ECLI:NL:RBROE:2009:BJ2557
Rechtbank Roermond
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om machtiging tot (spoed)uithuisplaatsing van minderjarige bij andere ouder
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Roermond op 8 juli 2009 uitspraak gedaan in een verzoek tot machtiging tot (spoed)uithuisplaatsing van een vijfjarig meisje, hierna te noemen [minderjarige]. De zaak betreft een verzoek van de Stichting Bureau Jeugdzorg Limburg, die zich zorgen maakt over de psychische gesteldheid van de moeder van [minderjarige]. De moeder heeft een belast verleden en onderhoudt een problematische relatie met haar huidige partner, wat leidt tot zorgen over de opvoeding van [minderjarige]. De vader van [minderjarige] heeft het verzoek ondersteund en is van mening dat hij momenteel de beste zorg kan bieden aan [minderjarige].
Tijdens de mondelinge behandeling op 7 juli 2009 zijn zowel de moeder als de vader, bijgestaan door hun advocaten, verschenen. De gezinsvoogd heeft zijn zorgen geuit over de situatie van [minderjarige] en de wisselvallige relatie van de moeder. De moeder heeft echter betoogd dat zij goed voor [minderjarige] zorgt en dat er geen reden is voor uithuisplaatsing. De kinderrechter heeft de argumenten van beide ouders gehoord en de situatie van [minderjarige] zorgvuldig gewogen.
De kinderrechter heeft geconcludeerd dat er geen zwaarwegende feiten of omstandigheden zijn die een uithuisplaatsing van [minderjarige] rechtvaardigen. De zorgen van de gezinsvoogd zijn niet voldoende onderbouwd en de moeder heeft blijk gegeven van haar bereidheid om samen te werken met hulpverleners. De kinderrechter heeft daarom het verzoek tot uithuisplaatsing afgewezen, met de overweging dat de huidige ondertoezichtstelling voldoende is om de ontwikkeling van [minderjarige] te waarborgen. De beslissing is genomen in het belang van de minderjarige, waarbij de kinderrechter het belang van stabiliteit en continuïteit in de opvoeding vooropstelt.