ECLI:NL:RBOVE:2025:966

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
18 februari 2025
Publicatiedatum
20 februari 2025
Zaaknummer
11379218 \ CV EXPL 24-3904
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van restant kredietbedrag en tegenvordering tot afgifte tenaamstellingscode na total loss van voertuig

In deze zaak heeft [partij] een geldleningsovereenkomst gesloten met Volkswagen Pon voor de financiering van een Volkswagen Transporter bus. [partij] heeft een aantal termijnen niet op tijd betaald en de bus is total loss geraakt door brand. Volkswagen Pon heeft het krediet vervroegd opgeëist en vordert betaling van het resterende bedrag, vermeerderd met rente en kosten. De kantonrechter wijst de vordering in conventie toe.

[partij] heeft een tegenvordering ingesteld, waarbij hij vergoeding van kosten eist die voortvloeien uit het feit dat het kenteken van de bus nog op zijn naam staat, terwijl Volkswagen Pon eigenaar is en de tenaamstellingscode weigert af te geven. De kantonrechter wijst de tegenvordering af, omdat [partij] niet heeft aangetoond dat Volkswagen Pon nalatig is geweest in de communicatie over de eigendomsverhouding en de schadeafhandeling.

De kantonrechter oordeelt dat [partij] de hoofdsom van het kredietbedrag moet betalen, vermeerderd met rente, en dat hij de proceskosten moet vergoeden. De tegenvordering van [partij] wordt afgewezen, en hij wordt ook veroordeeld tot betaling van de proceskosten in reconventie. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

RECHTBANKOVERIJSSEL
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Zwolle
Zaaknummer: 11379218 \ CV EXPL 24-3904
Vonnis van 18 februari 2025
in de zaak van
VOLKSWAGEN PON FINANCIAL SERVICES B.V. H.O.D.N. DUTCHFINANCE,
statutair gevestigd en kantoorhoudende te Amersfoort,
eisende partij in conventie, verwerende partij in reconventie,
hierna te noemen: Volkswagen Pon,
gemachtigde: Jongejan & Wisseborn Gerechtsdeurwaarders,
tegen
[partij] H.O.D.N. [bedrijf 1],
wonende en zaakdoende te [woonplaats] ,
gedaagde partij in conventie, eisende partij in reconventie,
hierna te noemen: [partij] ,
procederend in persoon.

1.De zaak in het kort

1.1.
Voor de financiering van een Volkswagen Transporter bus heeft [partij] een geldleningsovereenkomst met Volkswagen Pon gesloten. [partij] heeft een aantal termijnen niet op tijd betaald. Bovendien is de bus total loss geraakt. Volkswagen Pon heeft het krediet daarom vervroegd opgeëist. De bus was verzekerd en Volkswagen Pon heeft een verzekeringsuitkering ontvangen. Die heeft zij in mindering laten strekken op het openstaande kredietbedrag. Volkswagen Pon vordert in conventie betaling van het hierna resterende bedrag plus bijkomende kosten (rente, buitengerechtelijke incassokosten en proceskosten). De kantonrechter wijst de vordering toe.
1.2.
[partij] heeft een tegenvordering ingesteld. Het kenteken van de bus staat nog steeds op naam van [partij] . [partij] is daardoor verantwoordelijk voor onder andere de motorrijtuigenbelasting en APK. Volkswagen Pon is eigenaar van de bus en zij beschikt over de tenaamstellingscode. Volkswagen Pon weigert deze af te geven. Vrijwaren is daardoor niet mogelijk. [partij] wil dat Volkswagen Pon de kosten die hij hierdoor heeft gemaakt en nog steeds maakt vergoed en dat Volkswagen Pon wordt veroordeeld tot afgifte van de code. De kantonrechter wijst de tegenvordering van [partij] af.

2.De procedure

2.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding,
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie,
- de aanvullende conclusie van antwoord in conventie,
- de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald,
- de conclusie van antwoord in reconventie, tevens houdende vermindering van eis,
- de mondelinge behandeling van 15 januari 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
2.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

3.De feiten

3.1.
[partij] heeft bij [bedrijf 2] B.V. een Volkswagen Transporter bus gekocht (hierna: de bus). Voor de betaling van de bus heeft hij een financial lease overeenkomst (hierna ook: de geldleningsovereenkomst) met Volkswagen Pon gesloten.
3.2.
In de geldleningsovereenkomst staat onder andere:
Kredietnemer:
a. Met dit krediet heeft u een motorrijtuig gefinancierd. Dit motorrijtuig heeft Leverancier aan u geleverd. Dit motorrijtuig is juridisch eigendom van Kredietgever. Zodra u aan al uw betalingsverplichtingen heeft voldaan, gaat de juridisch eigendom van het motorrijtuig over van Kredietgever op u en wordt u de juridisch eigenaar van het motorrijtuig.
(…)
c. Tijdens de looptijd van dit contract betaalt u aan Kredietgever:
Aankoopprijs € 22.856,90
Aanbetaling € 3.966,90 -
(…)
Kredietbedrag € 18.890,00
Kredietvergoeding € 5.991,20 +
Totaal te betalen € 24.881,20
d. Dit contract heeft een looptijd van 60 maanden (…). U betaalt maandelijks € 355,02. In de laatste maand betaalt u ook de overeengekomen slottermijn van € 3.580,00. Uw laatste maandtermijn is in totaal dus € 3.935,02.
e. U betaalt een nominale rente van 9.990%. Omgerekend een debetrentevoet van 10,46% op jaarbasis.”
3.3.
Op de overeenkomst zijn ‘Algemene Voorwaarden Financial Lease’ van toepassing (hierna: de algemene voorwaarden). In de algemene voorwaarden staat onder andere:
4. Hoe en hoeveel betaalt u?
(…)
4.4.
Het betaalschema dat is opgenomen in uw contract is dwingend en u mag daar niet van afwijken. Dit betekent dat u bij niet-volledige of niet-tijdige betaling direct in verzuim bent zonder dat daarvoor eerst nog een ingebrekestelling nodig is. U bent dan aan ons een achterstandsrente verschuldigd over het openstaande bedrag. Deze achterstandsrente is gelijk aan de debetrentevoet in uw contract. De achterstandsrente wordt gerekend vanaf de datum waarop u had moeten betalen tot de datum waarop uw betaling alsnog door ons is ontvangen.
4.5.
Moeten wij incassokosten maken, dan zijn die voor uw rekening. Die kosten zijn minimaal 15% van het openstaande bedrag, met een minimum van € 40 exclusief btw.
(…)

5.Onmiddellijke opeisbaarheid en inname van het motorrijtuig

5.1.
In bepaalde situaties hebben wij het recht om alle betalingen die u op grond van uw contract nog moet betalen in één keer en per direct bij u op te eisen. In die situaties mogen wij het contract bovendien meteen ontbinden zonder dat daarvoor eerst nog een ingebrekestelling nodig is. Bij zo’n ontbinding blijft ons recht op vergoeding van achterstandsrente, kosten en schade volledig in stand. De situaties waarvoor dit geldt zijn onder meer:
(…)
c) Het motorrijtuig is gestolen of vermist of volgens ons te beschadigd om nog te repareren.
(…)”
3.4.
[partij] heeft de maandelijkse termijnen in februari, april en juni 2023 niet (op tijd) betaald.
3.5.
In de nacht van woensdag 7 juni 2023 is de bus in de brand gevlogen. [partij] heeft aangifte gedaan van brandstichting.
3.6.
De bus was verzekerd. De verzekeraar heeft een bedrag van € 16.350,00 aan Volkswagen Pon uitgekeerd.
3.7.
[partij] heeft de maandelijkse termijnen vanaf juli 2023 niet meer betaald. Vanaf januari 2024 heeft hij wel met enige regelmaat € 150,00 aan Volkswagen Pon voldaan.

4.Het geschil

in conventie
4.1.
Volkswagen Pon vordert in conventie - samengevat - veroordeling van [partij] tot betaling van € 4.958,71, vermeerderd met rente en kosten. Het bedrag dat wordt geëist, bestaat uit de hoofdsom van € 4.070,91 (de restant huurkoopsom minus verzekeringsuitkering plus € 234,89 rente), € 148,93 rente berekend tot en met 24 oktober 2024 en € 738,87 incl. btw buitengerechtelijke kosten.
4.2.
Volkswagen Pon baseert de eis op het volgende. Tussen partijen bestaat een geldleningsovereenkomst. [partij] is zijn verplichtingen uit die overeenkomst niet nagekomen. Hij is in gebreke gebleven met het tijdig betalen van de maandelijkse lease termijnen. Daarnaast is de auto door een brand total loss verklaard. Volkswagen Pon heeft het krediet daarom vervroegd opgeëist. De bus was verzekerd en Volkswagen Pon heeft een verzekeringsuitkering ontvangen. Die heeft zij in mindering laten strekken op het resterende kredietbedrag. Hierna blijft er nog steeds een bedrag open staan. Volgens Volkswagen Pon moet [partij] dit bedrag plus de bijkomende kosten (rente, buitengerechtelijke incassokosten en proceskosten) betalen.
4.3.
[partij] voert verweer.
4.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.
in reconventie
4.5.
[partij] vordert in reconventie betaling door Volkswagen Pon van € 1.000,00 aan advocaatkosten, € 150,00 per kwartaal aan wegenbelasting over 2023 en € 175,00 per kwartaal over 2024, € 189,00 en € 169,00 aan boetes van het RDW van vanwege een niet APK gekeurd voertuig.
4.6.
[partij] legt aan zijn tegeneis het volgende ten grondslag. In verband met de afwikkeling van de schade met de verzekeraar, is de bus voor € 1,00 aan [partij] overgedragen. Dat blijkt nadelige gevolgen voor [partij] te hebben. De bus staat namelijk nog steeds op zijn naam en hij is hiervoor verantwoordelijk en aansprakelijk. [partij] kan de bus niet van zijn naam af krijgen, omdat Volkswagen Pon weigert de tenaamstellingscode af te geven. [partij] heeft kosten voor onder andere de wegenbelasting en het niet hebben van een APK en die kosten lopen nog steeds op. [partij] stelt dat hij hierover niet goed is voorgelicht. Om een ander te in goede banen te leiden heeft [partij] bovendien advocaatkosten gemaakt. [partij] stelt dat Volkswagen Pon die schade moet vergoeden. Bovendien wil [partij] nu alsnog de tenaamstellingscode van Volkswagen Pon ontvangen, zodat hij de bus kan vrijwaren.
4.7.
Volkswagen Pon voert verweer.
4.8.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

5.De beoordeling

in conventie
5.1.
[partij] is niet bij de mondelinge behandeling verschenen. Hierdoor heeft hij de kantonrechter de mogelijkheid onthouden om van hem inlichtingen te krijgen over zijn verweer. Ook heeft de kantonrechter niets kunnen betekenen in het vinden van een eventuele oplossing voor het geschil, zoals [partij] wel uitdrukkelijk in zijn conclusie van antwoord heeft verzocht.
5.2.
Over het in conventie gevorderde overweegt de kantonrechter verder als volgt. Tussen partijen staat niet ter discussie dat [partij] het totaal te betalen kredietbedrag van € 24.881,20 moet betalen. Ook is niet in geschil dat het door de verzekering uitgekeerde bedrag van € 16.350,00 en het in totaal tot 10 juni 2024 betaalde bedrag van € 4.695,18 (productie 4 bij dagvaarding) hierop in mindering moeten worden gebracht. Dat betekent dat het hierna resterende bedrag van € 3.836,02 als hoofdsom voor toewijzing gereed ligt.
5.3.
[partij] heeft aangevoerd dat hij het bedrag niet (in één keer) kan betalen. [partij] heeft een auto nodig voor zijn bedrijf en heeft nu dubbele kosten, omdat hij ook nog moet betalen voor de bus. De kantonrechter is van oordeel dat dit verweer niet kan slagen. Dat [partij] het bedrag niet (in één keer) kan betalen, betekent namelijk nog niet dat het bedrag ook niet betaald hoeft te worden. Mogelijk kunnen op verzoek van [partij] met (de gemachtigde van) Volkswagen Pon alsnog nadere afspraken gemaakt worden en kan er een betalingsregeling worden getroffen.
5.4.
Volkswagen Pon wil verder dat [partij] de buitengerechtelijke incassokosten betaalt en verwijst daarvoor naar artikel 4.5 van haar algemene voorwaarden. [partij] is het daarmee niet eens. Omdat Volkswagen Pon haar vordering baseert op een regeling die afwijkt van de wet en daarbij hogere incassokosten vordert dan de wet bepaalt, zal de kantonrechter de vordering toetsen aan het Rapport BGK-integraal, maar met toepassing van de wettelijke tarieven die geacht worden redelijk te zijn.
Volkswagen Pon heeft geen omschrijving gegeven van de voor haar rekening verrichte buitengerechtelijke werkzaamheden. Volkswagen Pon stelt dat zij wel een specificatie kan geven, maar dat dit niet nodig is omdat zij het forfaitair tarief vordert. De kantonrechter volgt haar daarin niet. Het gevorderde bedrag is immers hoger dan het forfaitaire tarief. Daarom zal de kantonrechter de kosten die Volkswagen Pon buitengerechtelijke kosten noemt, beschouwen als verrichtingen waarvoor de proceskostenveroordeling wordt geacht een vergoeding in te sluiten en de vordering tot betaling van de buitengerechtelijke kosten afwijzen.
5.5.
[partij] moet wel de contractuele rente van 10,46% per jaar betalen. Volkswagen Pon baseert deze rente op de bepaling sub e onder het kopje ‘kredietnemer’ van de met [partij] gesloten overeenkomst, in combinatie met wat in artikel 4.4 van de algemene voorwaarden is bepaald. [partij] heeft daar niets tegen ingebracht. Op 4 november 2023 heeft Volkswagen Pon het (toen) resterende kredietbedrag opgeëist. [partij] is verzocht om het bedrag binnen vijf dagen na dagtekening van de brief te betalen. Na het verstrijken van deze termijn is [partij] rente verschuldigd. De rente zal daarom worden toegewezen vanaf 10 november 2023. Volkswagen Pon heeft berekend dat de rente tot en met 24 oktober 2024 € 383,82 bedraagt.
5.6.
[partij] heeft na aanmaning door de gemachtigde van Volkswagen Pon tot en met 16 december 2024 (de datum waarop de conclusie van antwoord in reconventie, tevens houdende vermindering van eis is ingediend) in totaal een bedrag van € 1.950,- betaald. Op grond van het bepaalde in artikel 6:44 BW strekken betalingen eerst in mindering van de buitengerechtelijke kosten, vervolgens van de verschenen rente en ten slotte van de hoofdsom en lopende rente.
5.7.
Het hiervoor overwogene leidt tot de conclusie dat de vordering in conventie zal worden toegewezen. [partij] moet het volgende bedrag aan Volkswagen Pon betalen:
- hoofdsom € 3.836,02
- verschenen rente t/m 24 oktober 2024 € 383,82
- betalingen
€ 1.950,00 -
Nog te voldoen € 2.269,84
De kantonrechter zal [partij] veroordelen tot betaling van dit bedrag, te vermeerderen met de contractuele rente hierover vanaf 25 oktober 2024 tot en met de dag van volledige betaling.
5.8.
[partij] is in conventie in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten betalen. De proceskosten van Volkswagen Pon worden, op basis van het toegewezen bedrag, begroot op:
- kosten van de dagvaarding
138,81
- griffierecht
496,00
- salaris gemachtigde
408,00
(2 punten × € 204,00)
- nakosten
102,00
(plus de kosten van betekening zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
1.144,81
in reconventie
5.9.
[partij] vordert in reconventie afgifte van de tenaamstellingscode van de bus en schadevergoeding. Volkswagen Pon heeft in reactie hierop aangevoerd dat zij het probleem van [partij] begrijpt, maar dat [partij] deze situatie zelf veroorzaakt heeft doordat hij geen afstand van het wrak wilde doen en niet wilde meewerken aan veiling daarvan. Ter onderbouwing van haar standpunt wijst Volkswagen Pon op een rapport van schade-expert Dekra en een tweetal e-mails van de verzekeraar van [partij] . Volkswagen Pon geeft aan dat het wrak na veiling had kunnen worden overgeschreven naar de handelsvoorraad van een (op)koper, dat [partij] had kunnen worden gevrijwaard en dat de opbrengst van het wrak dan in mindering had kunnen strekken op de restschuld. Toen [partij] medewerking weigerde, heeft Volkswagen Pon het er maar bij laten zitten. Pas als de vordering is betaald, wordt [partij] eigenaar en zal Volkswagen Pon de codes overdragen. Als [partij] eerder van het wrak af wil, moet hij ervoor zorgen dat het wrak alsnog op deugdelijke wijze wordt geveild en verkocht een de hoogst biedende opkoper, aldus Volkswagen Pon.
5.10.
De kantonrechter overweegt als volgt. [partij] heeft niet meer gereageerd op het verweer van Volkswagen Pon. [partij] heeft het standpunt van Volkswagen Pon dan ook niet weersproken. Uit de stukken blijkt naar het oordeel van de kantonrechter bovendien onvoldoende dat [partij] wél afstand van het wrak had willen doen en dat Volkswagen Pon ter zake iets te verwijten valt. Uit de stukken valt wel af te leiden dat [partij] rond de schadeafhandeling contact heeft gehad met de verzekeraar en de schade-expert en dat er contact is geweest tussen de verzekeraar en Volkswagen Pon, maar niet dat er contact is geweest tussen [partij] en Volkswagen Pon over wat het gevolg was van de schadeafhandeling voor de financial lease overeenkomst en de eigendomsverhouding. Dat Volkswagen Pon [partij] hier onvoldoende over voorgelicht heeft, volgt hier niet uit. [partij] heeft ook niet toegelicht waarom dit wel op de weg van Volkswagen Pon had gelegen en waarin Volkswagen Pon dan nalatig zou zijn geweest. Dat betekent dat er geen grond is om de schade te verhalen op Volkswagen Pon.
5.11.
[partij] heeft nog niet aan al zijn betalingsverplichtingen voldaan. Dat betekent dat de auto nog steeds juridisch eigendom van Volkswagen Pon is (zie ook de geldleningsovereenkomst, onder het kopje ‘Kredietnemer’ sub a). Niet gebleken is verder dat het wrak is geveild. Dat betekent dat [partij] op dit moment daarom niet kan afdwingen dat Volkswagen Pon de tenaamstellingscodes afgeeft.
5.12.
Een en ander neemt niet weg dat het probleem wel duidelijk is. Het kenteken van de bus staat namelijk nog steeds op naam van [partij] . [partij] is daardoor verantwoordelijk voor onder andere de wegenbelasting en de APK en heeft daardoor kosten, terwijl hij niets met de bus kan. [partij] wil daar graag verandering in brengen. De kantonrechter is van oordeel dat dat ook in het belang van beide partijen is. Daarbij merkt de kantonrechter op dat de stelling van Volkswagen Pon dat het wrak moet worden geveild en dat zij recht heeft op de opbrengst niet goed valt te rijmen met het feit dat Volkswagen Pon eind 2023 ‘het er maar bij heeft laten zitten’. Als er daadwerkelijk zoveel waarde werd gehecht aan het verkrijgen van de veilingopbrengst, had het op de weg van Volkswagen Pon gelegen om daar eerder actie op te ondernemen of [partij] daar in ieder geval eerder over te informeren. De kantonrechter dringt er bij Volkswagen Pon dan ook op aan om met [partij] afspraken te maken over het wrak en de vrijwaring.
5.13.
De conclusie van het hiervoor overwogene is dat de tegenvordering van [partij] zal worden afgewezen. [partij] wordt dus in het ongelijk gesteld. Hij moet daarom de proceskosten betalen. De proceskosten van Volkswagen Pon worden begroot op € 238,00 aan salaris gemachtigde (2 punten x factor 0,5 x € 238,00). Er wordt een factor 0,5 toegepast, omdat de vordering in reconventie samenhangt met het verweer in conventie.

6.De beslissing

De kantonrechter
in conventie
6.1.
veroordeelt [partij] om aan Volkswagen Pon te betalen een bedrag van € 2.269,84, te vermeerderen met de overeengekomen rente van 10,46% per jaar over het toegewezen bedrag, met ingang van 25 oktober 2024, tot de dag van volledige betaling,
6.2.
veroordeelt [partij] in de proceskosten van € 1.144,81, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe,
in reconventie
6.3.
wijst de vorderingen van [partij] af,
6.4.
veroordeelt [partij] in de proceskosten van € 238,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe,
in conventie en in reconventie
6.5.
veroordeelt [partij] tot betaling van de kosten van betekening als [partij] niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
6.6.
verklaart dit vonnis wat betreft de onder 6.1, 6.2 en 6.4 genoemde beslissingen uitvoerbaar bij voorraad,
6.7.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.R.H. Lutjes en in het openbaar uitgesproken door mr. G.W.G. Wijnands op 18 februari 2025.