Uitspraak
RECHTBANK Overijssel
1.De zaak in het kort
2.De procedure
- het vonnis in incident van 6 maart 2024 en de daarin genoemde processtukken;
- de voorwaardelijke akte overlegging productie 80 en 81 en 141 tot en met 144 van Vitens;
3.De feiten
(…)
- Gebruik van beschadigde buis
- Vervuiling tijdens montage
- Onvoldoende afdichting tussen afdichtingsrubber en buis
- Onvoldoende afdichting tussen afdichtingsrubber en mof
Mogelijke oorzaak is het tijdens de beschouwing op 24 mei 2022 van het proeftraject vastgestelde inwatering. Als er bij het inwateren zand wordt meegenomen en afgezet wordt tussen de afdichtingsring en de buis dan zou deze vervuiling er toe kunnen leiden dat bij er het op druk brengen van de leiding lekkage ontstaat omdat het afdichtingsrubber geen direct contact kan maken met de buis.
Bij zowel verbinding 15 als 25 is vastgesteld dat er één buis een diameter onder de minimum tolerantie van de norm heeft (…). Bij buiszijde B van verbinding 25 is volgende buisdiameter vastgesteld, gemeten diameter op drie locaties 314,29mm/ 314,12mm/ 314,88mm. Buiszijde B was de lekkende zijde van de verbinding.
Door Kiwa is tijdens de onderstaande momenten informatie verzameld;
- Beschouwing sectie 12 (14 juni 2022)
Nadat de proefsectie was vrijgegraven is er in eerste instantie een gat in de leiding geboord en is er een inspectie camera ingebracht om het inwendige gat van de proefsectie te beoordelen. Bij deze beoordeling is vastgesteld dat er bij twee verbindingen zich water in de insteekmof bevindt en in het buiseinde in de steekmof.
Om de situatie van de praktijk te simuleren is een aparte testopstelling gemaakt. Hiervoor is een kunststof inspectieput gemaakt met 2 doorvoer aansluitingen 315 mm. (…) De gedemonteerde lekkende koppeling en de 2 rubberringen zijn schoongemaakt, en de rubberringen zijn weer terug geplaatst in de koppeling. De koppeling is vervolgens in de put geplaatst en door de doorvoeren zijn 2 nieuwe buisstukken 315 mm gevoerd, welke in de koppeling 315 mm zijn gestoken. (…)
Middels een proefopstelling is de praktijk gesimuleerd van een combinatie van uitwendige overdruk op de rubberring in combinatie met zand. Uitwendige overdruk leidt er niet toe dat zand langs of achter de rubberring de koppeling in wordt gedrukt.
de voorschriften van KIWA (BRL K17301:2017 §5.2.3) kleiner te zijn dan de
minimaal toegestane diameter van 315cm
inspectiewagen, mogelijk ontstaat dit door condenswater.
4.Het geschil
5.De beoordeling
OpdrachtIn opdracht van Kiwa Nederland B.V., is door Pipelife NL op de hieronder vermelde monsters de dichtheid van de verbindingen met hoekverdraaiing bepaald volgens BRL-K 17301.
Gegevens monsters(…)
Aantal/type monsters : 2 PVC dubbele moffen
Grondstof : PVC
Merken koppeling : Pipelife-W/P-PVC-U2-Koppeling-315(…)
Merken buis : Pipelife-PVC-U – 315 mm (…)
ConclusieDe monsters voldoen aan de eis voor het onderzochte aspect overeenkomstig BRL K17301.
Vitens wijst er verder nog op dat Kiwa per e-mail van 28 augustus 2020 slechts toestemming zou hebben gegeven voor het gebruik van de Angerlock ringen in de moffen met een diameter van 400 mm, maar de rechtbank passeert ook deze stelling. Er is geen enkele aanleiding om aan te nemen dat Kiwa, indien daar om gevraagd was, op dat moment niet ook toestemming zou hebben verleend voor het gebruik van de nieuwe ringen in de moffen met een diameter van 315 mm, zeker niet nu de verificatietest juist betrekking had op die moffen.
De gestelde inwatering rijmt ook niet met de in r.o. 3.23 geciteerde uitkomsten van het onderzoek dat Pipelife zelf aan een buis met mof heeft uitgevoerd en waaruit blijkt dat in een situatie van (forse) onderdruk de verbinding dicht blijft en geen sporen van lekkage laat zien. Vitens heeft ter zake van dat onderzoek betoogd dat Pipelife niet heeft toegelicht op welke wijze de betreffende verbinding is vervoerd en dat niet is uit te sluiten dat die verbinding daarbij is vervormd of dat anderszins schade is ontstaan tijdens het vervoer. Dit betoog doet echter niet ter zake, nu Pipelife de verbinding alvorens deze te testen uit elkaar heeft gehaald, heeft schoongemaakt en weer in elkaar heeft gezet. Vitens valt er verder nog over dat slechts één mof is getest, maar zij miskent hiermee dat dit een mof betrof die in de waterleiding lekkage had vertoond.
Opvallend is verder nog dat zowel de reactie van Kiwa op de memo van Crawford als het rapport van Kiwa dateert van 7 september 2022. Het is dus de vraag welke waarde er precies aan het rapport van Kiwa gehecht kan worden.
Volgens Vitens is gelet op de inhoud van de notitie van Antea mogelijk sprake geweest van een batch met een productiefout en kan niet worden uitgesloten dat Pipelife de mof met Angerlock ring heeft verbeterd, nadat bleek dat de moffen in combinatie met de Pipelife-buizen in de praktijk lekkages veroorzaakten. De rechtbank volgt haar echter niet in deze redenering. Pipelife heeft er ter zitting namelijk op gewezen dat de Angerlock ring (nog altijd) niet verlijmd wordt, maar flexibel is en met de hand in de mof moet worden geplaatst. Zij heeft in dit kader verwezen naar pagina 9 van de als productie 5 door haar overgelegde brochure van Trelleborg, waaruit inderdaad volgt dat van verlijming van de ring geen sprake is. Het is bovendien de vraag of de voor de waterleiding gebruikte mof met de nieuwe ringen die Antea in haar vergelijking heeft betrokken voldoende representatief is voor alle voor de waterleiding gebruikte moffen en wat er precies met die mof is gebeurd alvorens deze door Antea is getest. De als productie 81 overgelegde notitie van Antea overtuigt dus evenmin.