ECLI:NL:RBROE:2008:BD0426
Rechtbank Roermond
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toewijzing verzoek tot vaststelling van een dwangakkoord in schuldsaneringsregeling
In deze zaak hebben verzoekers, een echtpaar, een verzoek ingediend tot toelating tot de schuldsanering en tot vaststelling van een dwangakkoord. De verzoekers hebben hun schuldeisers, waaronder vier preferente, een minnelijk akkoord aangeboden, waarbij verzoekster gedurende 36 maanden een bedrag zal sparen op een aparte rekening. Dit bedrag zal aan het einde van de termijn worden uitgekeerd aan de schuldeisers. Verweerder, de zoon van verzoekers, heeft echter geweigerd in te stemmen met dit akkoord. De rechtbank heeft de procedure gevolgd, waarbij op 12 februari, 25 maart en 11 april 2008 mondelinge behandelingen hebben plaatsgevonden.
De rechtbank heeft in haar beoordeling gekeken naar de redelijkheid van de weigering van verweerder om in te stemmen met het akkoord. Volgens artikel 287a van de Faillissementswet kan een verzoek tot vaststelling van een dwangakkoord alleen worden toegewezen als de schuldeiser in redelijkheid niet tot weigering van instemming heeft kunnen komen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de aangeboden regeling voor verweerder een gunstiger resultaat oplevert dan de verwachte uitkomst via de Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP). De rechtbank heeft ook rekening gehouden met de emotionele bezwaren van verweerder, maar deze zijn ter zitting niet meer volhard.
Uiteindelijk heeft de rechtbank geoordeeld dat verweerder niet in redelijkheid kon weigeren in te stemmen met de aangeboden schuldregeling. Het verzoek is toegewezen, en verweerder is bevolen in te stemmen met het dwangakkoord. Dit vonnis is uitgesproken op 18 april 2008 door mr. P.H.J. Frénay en is uitvoerbaar bij voorraad.