ECLI:NL:RBROT:2008:BD7292
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Terugvordering van onterecht betaalde incassokosten door eiseres van Houweling & Kars Advocaten
In deze zaak vorderde eiseres, een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, terugbetaling van een bedrag van € 23.718,- dat zij ten onrechte had betaald aan Houweling & Kars Advocaten (H&K) in het kader van incassokosten. De achtergrond van de zaak ligt in een conservatoir beslag dat door VZM Uitzendgroep B.V. was gelegd op een onroerende zaak van eiseres. Eiseres had een hoofdsom van € 158.123,33 onbetaald gelaten, wat leidde tot incassomaatregelen door VZM, waarbij H&K werd ingeschakeld. Eiseres stelde dat er tijdens een bespreking op 18 maart 2005 een overeenkomst was gesloten tussen haar en H&K, waarbij H&K zich zou verplichten tot terugbetaling van een deel van de incassokosten, mits eiseres kon aantonen dat zij zelf van de terugbetaling zou profiteren.
De rechtbank Rotterdam oordeelde dat eiseres de bewijslast droeg voor de totstandkoming van deze overeenkomst. Eiseres had een verslag van de bespreking overgelegd, maar de rechtbank oordeelde dat dit verslag onvoldoende bewijs bood voor de gestelde overeenkomst. De rechtbank merkte op dat het verslag niet door alle betrokkenen was ondertekend en dat er geen duidelijke toezeggingen waren gedaan door H&K. De rechtbank hield iedere verdere beslissing aan totdat eiseres het bewijs van de overeenkomst kon leveren.
De zaak illustreert de complexiteit van terugvorderingen van incassokosten en de noodzaak voor duidelijke afspraken en bewijsvoering in dergelijke situaties. De rechtbank heeft eiseres opgedragen om bewijs te leveren van de gestelde overeenkomst, en de verdere behandeling van de zaak zal volgen na de bewijslevering.