ECLI:NL:RBROT:2009:BI6108
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Rechtsmacht bij vordering van Belgische vennootschap op Servische vennootschap via derdenbeslag
In deze zaak, uitgesproken door de Rechtbank Rotterdam op 25 maart 2009, betreft het een vordering van de Belgische vennootschap Sarens N.V. tegen de Servische vennootschap Gemax D.O.O. Sarens vordert een bedrag van € 640.000,- van Gemax, dat voortvloeit uit een onrechtmatige daad. De rechtbank dient te beoordelen of zij rechtsmacht heeft om van deze vordering kennis te nemen, gezien de internationale context van de zaak. Sarens heeft op 26 maart 2008 conservatoir beslag gelegd op een bedrag van circa € 220.000,- dat Gemax zou hebben gedeponeerd bij een derde, Van Adrighem. De rechtbank oordeelt dat voor rechtsmacht op basis van derdenbeslag vereist is dat het beslag daadwerkelijk is gelegd op een vermogensbestanddeel van de schuldenaar. De rechtbank draagt Sarens op te bewijzen dat Gemax het bedoelde bedrag bij Van Adrighem heeft gedeponeerd, en houdt verdere beslissingen aan totdat dit bewijs is geleverd. De zaak wordt verwezen naar een rolzitting voor uitlating door Sarens over de wijze van bewijslevering. De rechtbank benadrukt dat de bewijslast bij Sarens ligt, en dat zonder bewijs van de gestelde schuldpositie van Gemax er geen rechtsmacht is voor de Nederlandse rechter. De uitspraak is openbaar gedaan.