 10 juni 2009 door mr. R.J.A.M. Cooijmans.