ECLI:NL:RBROT:2006:AV9819
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J. van Zelm van Eldik
- Rechtspraak.nl
Rechtsmacht Nederlandse rechter mbt 'Actio Pauliana' tegen Uruguayse vennootschap met (Nederlandse) medegedaagden
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 5 april 2006 uitspraak gedaan in een bevoegdheidsincident dat was opgeworpen door Chicago First Trust Uruguay S.A. (CFTU) tegen Doedijns Holding B.V. (Doedijns). Doedijns vorderde onder meer een verklaring voor recht dat een hypotheekverstrekking door een van de gedaagden, [gedaagde sub 1], aan CFTU nietig was op grond van de Actio Pauliana. De rechtbank heeft vastgesteld dat zij rechtsmacht heeft om van de vordering kennis te nemen, ondanks het verweer van CFTU dat de rechtbank onbevoegd zou zijn. De rechtbank oordeelde dat de vorderingen van Doedijns en de betrokkenheid van de gedaagden voldoende samenhang vertoonden om een gezamenlijke behandeling te rechtvaardigen. De rechtbank heeft de vordering van CFTU tot onbevoegdverklaring afgewezen en CFTU in de proceskosten veroordeeld. De uitspraak benadrukt de toepassing van de artikelen 3:45 en 3:51 BW in het kader van de Actio Pauliana, waarbij Doedijns zich beroept op de nietigheid van de hypotheekverstrekking die was gedaan om verhaal van zijn vorderingen te frustreren. De rechtbank heeft de zaak vervolgens aangehouden voor verdere behandeling.