ECLI:NL:RBROT:2000:AA8352
Rechtbank Rotterdam
- Kort geding
- F.W.H. van den Emster
- T.M. Rijppaert
- Rechtspraak.nl
Kort geding tegen Greenpeace over kolenoverslagactiviteiten
In deze zaak, die zich afspeelt in het kort geding, hebben de besloten vennootschappen EMO B.V. en RAG VERKAUF GmbH, samen met de vennootschappen Schinken Trading Panama Corporation, Sollac Lorraine S.A. en Cockerill Sambre S.A., Greenpeace aangeklaagd wegens onrechtmatige acties die de kolenoverslagactiviteiten op het terrein van EMO belemmeren. De president van de Rechtbank Rotterdam, mr. F.W.H. van den Emster, heeft op 15 november 2000 uitspraak gedaan. Greenpeace heeft zonder toestemming van EMO het terrein betreden en de bulkcarrier 'La Paloma' bezet, met als doel de kolenoverslag te verstoren. De president heeft vastgesteld dat Greenpeace onrechtmatig handelt door de kolenoverslag te belemmeren en heeft hen bevolen om onmiddellijk te stoppen met deze handelingen. Tevens is Greenpeace veroordeeld in de proceskosten van zowel EMO als RAG. De president heeft de vorderingen van EMO en RAG toegewezen, waarbij hij de spoedeisendheid van de zaak heeft erkend, gezien de internationale klimaatconferentie die op dat moment plaatsvond. De president heeft ook geoordeeld dat Greenpeace niet als in rechte verschenen kan worden aangemerkt, omdat zij niet op de zitting aanwezig was met een procureur. Dit vonnis is uitgesproken ter openbare terechtzitting en is uitvoerbaar bij voorraad.