In beroep voeren eisers in de zaak 07/ 644 – samengevat en zakelijk weergegeven – het volgende aan:
- Eisers, wiens woning aan de [eiser A en B] grenst aan het perceel van belanghebbende, vrezen geluidoverlast, onveiligheid en milieuschade;
- Verweerder wordt ten aanzien van de verkeersveiligheid verweten geen onderzoek ter hoogte van de hoek Kieënweg-Bong te hebben verricht; geen maximaal aantal voertuigbewegingen en ook geen kettingbeding in de vrijstelling te hebben voorgeschreven; geen passende overgang naar het buitengebied in de vrijstelling te hebben geregeld; en geen (poging tot) overleg met de buurt en belanghebbende te hebben geregeld. Dit terwijl dit door verweerder aan de gemeenteraad zou zijn toegezegd;
- De (aanvullende) ruimtelijke onderbouwing wordt onvolledig/ onjuist bevonden. Te weten:
a. Er is geen (nader) flora- en faunaonderzoek verricht naar het voorkomen
van de das;
b. De verminderde noodzaak van het terrein als buffer
tussen het bedrijventerrein en het landelijk gebied door de uitbreiding in
oostelijke richting van het glastuinbouwbedrijf maatschap Crienen is nog
geen feit;
c. Er is geen verbetering van de omgevingskwaliteit in de aanvullende
ruimtelijke onderbouwing en in het akoestisch rapport blijkt dat er sprake is
van maximaal 90 transportbewegingen per etmaal op de Pratwinkel;
d. De verkeerssituatie op de Napoleonsbaan Noord op de huidige locatie van
het bedrijf is niet problematisch terwijl de verkeerssituatie aan de Pratwinkel door verweerder wordt gemarginaliseerd. Immers ontsluiting vindt plaats via
de bebouwde kom, deels via het bedrijventerrein en deels via de Bong,
welke de hoofdontsluitingsweg is. Een deel van de Bong is echter ingericht
als 30 km zone omwille van de verkeersveiligheid. Op het punt aansluiting
Kieënweg-Bong-Napoleonsbaan verzamelen en passeren dagelijks alle
middelbare scholieren die richting Helden fietsen en alle kinderen ten
westen van de Napoleonsbaan die de basisschool bezoeken. Hier is de
enige met verkeerslichten beveiligde oversteekplaats. Juist in- en
uitvoegende vrachtwagencombinaties veroorzaken hier verkeersonveilige
situaties. Het argument verkeersveiligheid is absoluut niet steekhoudend
en niet alle feiten in het onderzoek zijn meegenomen of voldoende
gewogen;
e. In de aanvullende ruimtelijke onderbouwing wordt gesteld dat de
wegenstructuur van de Bong en Kieënweg voldoet aan eisen voor
toenemend vrachtverkeer. De Pratwinkel is ter plaatse waar het bedrijf zich
wil vestigen echter smaller dan in het overige deel van het bedrijventerrein,
welk gegeven geheel buiten beschouwing is gelaten;
f. In de aanvullende ruimtelijke onderbouwing is ten aanzien van de
luchtkwaliteit gesteld dat verslechtering op de ene locatie een verbetering
op de andere locatie is. Dit gaat voorbij aan de bijna verdubbeling van het
aantal vrachtwagens op de Pratwinkel. Bewoners ten zuidwesten van de
nieuwe locatie hebben belang bij onderzoek naar de luchtkwaliteit;
g. Het aspect locale werkgelegenheid wordt niet onderbouwd en eisers zetten
daar vraagtekens bij;
- Eisers stellen dat het akoestisch rapport feitelijke onjuistheden kent;
a. De hoek van de woning van eisers is gelegen op circa 25 m van de
noordelijke inrit van [adres]. De slaapkamers zijn gelegen aan die
zijde van de Pratwinkel. In het akoestisch onderzoek is eisers woning niet
opgenomen; wellicht is met [...] eisers woning
bedoeld, zo stellen eisers;
b. Het onderzoek gaat uit van een zachte ondergrond terwijl vanaf beide
inritten de grond verhard is met asfalt of beklinkering;
c. Niet vermeld wordt dat [adres] in de nacht de geluidnorm overschrijdt door verkeersbewegingen van het eigen transportbedrijf GMB. Eisers
ondervinden vroeg in de ochtenduren overlast van geluid en stank. Als
belanghebbende zich vestigt, is er sprake van cumulatie van geluid en
stank;
d. Sluiten van de noordelijke inrit in de avond- en nachturen is niet in de
vrijstelling als voorwaarde opgenomen;
- Voor eisers is het onduidelijk wat het toestaan van 25 vrachtwagencombinaties betekent; is dit de norm voor het aantal dat kan worden geparkeerd op het terrein, geldt dit voor de vrachtwagencombinaties in eigendom, geleased of gehuurd?;
- In het vrijstellingsbesluit ontbreken tijdstippen dat geen vervoer mag plaatsvinden;
- Ook is geen tijdstip opgenomen dat de oude locatie moet zijn teruggegeven aan het agrarisch gebied. Niet is aangegeven dat de bestemming aldaar wordt gewijzigd. Dat betekent dat een nieuwe aanvraag door gemeente ingewilligd moet worden als het bestemmingsplan niet wordt veranderd.
Eisers concluderen dat belangen onvoldoende zijn afgewogen en dat verweerders besluitvorming onzorgvuldig is.