ECLI:NL:RBROE:2011:BQ7745
Rechtbank Roermond
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijstandsverlening op grond van vermogensgrens en motiveringsgebrek
In deze zaak heeft de Rechtbank Roermond op 1 juni 2011 een mondelinge uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van de Wet werk en bijstand (WWB). Verzoekers, bijgestaan door hun gemachtigde mr. H.M.J. Offermans, hadden een aanvraag voor bijstand ingediend, welke door het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Roermond was afgewezen op 29 april 2011. De afwijzing was gebaseerd op de stelling dat verzoekers de vermogensgrens overschreden, omdat zij onroerend goed bezitten in Marokko. De rechtbank oordeelde dat de beschikbare gegevens onvoldoende bewijs leveren voor het eigenaarschap van het onroerend goed, aangezien er geen kadastrale inschrijving was en de enige aanwijzing een verklaring van de sjeik van de gemeente was. De rechtbank concludeerde dat het besluit van de verweerder een motiveringsgebrek vertoonde, omdat er geen nadere onderbouwing was voor het eigenaarschap van het onroerend goed.
De voorzieningenrechter heeft daarom besloten dat de aanvraag voor een voorlopige voorziening wordt toegewezen. Verweerder werd opgedragen om aan verzoekers een voorschot van € 1.000,-- per maand te verstrekken, te rekenen vanaf 4 mei 2011 tot zes weken na het bekendmaken van het besluit op bezwaar. Daarnaast werd verweerder veroordeeld in de proceskosten van verzoekers, die in totaal € 915,- bedragen, inclusief griffierecht. De uitspraak is gedaan zonder dat er een rechtsmiddel openstaat tegen deze beslissing.