ECLI:NL:RBROT:2006:AY7347
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- B.C.W.M. Dekkers
- Rechtspraak.nl
Onvoldoende specificatie van rentevordering door Nationale Volksbank
In deze zaak vorderde de N.V. Nationale Volksbank van haar cliënten, [gedaagde I] en [gedaagde II], betaling van een achterstallige hoofdsom en rente in het kader van een geldlening. De kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam oordeelde dat de rentevordering niet toewijsbaar was, omdat de Nationale Volksbank niet in staat was om een duidelijke specificatie van de rentevordering te overleggen. De zaak werd behandeld op 31 augustus 2006, waarbij de kantonrechter de nodige vraagtekens plaatste bij de herberekeningen die de bank had gepresenteerd. De bank had herberekeningen gepresenteerd die volgens de rechter onjuist waren en niet voldeden aan de eisen van transparantie en duidelijkheid. De kantonrechter wees erop dat de bank niet had kunnen aantonen hoe de betalingen van [gedaagde II] waren verwerkt en dat de berekeningen van de rente niet klopten. De rechter concludeerde dat de rentevordering ondeugdelijk was onderbouwd en dat alleen de hoofdsom toegewezen kon worden. Uiteindelijk werd [gedaagde II] en [gedaagde I] hoofdelijk veroordeeld tot betaling van € 734,13, vermeerderd met rente, en werd de mogelijkheid geboden om het totaal verschuldigde bedrag in maandelijkse termijnen te voldoen. De proceskosten werden gecompenseerd, wat betekent dat elke partij zijn eigen kosten droeg. Dit vonnis is uitgesproken door mr. B.C.W.M. Dekkers.