ECLI:NL:RBROE:2009:BJ9331
Rechtbank Roermond
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- P.C.G. Brants
- Rechtspraak.nl
Echtscheiding en ondertoezichtstelling; bevoegdheid van de rechter en afstemming tussen procedures
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Roermond, betreft het een verzoek tot echtscheiding en ondertoezichtstelling van een minderjarige. De moeder heeft op 13 augustus 2009 een echtscheidingsverzoek ingediend, waarbij zij ook voorlopige voorzieningen heeft gevraagd, waaronder een omgangsregeling tussen de vader en de kinderen. Op 17 augustus 2009 heeft de moeder een verzoek tot ondertoezichtstelling ingediend bij de kinderrechter. De mondelinge behandeling vond plaats op 15 september 2009, waarbij zowel de moeder, de vader als een vertegenwoordiger van de Raad voor de Kinderbescherming aanwezig waren.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat het verzoek tot ondertoezichtstelling is ingediend tijdens de echtscheidingsprocedure. Volgens artikel 823 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering is de (scheidings)rechter bevoegd om een kind onder toezicht te stellen, om te voorkomen dat twee verschillende rechters over hetzelfde feitencomplex beslissen. De kinderrechter heeft besloten om de beslissing omtrent de ondertoezichtstelling aan te houden in afwachting van het advies van de Raad voor de Kinderbescherming, die eerder door de (scheidings)rechter was verzocht om onderzoek te doen naar de omgangsregeling tussen de vader en de kinderen.
De kinderrechter heeft in zijn beslissing benadrukt dat het van belang is om de uitkomst van het onderzoek van de Raad voor de Kinderbescherming te betrekken bij de beoordeling van de noodzaak van ondertoezichtstelling. De moeder heeft in haar verzoekschrift aangegeven dat de vader agressief is en dat er zorgen zijn over de veiligheid van de minderjarige tijdens de omgang met de vader. De vader heeft deze beschuldigingen betwist en stelt dat de omgang met de kinderen goed verliep. De kinderrechter heeft de Raad voor de Kinderbescherming verzocht om advies uit te brengen over de noodzaak van ondertoezichtstelling, en heeft verdere beslissingen aangehouden tot het advies beschikbaar is.