ECLI:NL:RBROT:2008:BE2721

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
13 augustus 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
262412 / HA ZA 06-1586
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Discussie omtrent uitleg optie-overeenkomst en de status van Good Leaver

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Rotterdam op 13 augustus 2008, staat de uitleg van een optie-overeenkomst centraal, specifiek de status van de eiser als Good Leaver na zijn non-actiefstelling. De eiser, werkzaam bij Almatis GmbH, had deelgenomen aan het Management Equity Plan en verwierf B-aandelen. Na zijn non-actiefstelling op 10 januari 2006, werd hij door Almatis als Good Leaver aangemerkt, wat hem beperkte rechten gaf ten aanzien van zijn aandelen. De eiser vorderde betaling van een bedrag van USD 675.510,50, vermeerderd met wettelijke rente, en stelde dat hij ten onrechte als Good Leaver was aangemerkt, waardoor hij schade had geleden. Almatis betwistte de vordering en stelde dat de eiser geen recht had op deelname aan de Management Commitment Agreement (MCA) 2006, omdat hij geen lid meer was van het Management Team. De rechtbank oordeelde dat de eiser vanaf 10 januari 2006 geen werkzaamheden meer had verricht en dus terecht als Good Leaver was aangemerkt. De rechtbank wees de vorderingen van de eiser af en veroordeelde hem in de proceskosten. De uitspraak benadrukt de noodzaak van duidelijke definities in overeenkomsten en de gevolgen van de status van een werknemer binnen een organisatie.

Uitspraak

Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
Sector civiel recht
Zaak-/rolnummer: 262412 / HA ZA 06-1586
Uitspraak: 13 augustus 2008
VONNIS van de enkelvoudige kamer in de zaak van:
[eiser],
wonende te [woonplaats],
eiser,
procureur mr. P.H.C.M. van Swaaij,
- tegen -
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
ALMATIS B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
gedaagde,
procureur mr. J.A.A. Oomens.
Partijen worden hierna aangeduid als "[eiser]" respectievelijk "Almatis".
1 Het verloop van het geding
De rechtbank heeft partijen gehoord en heeft kennisgenomen van de volgende stukken:
- dagvaarding d.d. 30 mei 2006 en de door [eiser] overgelegde producties;
conclusie van antwoord, met producties;
tussenvonnis van deze rechtbank d.d. 27 september 2006, waarbij een comparitie van partijen is gelast;
brief met bijlage d.d. 13 oktober 2006 zijdens [eiser];
proces-verbaal van de comparitie van partijen, gehouden op 30 oktober 2006;
- conclusie van repliek, met productie;
- conclusie van dupliek;
- de bij gelegenheid van het pleidooi aan de zijde van [eiser] overgelegde aanvullende producties;
de bij gelegenheid van de pleidooien overgelegde pleitnotities.
2 De vaststaande feiten
Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken, gelet ook op de in zoverre niet betwiste inhoud van de in het geding gebrachte producties, staat tussen partijen - voorzover van belang - het volgende vast:
2.1
Op of omstreeks 1 april 1995 is [eiser] in dienst getreden bij (thans) Almatis GmbH. [eiser] was bij Almatis GmbH manager, hetgeen ook in zijn arbeidsovereenkomst staat vermeld. [eiser] heeft deelgenomen aan het Management Equitity Plan (hierna: “MEP”) van (thans) Almatis Holding B.V. en hij heeft in twee fases in totaal 3.000 B-aandelen verworven in het kapitaal van (thans) Almatis (hierna: “B Shares”). Op beide verkrijgingen is de Shareholders’ Agreement van toepassing verklaard. Deze Shareholders’ Agreement is gesloten tussen de managers en Almatis Holdings SARL (hierna: “LuxCo”), de moedermaatschappij van de groep waar Alamatis deel van uitmaakte (hierna: “Shareholders Agreement”) . De rechten en verplichtingen van LuxCo uit hoofde van de MEP zijn aan Almatis overgedragen.
2.2
In de Shareholders Agreement staat, voor zover van belang:
“Good Leaver/Bad Leaver
5.13 In the event that a Manager is a Good Leaver or a Bad Leaver then at the sole discretion of the Management Board, such Manager may be required by notice in writing to offer its B Shares at the applicable Offer Price either to LuxCo or other Managers. In the event the Manager is a Good Leaver (but not if he is a Bad Leaver), then, in addition, the Manager has the right to offer his B Shares at the applicable Offer Price to Luxco and, if offered, Luxco hereby agrees to purchase the said B Shares at the applicable Offer Price. The offer, in either situation, must be made within one (1) months after the relevant event has occurred.
(…)
Article 7 Call Option LuxCo
7.1 The Managers herewith grant to LuxCo, and LuxCo herewith accepts the right to purchase from the Managers all the B Shares owned by the Managers (the “Option Shares”), under the terms set forth in this Article 7 (the “Call Option”).
7.2 The Call Option can only be exercised for bona-fide business or tax reasons and in respect of all the B Shares held by the Managers collectively and not in part.
(…)
Article 13 Governing Law and dispute resolution
13.1 This agreement shall be governed by and construed in accordance with the laws of the Netherlands.
13.2 All disputes between Parties hereto arising under or in connection with this Agreement of further agreements resulting from this Agreement including all disputed claims for breach by either party on its part under this Agreement, shall be exclusively resolved by the competent Court in Rotterdam.
(…)
Schedule 1.1 Definitions
(…)
Bad Leaver: a person who ceases to be a Manager as a result of termination of his employment or management contract for Cause;
Good Leaver: a person who ceases to be a Manager and who is not a Bad leaver;
Management Board: The board of managing directors of the Company [Almatis]
Management Team: The management team of the Company [Almatis] and or any of its subsidiaries (dochtermaatschappijen)
Manager: A member of the Management Team and who had acquired B Shares pursuant to, or is a participant in, the Management Equity Plan”.
2.3
Bij brief d.d. 21 september 2005 heeft LuxCo aan [eiser] in het kader van de voorgenomen verkoop door de aandeelhouders van LuxCo van de “Almatis Group Companies” aan een groepsmaatschappij van Investcorp, voor zover van belang, het volgende medegedeeld:
“You are being given the opportunity to invest in the entity Investcorp has formed to purchase Almatis. You will be able to elect to either “roll –over”/exchange a percentage of your Holding [rechtbank: Almatis] shares or invest cash from the net proceeds from the sale of your Holding shares. This will enable you to benefit from any future increase in the value of the Almatis Group. Of course there is no guarantee that the value of Almatis will continue to grow.
The enclosed Management Commitment Agreement sets forth this arrangement. (…)
Please note that this letter serves as notice pursuant to Article 7 of the Shareholders Agreement that Almatis Holdings S.à r.l. [rechtbank: LuxCo] intends to exercise its right to purchase all of your Holding shares if you do not return the executed Management Commitment Agreement.”
Partijen bij deze Management Commitment Agreement (hierna: “MCA 2005”) zijn Primova B.V. (een vennootschap behorend tot de Investcorp-groep), Almatis, LuxCo en [eiser]. De overeenkomst is niet getekend.
2.4
Op 10 januari 2006 is [eiser] meegedeeld dat de arbeidsovereenkomst tussen partijen zou eindigen op 30 juni 2006. In de brief van Almatis GmbH aan [eiser] d.d. 10 januari 2006 is dit bevestigd en is voorts aangegeven:
“Sie werden widerruflicht ab sofort von der Arbeit freigestellt.“.
2.5
Op 1 februari 2006 is [eiser] per e-mail door Almatis, voor zover van belang, medegedeeld:
“Under the terms of the MEP documentation, a “Manager” becomes a “Good Leaver” as soon as he ceases to be a member of the management team of the Company and/or any of its subsidiaries, regardless of any notice period contained in an employment agreement. In your case, you ceased to be a Manager on 9 January 2006 upon which date you became a “Good Leaver”, as defined in the MEP documentation.”
[eiser] is voorts verzocht om mee te werken aan de overdracht van de B Shares aan Almatis, zoals aangegeven in artikel 5.13 van de Shareholders Agreement.
2.6
Op 15 februari 2006 heeft [eiser] bezwaar gemaakt tegen de aanwijzing als Good Leaver en de voorgenomen overdracht van de B Shares.
2.7
Op 3 maart 2006 zijn de B Shares die [eiser] hield overgedragen aan Almatis. [eiser] heeft hiervoor een bedrag van USD 473.727,- ontvangen. Dit bedrag is (tenminste) gelijk aan ht bedrag dat een Good Leaver op grond van de Shareholders Agreement voor de B Shares die [eiser] hield, diende te ontvangen. [eiser] heeft tegen deze verkoop van de B Shares bezwaar gemaakt op 27 maart 2006.
3 Het geschil
De vordering luidt - verkort weergegeven - om bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad Almatis te veroordelen tot betaling aan [eiser] van USD 675.510,50, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 januari 2006, althans 30 mei 2006, met veroordeling van Almatis in de buitengerechtelijke kosten, voorshands begroot op € 2.000,-, alsmede in de kosten van deze procedure.
3.1
Tegen de achtergrond van de vaststaande feiten heeft [eiser] aan de vordering de volgende stellingen ten grondslag gelegd:
Door de (onjuiste althans onrechtmatige) toepassing tegenover [eiser] van de voorwaarden van de MEP is [eiser] in een slechtere positie komen te verkeren en heeft hij schade geleden, welke schade Almatis dient te vergoeden.
[eiser] is ten onrechte door Almatis als Good Leaver aangemerkt. [eiser] had in de gelegenheid dienen te worden gesteld de vergoeding te krijgen, voortvloeiend uit de uitoefening van de Call Option en/of deelname aan de Management Commitment Agreement.
Het besluit om [eiser] als Good Leaver aan te wijzen heeft te gelden als misbruik van recht (artikel 3:13 BW), althans deze keuze dient te worden geblokkeerd door de beperkende dan wel de aanvullende werking van de redelijkheid en billijkheid (artikel 6:248 BW).
[eiser] heeft buitengerechtelijke kosten moeten maken.
3.2
Almatis heeft de vordering van [eiser] gemotiveerd betwist en geconcludeerd tot afwijzing daarvan.
4 De beoordeling
Toepasselijk recht, bevoegde rechter
4.1
De vordering van [eiser] is gebaseerd op de Shareholders Agreement. In de Shareholders Agreement is opgenomen dat Nederlands recht op de overeenkomst van toepassing is, en dat in het geval van een geschil de rechtbank Rotterdam exclusief bevoegd is.
Op grond hiervan is Nederlands recht van toepassing, en is de rechtbank Rotterdam bevoegd van het geschil kennis te nemen.
Management Commitment Agreement
4.2
Tussen partijen is niet in geschil dat de transactie met Investcorp geen doorgang heeft gevonden. Indien en voor zover [eiser] zijn vordering baseert op de MCA 2005 die in het kader van die voorgenomen transactie is overgelegd, wordt de vordering van [eiser] reeds op deze grond afgewezen.
4.3
Bij conclusie van repliek heeft [eiser] gesteld dat in 2006 er wel een transactie heeft plaatsgevonden waarbij de managers hun B Shares hebben verkocht tegen een hogere prijs dan de prijs waar een Good Leaver aanspraak op kan maken. Deze verkoop door de managers van de door hen gehouden B Shares was het gevolg van een nieuwe Management Commitment Agreement (hierna: “MCA 2006”). De rechtbank begrijpt dat de MCA 2006 eenzelfde regeling bevat als de MCA 2005, inhoudende dat Almatis haar Call Option in zou roepen als de Manager de MCA 2006 niet zou tekenen.
Partijen hebben de MCA 2006 niet in de procedure overgelegd, maar Almatis heeft hetgeen [eiser] omtrent de MCA 2006 heeft verklaard niet betwist, zodat de rechtbank ervan uitgaat dat de MCA 2006 luidt conform hetgeen [eiser] hierover heeft verklaard.
[eiser] heeft niet de mogelijkheid gekregen aan de MCA 2006 mee te doen. [eiser] stelt dat hij de mogelijkheid had moeten krijgen om mee te doen aan deze transactie. Nu hij ten onrechte buiten deze transactie is gelaten, dient Almatis de schade die hij hierdoor heeft geleden te vergoeden. De schade bestaat uit het verschil tussen de vergoeding die [eiser] heeft ontvangen en zijn vermogenspositie als hij deel had genomen aan de Call Option en de MCA 2006, aldus [eiser].
4.4
Almatis heeft hier tegenin gebracht dat [eiser] als Good Leaver niet gerechtigd was aan de transactie deel te nemen. De MCA 2006 is niet aangeboden aan [eiser] omdat hij op dat moment (januari/februari 2006) al was geschorst, en geen Manager meer was.
Good Leaver
4.5
De rechtbank begrijpt dat [eiser] zijn vordering stoelt op de stelling dat hij ten onrechte is aangemerkt als Good Leaver en niet heeft mogen deelnemen aan de MCA 2006 die met de managers van Almatis is afgesloten.
4.6
In de Shareholders Agreement is de term Good Leaver gedefinieerd. Tussen partijen is in geschil of [eiser] na 10 januari 2006 nog aan te merken was als Manager (als gedefinieerd in de Shareholders Agreement). [eiser] is aan te merken als Manager wanneer hij lid is van het management team van Almatis GmbH, aldus de definities van de Shareholders Agreement.
4.7
Ten onrechte beroept [eiser] zich erop dat het feit dat in zijn arbeidsovereenkomst staat dat hij manager is, ook betekent dat hij Manager (in de zin van de Shareholders Agreement) zou zijn zolang zijn arbeidsovereenkomst zou voortduren. De definitie van Manager uit de Shareholders Agreement bevat immers geen verwijzing naar hetgeen in de arbeidsovereenkomst van de betreffende werknemer staat. Het feit dat [eiser] manager was volgens zijn arbeidsovereenkomst, leidt niet zonder meer tot de conclusie dat [eiser] Manager was in de zin van de Shareholders Agreement.
Tussen partijen is niet in geschil dat [eiser] na 10 januari 2006 geen werkzaamheden meer heeft verricht voor Almatis GmbH. Hieruit volgt dat hij sedert die datum geen (management)werkzaamheden meer heeft verricht en dus feitelijk ook geen deel meer uitmaakte van het Management Team.
Op grond hiervan is [eiser] vanaf 10 januari 2006 geen lid meer van het Management Team, en derhalve ook geen Manager (in de zin die daaraan wordt gegeven in de Shareholders Agreement) meer, en is hij terecht door Almatis aangemerkt als Good Leaver.
4.8
Almatis kan niet worden verweten dat [eiser] geen deel heeft genomen aan de MCA 2006, nu daarin, aldus [eiser], uitdrukkelijk is opgenomen dat de Call Option buiten eventuele Good Leavers om kan worden uitgeoefend (onder 7 bij conclusie van repliek).
Beroep op de artikel 3:13 en 6:248 BW
4.9
Op grond van het voorgaande slaagt het beroep van [eiser] op artikel 3:13 BW niet, nu niet is komen vast te staan dat Almatis misbruik van enig recht heeft gemaakt door aan te geven dat [eiser] een Good Leaver is en zijn aandelen zijn verkocht op de wijze als gedefinieerd in artikel 5.13 van de Shareholders Agreement. Het feit dat kennelijk aan andere managers, die op dat moment Manager in de zin van de Shareholders Agreement waren, in de loop van 2006 de MCA 2006 is aangeboden, doet hier niet aan af. Ten onrechte heeft [eiser] gesteld dat de managers (die Manager in de zin van de Shareholders Agreement waren) niet in een wezenlijk andere positie verkeerden dan hij (die volgens de Shareholders Agreement Good Leaver was).
4.1
[eiser] heeft, na betwisting, onvoldoende concrete en specifieke feiten en omstandigheden gesteld die, indien bewezen, tot de conclusie zouden kunnen leiden dat de keuze om [eiser] als Good Leaver aan te wijzen zou dienen te worden geblokkeerd door de beperkende dan wel de aanvullende werking van de redelijkheid en billijkheid, zodat ook deze stelling van [eiser] niet slaagt.
Voorts
4.11
Op grond van het voorgaande heeft Almatis niet in strijd met artikelen 3:13 en 6:248 BW gehandeld en heeft zij niet ten onrechte op [eiser] de Good Leaver-regeling toegepast. Op grond hiervan heeft [eiser] geen recht op deelname aan de Call Option en de MCA 2006, en derhalve ook geen recht op het verschil tussen hetgeen aan [eiser] is uitgekeerd op 3 maart 2006 en zijn vermogenspositie als hij had deelgenomen aan de MCA 2006.
4.12
De vorderingen van [eiser] zullen worden afgewezen. [eiser] zal worden veroordeeld in de kosten van de procedure.
5 De beslissing
De rechtbank,
wijst af de vorderingen van [eiser];
veroordeelt [eiser] in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van Almatis bepaald op € 4.665,- aan vast recht en op € 15.480,- aan salaris voor de procureur;
verklaart dit vonnis voorzover het de veroordelingen betreft uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.C.A.T. Frima.
Uitgesproken in het openbaar.
1659/1917