ECLI:NL:RBROE:2010:BO6405
Rechtbank Roermond
- Eerste aanleg - meervoudig
- L.J.A. Crompvoets
- Th.M. Schelfhout
- M.M. Vanhommerig
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek tegen rechters in strafzaak met benadeelde partij
Op 24 november 2010 vond de behandeling plaats van een strafzaak in de meervoudige strafkamer van de rechtbank Roermond. De verdachte, aangeduid als verzoeker, was niet aanwezig, maar zijn advocaat, mr. K.D.M. Schepers, was gemachtigd om namens hem te spreken. Tijdens de zitting werd een wrakingsverzoek ingediend door de advocaat, die stelde dat de voorzitter van de rechtbank, door te zeggen dat de vordering van de benadeelde partij niet ingewikkeld was, de schijn van vooringenomenheid wekte. De advocaat betoogde dat deze opmerking een oordeel leek te geven over de vordering voordat deze was beoordeeld, wat de indruk wekte dat de rechtbank niet onbevooroordeeld was.
De rechtbank, bestaande uit de gewraakte rechters, reageerde op het wrakingsverzoek en stelde dat de opmerking over de vordering slechts een kwalificatie was over de moeilijkheidsgraad en geen oordeel over de ontvankelijkheid of afwijzing van de vordering. De rechtbank benadrukte dat de opmerking niet impliceerde dat de vordering eenvoudig was en dat er geen schijn van vooringenomenheid was. De rechtbank oordeelde dat er geen feiten of omstandigheden waren die de vrees voor partijdigheid objectief konden rechtvaardigen.
Na beraadslaging werd het wrakingsverzoek op 24 november 2010 ongegrond verklaard. De rechtbank concludeerde dat de opmerking van de voorzitter niet als een vooringenomen oordeel kon worden opgevat en dat de procedure op een eerlijke manier was verlopen. De beslissing werd openbaar uitgesproken, waarbij de rechtbank de verzoeker en zijn advocaat de gelegenheid gaf om hun standpunten toe te lichten. De rechtbank wees het verzoek tot wraking af, waarmee de rechters hun onpartijdigheid bevestigden.