ECLI:NL:RBROT:2005:AU4413
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- L.A.C. van Nifterick
- A.J.J. van der Vlist
- Rechtspraak.nl
Naheffingsaanslag parkeerbelasting wegens ontbreken leesbare parkeervergunning achter voorruit voertuig
In deze zaak gaat het om een naheffingsaanslag parkeerbelasting die aan eiser is opgelegd door de gemeente Rotterdam. De aanslag, ter hoogte van € 46,25, is opgelegd naar aanleiding van het parkeren op 27 oktober 2004 op de Havenzichtstraat te Rotterdam. De naheffingsaanslag bestond uit € 1,25 aan verschuldigde parkeerbelasting en € 45,-- aan kosten voor het opleggen van de aanslag. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen deze aanslag, maar het bezwaar is door verweerder op 21 februari 2005 afgewezen. Eiser heeft vervolgens beroep ingesteld bij de rechtbank.
De rechtbank heeft op 30 september 2005 uitspraak gedaan. De rechter overweegt dat eiser weliswaar beschikte over een parkeervergunning, maar dat deze niet op een voor derden leesbare wijze achter de voorruit van zijn voertuig was geplaatst. De rechtbank stelt vast dat aan het gebruik van de vergunning de voorwaarde is verbonden dat deze zichtbaar moet zijn. Eiser heeft niet kunnen aantonen dat de vergunning op een voldoende leesbare wijze was aangebracht, ondanks zijn bewering dat hij de vergunning had en dat deze zichtbaar was.
De rechtbank wijst erop dat het niet voldoen aan de voorschriften van de vergunning wordt beschouwd als parkeren zonder vergunning. Eiser heeft in het verleden al meerdere keren naheffingsaanslagen ontvangen, wat zijn stelling dat de vergunning zichtbaar was niet geloofwaardiger maakt. De rechtbank concludeert dat eiser geparkeerd heeft zonder zichtbare vergunning, ondanks dat hij de verschuldigde belasting had betaald. Daarom verklaart de rechtbank het beroep van eiser ongegrond en ziet zij geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.