4.2.2
Het gaat om de vraag of [eiser] tijdig, in de zin van binnen bekwame tijd zoals bedoeld in art. 7:23 lid 1 BW, na het stilvallen van de hoofdmotor van de “Terra” op 6 april 2006 bij FTS heeft gereclameerd dat die motor niet aan de koopovereenkomst tussen partijen beantwoordde.
Aan HR 29 juni 2007, C06/002HR (LJN: AZ7617) ontleent de rechtbank de volgende maatstaf:
3.3.2 De vraag of de koper binnen de bekwame tijd als bedoeld in art. 7:23 lid 1 heeft gereclameerd over gebreken aan de afgeleverde zaak, kan niet in algemene zin worden beantwoord. De tweede en derde zin van dit eerste lid van deze bepaling bevatten een bijzondere regeling voor een tweetal specifieke gevallen (waaronder de consumentenkoop), die zich overigens in de onderhavige zaak geen van beide voordoen. In andere dan deze gevallen dient de koper (a) ter beantwoording van de vraag of de hem afgeleverde zaak aan de overeenkomst beantwoordt het in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs van hem te verwachten onderzoek te verrichten en (b) binnen bekwame tijd nadat hij heeft ontdekt of bij een dergelijk onderzoek had behoren te ontdekken dat de afgeleverde zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt, hiervan kennis te geven aan de verkoper.
3.3.3 Wat betreft de termijnen die de koper ten dienste staan voor de nakoming van zijn hiervoor in (a) bedoelde onderzoeksplicht en zijn hiervoor in (b) bedoelde mededelingsplicht, heeft het volgende te gelden.
De lengte van de onder (a) bedoelde termijn is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Het onder (a) bedoelde onderzoek dient, gelet op de door art. 7:23 lid 1 beschermde belangen van de verkoper, door de koper te worden ingesteld en uitgevoerd met de voortvarendheid die gelet op de omstandigheden van het geval in redelijkheid van hem kan worden gevergd. In dat verband kunnen onder meer van belang zijn de aard en waarneembaarheid van het gebrek, de wijze waarop dit aan het licht treedt, en de deskundigheid van de koper.
Onder omstandigheden kan voor beantwoording van de vraag of de afgeleverde zaak aan de overeenkomst beantwoordt, een onderzoek door een deskundige nodig zijn (zie ook Parl. Gesch. Boek 7 (Inv. 3, 5 en 6), blz. 157). In beginsel mag de koper de uitslag van dit onderzoek afwachten zonder de verkoper van het onderzoek op de hoogte te brengen. Wanneer echter mag worden verwacht dat met het onderzoek langere tijd is gemoeid, of zulks tijdens de loop daarvan blijkt, volgt uit de strekking van art. 7:23 lid 1 dat de koper aan zijn wederpartij onverwijld kennis dient te geven van dat onderzoek en de verwachte duur ervan.
3.3.4 Wat betreft de lengte van de onder (b) bedoelde termijn is voor het geval van consumentenkoop in de derde zin van art. 7:23 lid 1 bepaald dat kennisgeving binnen een termijn van twee maanden na de ontdekking tijdig is.
In het geval van een niet-consumentenkoop dient de vraag of de kennisgeving binnen bekwame tijd is geschied te worden beantwoord onder afweging van alle betrokken belangen en met inachtneming van alle relevante omstandigheden, waaronder het antwoord op de vraag of de verkoper nadeel lijdt door de lengte van de in acht genomen klachttermijn. Een vaste termijn kan daarbij niet worden gehanteerd, ook niet als uitgangspunt.
In het onderhavige geval is niet sprake van een consumentenkoop.
Nu gesteld noch gebleken is dat [eiser] zelf over specifieke kennis op het gebied van scheepsmotoren beschikt, is de in art. 7:23 lid 1 BW bedoelde klachttermijn niet reeds kort na 6 april 2006, maar eerst nadat hij een deskundige, Multidiesel B.V., had geraadpleegd gaan lopen. Kennelijk heeft [eiser] vervolgens een advocaat geraadpleegd mede met het oog op de vraag of de hoofdmotor aan de koopovereenkomst beantwoordde; daarom heeft ook dat onderzoek de aanvang van de klachttermijn opgeschort. Door daarna op 9 juni 2006 bij FTS wegens de gestelde non-conformiteit te reclameren, heeft [eiser] binnen bekwame tijd zoals in art. 7:23 lid 1 BW c.q. art. 6:89 BW bedoeld bij FTS geklaagd.
Derhalve is het recht om op grond van non-conformiteit te vorderen niet vervallen.