ECLI:NL:RBROT:2008:BI9883

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
22 oktober 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
237547 / HA ZA 05-1253
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Deskundigenonderzoek naar inbreuk balansgaranties en bewijsopdracht non-concurrentiebeding in aandelenoverdracht autodealerbedrijf

In deze zaak, die werd behandeld door de Rechtbank Rotterdam, ging het om een geschil tussen Sollie Beheer B.V. en verschillende gedaagden, waaronder Remol Beheer B.V. en Emol Beheer B.V. De zaak betrof de overdracht van aandelen in een autodealerbedrijf en de vraag of er inbreuk was gemaakt op balansgaranties. De rechtbank had eerder op 24 oktober 2007 geoordeeld dat de vordering in reconventie moest worden afgewezen, waarbij de gedaagden als in het ongelijk gestelde partij in de kosten werden veroordeeld. In conventie werd een comparitie van partijen gelast om inlichtingen te verkrijgen over de vordering van Sollie, die gebaseerd was op gestelde inbreuken op garanties bij de overname van de VP Groep.

Tijdens de comparitie op 13 februari 2007 werden afspraken gemaakt over het inschakelen van een deskundige om de geformuleerde vragen te beantwoorden. Echter, deze inschakeling vond uiteindelijk niet plaats. De comparitie werd op 1 oktober 2007 voortgezet, waarbij nadere afspraken werden gemaakt. De rechtbank benoemde een deskundige die het onderzoek zou verrichten, met een geschat loon van € 7.000,-- plus BTW, dat door beide partijen moest worden voorgeschoten.

De rechtbank oordeelde dat bij gebreke van betaling van het voorschot de partij die in gebreke bleef, de stellingname niet langer kon handhaven. De zaak betrof ook een non-concurrentiebeding, waarbij de bewijslast bij gedaagde 3 lag. De rechtbank stond gedaagde 3 toe om bewijs te leveren van zijn stelling dat hij erop mocht vertrouwen dat de sales manager bevoegd was om in te stemmen met de inkoop van een Volkswagen Golf. De rechtbank bepaalde dat indien gedaagde 3 dit bewijs wilde leveren door getuigen, deze in het gebouw van de rechtbank zouden worden gehoord.

De rechtbank hield iedere verdere beslissing aan, terwijl de deskundige werd benoemd om het onderzoek uit te voeren. De uitspraak werd gedaan door mr. A.J.P. van Essen op 22 oktober 2008.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM
Sector civiel recht
Zaak-/rolnummer: 237547 / HA ZA 05-1253
Uitspraak: 22 oktober 2008
VONNIS van de enkelvoudige kamer in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SOLLIE BEHEER B.V.,
gevestigd te Terneuzen,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. J. Kneppelhout,
- tegen -
1. [gedaagde 1],
wonende te Hellevoetsluis,
2. [gedaagde 2],
wonende te Hellevoetsluis,
3. [gedaagde 3],
wonende te Goedereede,
4. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
REMOL BEHEER B.V.,
gevestigd te Hellevoetsluis,
5. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
EMOL BEHEER B.V.,
gevestigd te Goedereede,
gedaagden in conventie,
eisers in reconventie,
advocaat mr. M.C.V. Dornstedt.
Eiseres blijft hierna aangeduid als “Sollie” en gedaagden blijven gezamenlijk aangeduid als “[gedaagden]” en gedaagden ieder voor zich als respectievelijk “[eiser 1]”,
“[gedaagde 2]”, “[gedaagde 3]”, “Remol” en “Emol”.
1 De verdere procedure
De rechtbank heeft kennis genomen van de volgende stukken:
-vonnis van 24 oktober 2007, alsmede de daaraan ten grondslag liggende stukken;
-proces-verbaal van de op 13 februari 2008 gehouden comparitie van partijen;
-proces-verbaal van de op 1 oktober 2008 gehouden comparitie van partijen.
2 De verdere beoordeling
ALGEMEEN
2.1 Bij vonnis van 24 oktober 2007 is geoordeeld dat de vordering in reconventie moet worden afgewezen en dat [gedaagden] als de in het ongelijk gestelde partij in de kosten moet worden veroordeeld.
CONVENTIE
2.2 In conventie is een comparitie van partijen gelast tot het verkrijgen van inlichtingen omtrent een aantal posten die Sollie ten grondslag legt aan haar vordering uit hoofde van gestelde inbreuken op garanties die zijn gegeven bij de overname van de VP Groep.
DESKUNDIGENBERICHT
2.3 Ter comparitie van 13 februari 2007 zijn afspraken gemaakt om te komen tot inschakeling door partijen van een deskundige ter beantwoording van de bij die gelegenheid geformuleerde vragen. Tot een dergelijke inschakeling van een deskundige is het uiteindelijk niet gekomen.
2.4 Daarop is de comparitie op 1 oktober 2007 voortgezet. Bij die gelegenheid zijn nadere afspraken door en met partijen gemaakt. Ter uitvoering daarvan zal thans de rechtbank na te noemen deskundige benoemen ter beantwoording van de hierna geformuleerde vragen. Bij de formulering van de vragen is de nummering van de posten aangehouden, zoals deze ter comparitie van partijen is gehanteerd.
2.5 De te benoemen deskundige heeft zich bereid verklaard als zodanig op te treden, desgevraagd te kennen gegeven geen binding met partijen te hebben en niet betrokken te zijn bij de tussen partijen in geschil zijnde problemen.
2.6 De deskundige heeft het aan het onderzoek verbonden loon en de kostenvergoeding begroot op € 7.000,-- te vermeerderen met BTW. Conform de afspraak die partijen daarover ter comparitie maakten, dient het voorschot voor de kosten van het deskundigenonderzoek bij helfte door eiseres enerzijds en gedaagden anderzijds te worden gedeponeerd.
2.7 De rechtbank neemt aan dat bij gebreke van de betaling van het voorschot de partij die daarmee in gebreke blijft de door de deskundige te onderzoeken stellingname niet langer handhaaft.
NON-CONCURRENTIEBEDING
2.8 Ten aanzien van de Camper en de Touareg is al geoordeeld dat de vordering in zoverre niet toewijsbaar is.
2.9 Inmiddels is duidelijk geworden dat het nog resterende deel van de vordering inderdaad ziet op de Volkswagen Golf bedoeld in de brief van Carlos Auto Center d.d. 1 april 2005 en dat het gaat om een auto gaat die [gedaagde 3] bij de collega-dealer [persoon x] heeft gevonden.
2.10 Ter comparitie van 13 februari 2008 is namens [gedaagde 3] aangevoerd dat hij de bewuste VW Golf – een actiemodel met een lage winstmarge dat in de gewenste uitvoering slecht leverbaar was – namens Carlos Autocenter bij [persoon x] heeft ingekocht met instemming van [sales manager], sales manager bij VP en dat Sollie hem al een aantal malen voor kwesties als deze naar [persoon 2] had doorverwezen.
[gedaagde 3] stelt zich daarbij op het standpunt dat hij er aldus in ieder geval op mocht vertrouwen dat deze inkoop met instemming van Sollie kon plaatsvinden.
[gedaagde 3] heeft daartoe een mede door [persoon 2] ondertekende verklaring van die strekking overgelegd.
Subsidiair heeft [gedaagde 3] matiging van de boete tot nihil bepleit.
2.11 Sollie heeft betwist dat [gedaagde 3] erop mocht vertrouwen dat
[sales manager] bevoegd was toestemming te geven voor deze transactie in strijd met het concurrentiebeding. Matiging van de boete is, aldus Sollie, uitgesloten, nu deze niet
– mede – tot vergoeding van schade strekt.
2.12 Op [gedaagde 3] rust de bewijslast van zijn door Sollie bestreden stelling. Overeenkomstig zijn aanbod daartoe zal hij worden toegelaten tot het bewijs als hierna te melden. Op de vraag of de boete eventueel gematigd zou moeten worden, komt de rechtbank zo nodig in een later stadium nog terug.
TEN SLOTTE
2.13 Iedere verdere beslissing zal thans worden aangehouden.
3 De beslissing
De rechtbank,
alvorens verder te beslissen,
in conventie
DESKUNDIGENBERICHT
beveelt een deskundigenonderzoek ter beantwoording van de volgende vragen waarbij met ‘eindbalans’ wordt gedoeld op de eindbalans van 31 december 2002:
1. Ten aanzien van Vepreda Autostudio B.V.:
post 1: is Pon Mobiel op de eindbalans tot een bedrag van € 27.257,90 ten onrechte
opgenomen?
post 3: zijn er over 2002 meer bonussen aan subdealers doorbetaald dan was voorzien
in de eindbalans en heeft dat geleid tot een afwijking van € 5.163,29?
post 4: zijn BPM-afdrachten ten onrechte op de eindbalans tot een bedrag van
€ 3.058,56 geactiveerd?
2. Ten aanzien van Voorne-Putten Autogroep B.V.:
post 5: is de auto met het kenteken [kenteken 2] tweemaal op de eindbalans geactiveerd voor een bedrag van € 12.938,-- en zo ja, heeft de correctie in 2003 invloed gehad op het resultaat?
post 7: zijn de velgen die als showmodel dienden ten onrechte tot een bedrag van € 22.781,-- als voorraad in de eindbalans opgenomen met als gevolg dat daarop ten onrechte niet is afgeschreven?
post 13: zijn op de eindbalans vijf voertuigen tot een totaalbedrag van € 3.900, opgenomen terwijl deze niet op voorraad waren?
post 14: stond [persoon 1] op de eindbalans als debiteur in de boeken met een vordering van € 15.691,11 en zo ja, was daarvoor een voorziening getroffen en zo ja, wat voor voorziening en tot welk bedrag?
post 16: is er een naheffingsaanslag ten bedrage van € 52.772,-- (inclusief rente en boete) opgelegd voor privé-gebruik van auto’s over de jaren 1999 tot en met 2002, welke niet was voorzien in de eindbalans, en is in die jaren juist en volledig aangifte gedaan van privégebruik van auto’s, al of niet op grond van een daarvoor geldende, uit de administratie van Voorne-Putten Autogroep B.V. kenbare regeling daaromtrent met de belastingdienst?
3. Ten aanzien van VP Leasing en Verhuur B.V.:
post 19: zijn aanbetalingen op te leasen auto’s niet als schuld op de eindbalans opgenomen, maar weg geboekt op de eindbalans over 2001; is er daarbij sprake van een oneigenlijke verhoging van het resultaat? en is de boeking aan te merken als een conversieboeking?
post 21: Is de auto met het kenteken [kenteken 1] dubbel geactiveerd op de eindbalans voor een bedrag van € 20.914,20 en zo ja, is dan tweemaal een bedrag van € 5.000,-- op deze auto afgeschreven?
4. betrekt u bij de beantwoording van de hiervoor geformuleerde vragen tevens de gezichtspunten die door [gedaagden] zijn opgenomen in de ‘samenvatting formuleren vragen comparitie’ en in de ‘bespreeklijst’ zoals deze aan de rechtbank zijn toegezonden door mr. Dornstedt bij brief van 7 februari 2008;
5. welke opmerkingen zijn naar uw oordeel als deskundige verder van belang ten behoeve van de door de rechtbank te nemen beslissing?;
benoemt tot deskundige die het onderzoek zal verrichten
[deskundige]
BDO CampsObers
[adres]
tel.: [telefoonnummer]
fax: [faxnummer];
bepaalt dat partijen binnen vier weken na heden ieder de helft van het voor de deskundige bestemde voorschot ad € 8.500,-- inclusief BTW overmaken naar bankrekeningnummer 19.23.25.892 ten name van MvJ Arrondissement Rotterdam (545), onder vermelding van het zaak- en rolnummer, alsmede: "voorschot deskundigenbericht";
draagt de griffier op aan genoemde deskundige mede te delen dat het voorschot is gestort;
bepaalt dat bij achterwege blijven van storting van het voorschot de zaak zal worden verwezen naar de rol van 17 december 2008 voor conclusie na niet-uitgebracht deskundigenbericht;
bepaalt dat Sollie het procesdossier in afschrift aan de deskundige doet toekomen;
bepaalt dat het onderzoek zal plaatsvinden op een nader door de deskundige na overleg met de advocaten (raadslieden) van partijen te bepalen plaats en tijd;
bepaalt dat de deskundige partijen in de gelegenheid moet stellen opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en daarvan moet doen blijken in het door hem op te maken deskundigenbericht;
bepaalt dat het ondertekende deskundigenbericht uiterlijk twee maanden nadat de griffier heeft medegedeeld dat het voorschot is voldaan, zal worden ingeleverd ter griffie van deze rechtbank;
bepaalt dat de deskundige bij de inlevering van het deskundigenbericht een gespecificeerde opgave doet van het loon en de kostenvergoeding;
bepaalt dat Sollie vier weken nadat het deskundigenbericht bij de griffie van deze rechtbank is ingeleverd in de gelegenheid is ter rolle een conclusie na deskundigenbericht te nemen.
CONCURRENTIEBEDING
laat [gedaagde 3] toe tot het bewijs van feiten en omstandigheden waaruit kan worden afgeleid dat hij erop mocht vertrouwen dat [sales manager] bevoegd was namens Sollie in te stemmen met de inkoop van meegenoemde Volkswagen Golf door Carlos Autocenter bij [persoon x];
bepaalt dat indien [gedaagde 3] dit bewijs wil leveren door het doen horen van getuigen, deze zullen worden gehoord in het gebouw van deze rechtbank voor mr. A.J.P. van Essen;
bepaalt dat de advocaat van [gedaagde 3] binnen twee weken na vonnisdatum aan de rechtbank - sector civiel recht, afdeling planningsadministratie, kamer E 12.43, Postbus 50954, 3007 BR Rotterdam - opgave moet doen van de voor te brengen getuigen en de verhinderdata van de betrokkenen aan zijn zijde in de maanden november en december 2008 en januari 2009 en dat de advocaat van Sollie binnen dezelfde periode opgave moet doen van de verhinderdata van de betrokkenen aan haar zijde in dezelfde periode, waarna dag en uur van de verhoren zullen worden bepaald;
bepaalt dat het aan de hand van de opgaven vastgestelde tijdstip, behoudens dringende redenen, niet zal worden gewijzigd;
in conventie en in reconventie
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J.P. van Essen.
Uitgesproken in het openbaar.
196