ECLI:NL:RBROE:2012:BV7397

Rechtbank Roermond

Datum uitspraak
11 januari 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
108261 / HA ZA 11-285
Instantie
Rechtbank Roermond
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • D.C.M. Bomans
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Uitleg overeenkomst en recht van gebruik en bewoning met betrekking tot een legaat

In deze zaak heeft de Rechtbank Roermond op 11 januari 2012 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en [gedaagden in conventie, eisers in reconventie]. De zaak betreft een geschil over het recht van gebruik en bewoning van een woning die aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] was gelegateerd bij testament van [erflater]. De rechtbank heeft vastgesteld dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] het recht van gebruik en bewoning had, maar dat hij in 2008 had aangegeven de woning te verlaten. De rechtbank heeft de inhoud van een brief van 15 augustus 2008 als cruciaal beschouwd, waarin [eiser in conventie, verweerder in reconventie] mededeelde dat hij geen gebruik meer zou maken van het recht van bewoning. De rechtbank oordeelde dat de overeenkomst tussen partijen inhield dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] afstand deed van zijn recht van gebruik en bewoning, en dat de woning ter vrije beschikking van [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] kwam. De rechtbank heeft de vorderingen van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] afgewezen en [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] in het gelijk gesteld, waarbij werd geoordeeld dat de verhuur van de woning door [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] aan derden niet onrechtmatig was. Tevens werd [eiser in conventie, verweerder in reconventie] veroordeeld om mee te werken aan het opmaken van een notariële akte voor het doen van afstand van het recht van gebruik en bewoning. De proceskosten werden aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] opgelegd.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK ROERMOND
Sector civielrecht
zaaknummer / rolnummer: 108261 / HA ZA 11-285
Vonnis van 11 januari 2012
in de zaak van
[eiser in conventie, verweerder in reconventie],
wonende te [woonplaats],
eiser in conventie,
verweerder in reconventie,
advocaat mr. A.J.J. Kreutzkamp,
tegen
1. [gedaagde 1 in conventie, eiser 1 in reconventie],
wonende te [woonplaats],
2. [gedaagde 2 in conventie, eiser 2 in reconventie],
wonende te [woonplaats],
gedaagden in conventie,
eisers in reconventie,
advocaat mr. J.M. Pals.
Partijen zullen hierna [eiser in conventie, verweerder in reconventie] en [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] (mannelijk enkelvoud) genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 24 augustus 2012
- de akte overleggen productie van 25 oktober 2011 (brief van 15 augustus 2008)
- het proces-verbaal van comparitie van 14 november 2011.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] is gehuwd geweest met [erflater], de moeder van [gedaagden in conventie, eisers in reconventie], van 9 maart 2004 tot het overlijden van [erflater] op 29 mei 2004.
2.2. [erflater] heeft bij testament [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] tot erfgenaam benoemd en aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] het beperkte recht van gebruik en bewoning van de woning gelegen aan [adres] te [plaats] (woning) gelegateerd.
2.3. Het gelegateerde recht is gevestigd en geleverd bij notariële akte afgifte legaat van 6 augustus 2004 en door middel van inschrijving van die akte in de openbare registers op
9 augustus 2004. In de akte afgifte legaat is onder andere het volgende opgenomen:
6. De eigenaarslasten en belastingen, de kosten van onderhoud en reparaties van de onroerende zaak en inboedel, komen tijdens de duur van het recht geheel voor rekening van de gebruiker’.
2.4. Ingevolge genoemde akte eindigt het recht van gebruik en bewoning per
29 mei 2014.
2.5. Bij schrijven van 15 augustus 2008 heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] onder andere het volgende aan [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] medegedeeld:
‘Via deze brief laat ik jullie weten dat ik binnenkort geen gebruik meer maak van het recht van bewoning van het [adres] te [plaats], zoals geregeld in het legaat bij het overlijden van jullie moeder.
Ik verlaat het pand binnen 1 jaar doch uiterlijk 31 augustus 2009....Tot en met de laatste maand van bewoning, uiterlijk zijnde 31 augustus 2009, zal ik de verplichting voortzetten tot het betalen van de eigenaars-kosten zoals vermeld in het legaat. Mocht ik de woning eerder verlaten dan vervalt de verplichting tot het betalen van de eigenaars-kosten op de eerste dag van de daarop volgende maand....
Mocht ik de woning, om welke reden dan ook, niet verlaten hebben op 31 augustus 2009, dan zal ik vanaf 1 september 2009 maandelijks een onkostenvergoeding betalen van
€ 1.600,00....
Mocht ik de woning, om welke reden dan ook niet verlaten na 31 augustus 2009, dan zal ik alle schade vergoeden welke ontstaat omdat de woning niet vrij beschikbaar komt.
Mochten jullie voornemens zijn het pand te verkopen dan stem ik toe dat de verkoper of diens aangewezen makelaar....de woning kan bezichtigen.
2.6. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft de woning in augustus 2008 verlaten.
2.7. Nadat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] uit de woning is vertrokken heeft [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] de woning meerdere periodes aan derden verhuurd.
3. Het geschil
in conventie
3.1. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] vordert bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:
1. voor recht te verklaren dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] onverminderd het recht van gebruik en bewoning bezit, krachtens legaat van de woning, staande en gelegen te [plaa[adres],
2. voor recht te verklaren dat [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] jegens [eiser in conventie, verweerder in reconventie] onrechtmatig handelen, namelijk in strijd met dit recht van gebruik en bewoning van [eiser in conventie, verweerder in reconventie], wegens het in gebruik en bewoning geven van deze woning aan een derde/derden,
3. [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] hoofdelijk te veroordelen om het gebruik en bewoning van deze woning door voornoemde derde/derden te doen eindigen en deswege deze woning in onbewoonde toestand aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] ter beschikking te stellen, zulks binnen twee weken na betekening van dit vonnis en op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 1.000,00 per dag en voor iedere dag dat [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] aan deze veroordeling of gedeelte daarvan niet voldoen,
4. [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] hoofdelijk te veroordelen om aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] te betalen, zulks tegen afgifte van een behoorlijk bewijs van kwijting, alle door [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] van deze derde/derden ontvangen huurpenningen c.q. gebruiksvergoedingen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf
18 maart 2010 tot aan de dag der algehele voldoening,
5. [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] hoofdelijk te veroordelen om aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] te betalen, zulks tegen afgifte van een behoorlijk bewijs van kwijting, alle door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] ten behoeve van deze woning betaalde hypotheekrente vanaf 2004 en alle door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] betaalde aanslagen gemeentelijke heffingen, gemeente Roermond vanaf 2009, zulks vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 18 maart 2010 tot aan de dag der algehele voldoening,
6. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] hoofdelijk te veroordelen in de kosten van deze procedure, waaronder begrepen het salaris van de advocaat van [eiser in conventie, verweerder in reconventie].
3.2. [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] voert verweer.
3.3. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
in (voorwaardelijke) reconventie
3.4. [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] vordert bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis [eiser in conventie, verweerder in reconventie] te veroordelen om:
a. mee te werken aan het opmaken van een notariële akte, binnen vier weken na betekening van het in deze te wijzen vonnis, houdende beëindiging per 1 januari 2009, althans per direct, van het recht van gebruik en bewoning zoals omschreven in de notariële akte van 6 augustus 2004, verleden door notaris mr. J.J.L. Dietz te Roermond, om die akte te ondertekenen en om mee te werken aan inschrijving van die (te verlijden) notariële akte in de kadastrale registers en:
b. te bepalen dat bij gebreke van medewerking door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] aan het opmaken, ondertekenen en inschrijven van de sub a. bedoelde notariële akte, het onderhavige (te wijzen) vonnis daarvoor in de plaats zal treden en door eisers in voorwaardelijke reconventie ([gedaagden in conventie, eisers in reconventie]) kan worden ingeschreven in de kadastrale registers, waartoe zij in het (te wijzen) vonnis worden gemachtigd.
c. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] te veroordelen in de kosten van het geding, bij niet betaling binnen 14 dagen na betekening van het in deze te wijzen vonnis, te verhogen met de wettelijke rente daarover.
3.5. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] voert verweer.
3.6. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling
in conventie
4.1. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft het volgende aan zijn vorderingen ten grondslag gelegd. In het schrijven van 15 augustus 2008 heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] geen afstand gedaan van zijn recht van gebruik en bewoning. Voor het doen van afstand is op grond van artikel 3:98 Burgerlijk Wetboek (BW) overdracht nodig. De strekking van genoemd schrijven is ook niet dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zodanige afstand zal doen. Tussen partijen is overeengekomen dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] de woning zou verlaten en dat de woning ten behoeve van verkoop aan [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] ter beschikking zou worden gesteld. [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] heeft onrechtmatig gehandeld doordat hij na het vertrek van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] uit de woning deze aan derden heeft verhuurd. Gezien de onrechtmatigheid van de verhuur heeft [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] geen recht op de huurpenningen. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft ingevolge artikel 3:201 BW recht op de huurpenningen.
Verder heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] de hypotheekrente vanaf 2004 tot zijn vertrek uit de woning in augustus 2008 onverschuldigd voldaan, omdat de hypotheekrente niet onder het in de akte afgifte legaat opgenomen begrip eigenaarlasten valt. Tevens heeft hij de aanslagen onroerende zaakbelasting over de jaren 2009, 2010 en 2011 onverschuldigd voldaan.
4.2. [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] heeft als verweer het volgende aangevoerd. De strekking van de overeenkomst tussen partijen was dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] afstand deed van zijn recht van gebruik en bewoning alsmede dat de woning ter vrije beschikking van [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] kwam. In ieder geval mocht [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] gezien de inhoud van de brief van 15 augustus 2008 en de overige omstandigheden daarop vertrouwen. [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] was dan ook gerechtigd om de woning te verhuren en had recht op de huurpenningen. Het recht van gebruik en bewoning omvat niet tevens het recht van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] om de woning te verhuren, omdat genoemd recht een persoonlijk en niet een zakelijk recht betreft. [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] wist niet dat voor het doen van afstand van het recht van gebruik en bewoning door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] nog een akte nodig was.
De hypotheekrente valt onder het in de akte van afgifte opgenomen begrip eigenaarlasten. De hypotheekrente valt naar haar aard al onder eigenaarlasten. Bij het opstellen van genoemde akte is niet specifiek besproken welke lasten onder eigenaarlasten zouden vallen. Wel is afgesproken dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] alle kosten van de woning zou betalen. Aangezien [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zonder enig voorbehoud vanaf 2004 tot zijn vertrek in 2008 altijd de hypotheekrente heeft betaald mocht [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] erop vertrouwen dat op dat punt overeenstemming bestond tussen partijen.
4.3. De rechtbank overweegt het volgende. Tussen partijen is in 2008 overeengekomen dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] de woning zou verlaten. Daaraan waren volgens [eiser in conventie, verweerder in reconventie] twee voorwaarden verbonden. De eerste voorwaarde was het verkopen van de in het bezit van [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] zijnde helft van de certificaten van de kegelbaan aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie]. Daaraan is uitvoering gegeven door middel van verkoop van de betreffende certificaten aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in 2008. De tweede voorwaarde zou volgens [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zijn geweest dat [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] de helft van de verbouwingskosten van de aan de woning aangebouwde serre zou vergoeden. [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] heeft de gestelde relatie tussen de verbouwingskosten van de serre en de overeenkomst gemotiveerd betwist. De rechtbank is van oordeel dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] op dit punt niet aan zijn stelplicht heeft voldaan nu hij zijn stelling op geen enkele wijze heeft onderbouwd. De rechtbank zal dan ook aan die stelling voorbij gaan, zodat een relatie tussen de overeenkomst en de verbouwingskosten niet is komen vast te staan.
Derhalve was door [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] aan zijn uit de overeenkomst voortvloeiende verplichting voldaan, zodat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] op zijn beurt gehouden was om zijn uit de overeenkomst voortvloeiende verplichtingen na te komen.
4.4. Partijen verschillen echter van mening over de inhoud en strekking van hetgeen is overeengekomen. Volgens [eiser in conventie, verweerder in reconventie] is overeengekomen dat hij de woning uitsluitend ten behoeve van verkoop zou verlaten, maar was het niet de bedoeling om afstand te doen van zijn recht van gebruik en bewoning. Volgens [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] zijn partijen overeengekomen dat de woning ter vrije beschikking van hem zou komen en dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] afstand deed van zijn recht van gebruik en bewoning. Derhalve zal de rechtbank tot uitleg dienen over te gaan. Het schrijven van 15 augustus 2008 vormt in dat kader een belangrijk aanknopingspunt. De rechtbank stelt voorop dat het bij de kwalificatie en de nadere uitleg van een overeenkomst niet alleen aankomt op de taalkundige betekenis van de gekozen bewoordingen maar tevens op de zin die partijen redelijkerwijs daaraan en aan elkaars gedragingen en verklaringen over en weer mochten toekennen en op hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. Daarbij zijn alle omstandigheden van het concrete geval van belang.
4.5. In het schrijven van 15 augustus 2008 is opgenomen dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] op korte termijn geen gebruik meer zal maken van het recht van bewoning. Uit de brief blijkt tevens de bedoeling dat de woning vrij beschikbaar komt voor [gedaagden in conventie, eisers in reconventie]. De niet onderbouwde weersproken stelling van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] dat de ter beschikking stelling alleen ten behoeve van de verkoop was vindt al haar weerlegging in de passage “mochten jullie voornemens zijn het pand te verkopen..”. Verder is in de brief opgenomen dat de met het recht van gebruik en bewoning gepaard gaande verplichting van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] tot het betalen van de eigenaarlasten komt te vervallen op het moment dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] de woning heeft verlaten. In de Parlementaire Geschiedenis is aangegeven dat bij het feitelijk staken van het gebruik of de bewoning het recht blijft bestaan met handhaving van de verplichtingen. Het feit dat volgens de overeenkomst de verplichting tot betaling van genoemde kosten zou komen te vervallen wijst dan ook in de richting van de bedoeling dat het recht niet zou blijven voortbestaan. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft die kosten over 2009, 2010 en 2011 (uiteindelijk) ook niet voor zijn rekening genomen. Immers de onroerend zaak belasting die over genoemde jaren door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] volgens zijn eigen stelling gezien de overeenkomst ten onrechte en buiten medeweten van [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] zijn voldaan zijn inmiddels door [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] aan [eiser in conventie, verweerder in reconventie] terugbetaald.
In 2008 heeft [eiser in conventie, verweerder in reconventie] uit eigener beweging de woning na verkoop van de certificaten verlaten. Het verlaten van de woning door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] omdat hij de certificaten graag wilde hebben kan niet worden aangemerkt als ‘dwang’ zoals [eiser in conventie, verweerder in reconventie] stelt, aangezien het aangaan van de overeenkomst een vrije keuze van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] betrof.
4.6. Op grond van bovenstaande feiten en omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] erop mocht vertrouwen dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] op grond van de overeenkomst afstand zou doen van zijn recht van gebruik en bewoning en dat de woning zonder beperkingen ter vrije beschikking van [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] stond. Daaronder viel mede de verhuur van de woning door [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] aan derden.
Ingevolge het bepaalde in artikel 3:89 BW in combinatie met artikel 3:98 BW is voor het doen van afstand van het recht van gebruik en bewoning een notariële akte alsmede inschrijving daarvan nodig. Aangezien daartoe nog niet is overgegaan is er formeel gezien ten gevolge van het gebruik maken van de woning door [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] door middel van verhuur sprake van een inbreuk op het recht van [eiser in conventie, verweerder in reconventie]. Echter aangezien die inbreuk op grond van de overeenkomst geacht moet worden met toestemming van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] te hebben plaats gevonden is die handelwijze niet als onrechtmatig aan te merken. Derhalve waren [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] gerechtigd tot de huuropbrengsten. Het geschilpunt omtrent de kwalificatie van het recht van gebruik en bewoning kan verder dan ook buiten beschouwing blijven.
4.7. Concluderend zal de rechtbank de vorderingen onder 1 tot en met 4 afwijzen. Tevens zal de rechtbank de vordering omtrent de betaling van door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] betaalde aanslagen gemeentelijke heffingen vanaf 2009 afwijzen nu [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] inmiddels reeds tot betaling daarvan is overgegaan. Omtrent de ter zake daarvan gevorderde wettelijke rente overweegt de rechtbank dat niet is gesteld noch op enige wijze is gebleken dat er ooit sprake is geweest van verzuim aan de zijde van [gedaagden in conventie, eisers in reconventie], zodat ook die vordering zal worden afgewezen.
4.8. Met betrekking tot de gevorderde betaling van de door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] vanaf 2004 betaalde hypotheekrente overweegt de rechtbank het volgende. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft vanaf 2004 altijd de hypotheekrente voldaan zonder ooit aan de orde te stellen dat deze volgens hem niet onder zijn uit de akte afgifte legaat voortvloeiende betalingsverplichting viel. Ook in de brief van 15 augustus 2008 wordt hierover met geen woord gerept terwijl wel uitdrukkelijk wordt aangegeven dat de opgelopen achterstand in de betaling van de eigenaarkosten binnen 5 dagen zal worden voldaan. De stelling van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] dat hij de hypotheekrente steeds heeft betaald omdat hij bang was dat hij anders uit de woning gezet zou worden acht de rechtbank zeer onaannemelijk. Immers [eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft in het geheel niet aangegeven waarop die ‘angst’ dan zou zijn gebaseerd. In ieder geval had een eventuele ‘angst’ er niet aan in de weg hoeven staan om het onderwerp tenminste in een gesprek aan de orde te stellen. Tevens wordt daarmede niet verklaard waarom dan niet in de brief van 15 augustus 2008 in plaats van pas bij schrijven van 9 maart 2010 dit aspect aan de orde is gesteld, nu [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in augustus 2008 voornemens was reeds uit zichzelf de woning te verlaten, zodat de angst voor uitzetting op dat moment in ieder geval geen rol kon spelen.
4.9. De rechtbank is van oordeel dat onder genoemde omstandigheden [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] ervan uit mocht gaan dat partijen het erover eens waren dat ook de hypotheekrente onder het in de akte afgifte legaat opgenomen begrip eigenaarkosten viel. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zelf erkent zulks tijdens de comparitie van partijen ook met zoveel woorden (tweede pagina, vierde alinea van het proces verbaal van 14 november 2011).
Derhalve vormde de akte afgifte legaat de grondslag voor de betaling, zodat die betaling niet als onverschuldigd gedaan kan worden aangemerkt.
De rechtbank zal de vordering afwijzen.
4.10. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] worden begroot op € 1.162,00 (vast recht € 258,00 plus salaris advocaat 2 punten x tarief € 452,00).
in (voorwaardelijke) reconventie
4.11. Aangezien aan de voorwaarde van de voorwaardelijke reconventie is voldaan komt de rechtbank toe aan beoordeling van de vorderingen in reconventie.
4.12. [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] heeft aan zijn vorderingen de overeenkomst tussen partijen ten grondslag gelegd.
[eiser in conventie, verweerder in reconventie] heeft betwist dat de strekking van de overeenkomst was dat hij afstand zou doen van zijn recht van gebruik en bewoning.
4.13. Zoals in conventie onder 4.6. overwogen is de rechtbank van oordeel dat nog niet aan de wettelijke vereisten voor het doen van afstand van het recht van gebruik en bewoning is voldaan. Tevens is in conventie onder 4.6. overwogen dat de strekking van de overeenkomst is, althans dat [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] daarop mocht vertrouwen, dat [eiser in conventie, verweerder in reconventie] afstand doet (zal doen) van genoemd recht. Naar het oordeel van de rechtbank vloeit uit die overeenkomst dan ook de verplichting van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] voort om aan de verwezenlijking daarvan mee te werken met andere woorden zijn medewerking te verlenen aan het verlijden van de daartoe benodigde notariële akte alsmede de inschrijving daarvan.
4.14. De rechtbank zal de vorderingen toewijzen in die zin dat deze zo gelezen zal worden dat met beëindiging van het recht van gebruik en bewoning bedoeld wordt het doen van afstand daarvan en de datum van afstand gesteld zal worden op de datum van inschrijving in de kadastrale registers.
4.15. [eiser in conventie, verweerder in reconventie] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] worden begroot op € 678,00 salaris advocaat (1,5 punt x € 452,00).
5. De beslissing
De rechtbank
in conventie
5.1. veroordeelt [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in de proceskosten aan de zijde van [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] tot op heden begroot op € 1.162,00, te vermeerderen met de wettelijk rente met ingang van 14 dagen na betekening van dit vonnis tot aan de dag der algehele voldoening,
5.2. wijst de vorderingen af.
in (voorwaardelijke) reconventie
5.3. veroordeelt [eiser in conventie, verweerder in reconventie] om mee te werken aan het opmaken van een notariële akte, binnen vier weken na betekening van het in deze te wijzen vonnis, houdende het doen van afstand van het recht van gebruik en bewoning zoals omschreven in de notariële akte van
6 augustus 2004, verleden door notaris mr. J.J.L. Dietz te Roermond, per datum inschrijving van die (op te maken) notariële akte, alsmede om die akte te ondertekenen en om mee te werken aan inschrijving van die akte in de kadastrale registers,
5.4. bepaalt dat bij gebreke van de onder 5.6. genoemde medewerking door [eiser in conventie, verweerder in reconventie] dit vonnis in de plaats treedt van de toestemming van [eiser in conventie, verweerder in reconventie] voor het opmaken, ondertekenen en inschrijven van de onder 5.4. bedoelde (op te maken) notariële akte en [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] gemachtigd is om dit vonnis in de kadastrale registers te doen inschrijven,
5.5. veroordeelt [eiser in conventie, verweerder in reconventie] in de proceskosten aan de zijde van [gedaagden in conventie, eisers in reconventie] tot op heden begroot op € 678,00, te vermeerderen met de wettelijk rente met ingang van 14 dagen na betekening van dit vonnis tot aan de dag der algehele voldoening,
5.6. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.7. wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.C.M. Bomans en in het openbaar uitgesproken op 11 januari 2012.?