ECLI:NL:RBROE:2012:BY2936
Rechtbank Roermond
- Wraking
- J.M.P. Drijkoningen
- Th.M. Schelfhout
- F. Oelmeijer
- Rechtspraak.nl
Wraking ongegrond in hoger beroep tegen afwijzing inbewaringstelling
Op 5 november 2012 vond de behandeling in raadkamer plaats van het door het Openbaar Ministerie ingestelde hoger beroep tegen de beschikking van de rechter-commissaris van 2 november 2012, die de vordering tot inbewaringstelling van de verzoeker had afgewezen. De raadkamer, bestaande uit mrs. [voorzitter] (voorzitter), [rechter 1] en [rechter 2], hoorde de verzoeker, zijn advocaat en de officier van justitie, mr. [officier van justitie]. De advocaat maakte bezwaar tegen de behandeling op een andere dag dan de reguliere raadkamerdag, en verzocht om aanhouding tot de eerstkomende donderdag. Dit verzoek werd afgewezen, waarna de advocaat de rechters heeft gewraakt.
De advocaat voerde aan dat de weigering om de behandeling aan te houden de schijn van partijdigheid wekte, omdat het gebruikelijk is om niet af te wijken van de reguliere raadkamerdag. De voorzitter van de raadkamer, mr. [voorzitter], verduidelijkte dat er geen vaste regel is voor de datum en tijd van behandeling van hoger beroep en dat de belangen van beide partijen in overweging werden genomen. De rechtbank oordeelde dat een rechter kan worden gewraakt op basis van feiten die de onpartijdigheid in twijfel trekken, maar dat de objectieve schijn van partijdigheid niet was aangetoond.
De rechtbank concludeerde dat de door de advocaat aangevoerde omstandigheden geen aanwijzingen gaven voor een subjectieve onpartijdigheid van de rechters. De rechtbank benadrukte dat het de raadkamer vrijstaat om af te wijken van de reguliere zittingsdagen en dat dit niet in strijd is met het landelijk procesreglement. De rechtbank wees het wrakingsverzoek af, oordelend dat er geen objectieve schijn van vooringenomenheid was en dat de vrees voor partijdigheid niet was aangetoond. De beslissing werd openbaar uitgesproken op 5 november 2012.