9.De beslissing
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1, 2 primair, 3 en 4 ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1
het misdrijf:
als uithuisgeplaatste handelen in strijd met een met toepassing van artikel 2, eerste lid, van de Wet tijdelijk huisverbod, gegeven huisverbod;
feit 2 primair, feit 3, feit 4
telkens het misdrijf:
diefstal;
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder feit 1, feit 2 primair, feit 3 en feit 4 bewezen verklaarde;
- legt aan verdachte op de
- bepaalt dat deze maatregel
- stelt als
De rechter kan de tenuitvoerlegging ook gelasten indien verdachte gedurende de
proeftijd van 3 (drie) jaren de navolgende
bijzondere voorwaardenniet is nagekomen:
- stelt als
bijzondere voorwaardendat verdachte:
o zich gedurende de proeftijd meldt bij Tactus Reclassering, op de door de reclassering te bepalen tijdstippen, zo frequent en zo lang de reclassering dat nodigt acht;
o meewerkt aan controles ter beheersing van het middelengebruik. De reclassering kan urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest) gebruiken voor de controle. De reclassering bepaalt hoe vaak verdachte wordt gecontroleerd;
o zich inspant voor het vinden en het behouden van dagbesteding en/of werk;
o meewerkt aan diagnostiek, door een door de reclassering aangewezen zorginstelling, en zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van diagnostiek worden gegeven. Indien de diagnostiek hiertoe aanleiding geeft en de reclassering dit nodig acht, zal verdachte zich gedurende de proeftijd onder behandeling stellen van een door de reclassering aangewezen zorginstelling. Deze behandeling kan (onder meer) gericht zijn op het behandelen van verslavingsproblematiek. Verdachte zal zich houden aan de aanwijzingen die hem door de behandelaar en/of die zorginstelling worden gegeven;
o indien de reclassering dit nodig acht, verblijft in een beschermde woonvorm of maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering. Verdachte houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de desbetreffende instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld;
- draagt de reclassering op om toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
daarbij gelden als voorwaarden van rechtswege dat verdachte:
o ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
o medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, Sr, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht daaronder begrepen;
- wijst de vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 2]toe tot een bedrag van
€ 34,00;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] (feit 3) van een bedrag van € 34,00 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 september 2024);
- veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat verdachte verplicht is ter zake van het onder feit 3 bewezen verklaarde tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 34,00 (zegge: vierendertig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 september 2024 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van één (1) dag kan worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- bepaalt dat de benadeelde partij [slachtoffer 2] voor een deel van € 50,00 niet-ontvankelijk is in de vordering en dat de benadeelde partij de vordering voor dat deel slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
opheffing bevel voorlopige hechtenis
- heft het bevel tot voorlopige hechtenis op met ingang van heden.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.W. Eshuis, voorzitter, mr. J. de Ruiter en
mr. A.N. Neumann, rechters, in tegenwoordigheid van mr. L. Kannegieter, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 20 februari 2025.
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland met nummer PL0600-2024500647. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] van 25 oktober 2024, pagina’s 85 en 86, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangeefster:
Mijn Stella Fiore (moederfiets met fietszitje achterop) is in de nacht van 24 oktober op 25 oktober gestolen.
Framenummer: [nummer 1].
Het proces-verbaal van aanhouding verdachte van 25 oktober 2024 van verbalisant
[verbalisant 1], pagina’s 9 en 10, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van die verbalisant:
Op 25 oktober 2024 omstreeks 04:45 uur kregen de politie-eenheden in Zwolle de opdracht om te gaan naar de [adres 1] in Zwolle. Ik, verbalisant [verbalisant 1], reed via het Azaleapark naar de achterzijde van het voornoemde adres. Toen ik door het park reed zag ik [verdachte] fietsen vanuit de achtertuin van de woning van zijn moeder het park in. Ik hield [verdachte] vervolgens staande op de Verenigingstraat.
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 1] van 25 oktober 2024, pagina’s 37 tot en met 39, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van die verbalisanten:
Ik, verbalisant [verbalisant 2], hoorde verbalisant [verbalisant 1] zeggen dat het een elektrische witte fiets moest zijn van het merk ‘Stella’ met een kinderzitje op de achterzijde van de fiets en dat deze was achtergelaten ter hoogte van de [adres 4] te Zwolle. Ik zag daarop betreffende fiets staan. Ik zag dat de fiets framenummer [nummer 1] had. Ik maakte een foto van de fiets en verstrekte deze aan collega [verbalisant 1].
Ik, verbalisant [verbalisant 1], ontving de foto van de fiets. Ik zag dat dit de fiets betrof waar verdachte [verdachte] bestuurder van was ten tijde van diens aanhouding.
Ik, verbalisant [verbalisant 2], trok daarop bij terugkomst op het politiebureau voornoemd
framenummer na. Hieruit bleek dat de fiets gestolen zou zijn tussen donderdag 24 oktober 2024 om 23:00 en vrijdag 25 oktober 2024 om 8:00 ter hoogte van de Bosseware 5 te Zwolle.
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 2] van 30 september 2024, pagina’s 41 en 42, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangeefster:
Ik doe aangifte van diefstal van bier en statiegeld producten vanuit de tuin van mijn woning, gevestigd aan de [adres 3] te Zwolle.
Op zaterdag 21 september 2024 werd ik rond 02.50 uur wakker. Ik deed het licht aan en zag dat er een man vlak naast onze tuin staan. Ik zag dat de man direct wegrende. Op camerabeelden die die nacht tussen 02:00 en 03:00 uur zijn gemaakt, is te zien dat dezelfde man als die ik eerder die nacht zelf heb gezien onze achtertuin in komt. Ik zie dat de man naar een krat Jupiler bier loopt en deze oppakt. Ik zie dat de man met het krat in zijn handen onze tuin uitloopt. De man komt ongeveer 5 à 7 minuten later weer terug in onze tuin. Ik zie dat de man naar een mandje met lege statiegeld blikjes en flesjes loopt en deze mand optilt en meeneemt onze tuin uit. Ik zie dat de man weer na ongeveer 5 à 7 minuten terug komt in onze tuin en nog een mandje met lege statiegeld blikjes en flesjes optilt.
Ik kan de man als volg omschrijven:
-Nederlandse jongen
-Blond haar
-Ingevallen gezicht
-Donker vest en broek
-Pec Zwolle shirt
-Broek leek wat te kort, hoog water broek.
-Onverzorgd type
-Opvallend grote neus.
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 3] van 24 oktober 2024, inclusief fotoblad, pagina’s 48 tot en met 55, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van die verbalisant:
Op tijdsstip 01:42:49 uur zag ik een man, vanaf links in beeld komen. Ik zag dat de man in beeld kwam toen hij langs de vaste border met daarin bloemen liep. De border bevond zich, vanuit de man zijn positie aan zijn linkerkant.
De man heeft een blanke huidskleur, donkerblond haar aan de zijkanten en bovenop
kalend. De man droeg een wit shirt met blauwe opdruk, die mij bekend is als een shirt
van de voetbalclub PEC-Zwolle, een blauw vest en een donkerblauwe broek, zwarte
sokken en zwarte schoenen. De man droeg een zwarte rugtas op zijn rug.
Op tijdstip 01:42:55 uur zag ik dat de man uit beeld liep, de man liep vanuit de
positie van de camera rechts uit beeld.
Op tijdstip 01:43:00 uur zag ik de man vanuit de rechterkant weer in beeld en ik zag
dat de man in zijn rechterhand een voorwerp mee droeg. Dit voorwerp herken ik als een
bierkrat van het merk Jupiler.
Op tijdstip 01:45:02 uur zag ik dat de man dezelfde rechter richting op liep, gelijk aan moment: 01:42:55 uur.
Op tijdstip 01:45:10 uur zag ik de man rechts in beeld kwam. De man droeg op dat
moment 2 bakjes bij zich. Hij hield deze bakjes vast door in elke hand 1 bakje vast te houden. Ik zag op de beelden dat het ging om één oranje bak en één rode bak.
Op tijdstip 01:47:00 uur zag ik dat de man dezelfde rechterkant op liep, zoals ook te zien in eerdere beelden.
Op tijdstip 01:47:02 zag ik dat de man aan de rechterkant uit beeld verdween.
Op tijdstip 01:47:08 zag ik de man aan de rechterkant in het beeld komen. Ik zag dat de man in zijn rechterhand een bakje vasthield.
3.
Het proces-verbaal herkenning persoon door opsporingsambtenaar [verbalisant 4] van 4 oktober 2024, inclusief fotoblad, pagina’s 58 tot en met 61, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van die verbalisant:
De persoon op foto 1 herken ik als:
Achternaam: [verdachte]
Voornamen: [verdachte]
Ik ken hem vanuit mijn werkzaamheden als politieambtenaar. Ik kom de persoon wekelijks tegen. Ik spreek hem ook wekelijks en heb verdachte vaak aangehouden voor strafbare feiten. De laatste keer dat ik hem zag was op donderdag 26 september 2024 om 15:00 uur. Het contact duurde toen ongeveer 5 minuten. Ik herkende hem aan het totaalbeeld van zijn kenmerken. Ik herkende de verdachte direct toen ik de foto zag. Ik herkende de verdachte aan zijn gespitste neus en zijn kalend blonde haar. Ik ben ook bekend met het feit dat verdachte in het PEC Zwolle shirt loopt welke hij op de foto ook aan heeft.
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 3] van 24 oktober 2024, pagina 69, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangever:
Toen ik in de middag van 21 september 2024 in de buurtapp een appje kreeg dat er bij buren ingebroken was ben ik zelf buiten gaan kijken. Ik zag dat er twee fietsen weg waren. De blauwe Spirit en de witte Puch.
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 5] van 25 oktober 2024, inclusief fotoblad, pagina’s 73, 76 en 77, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van die verbalisant:
Op tijdsstip 02:35:50 uur, zie ik dat de camera draait en begint te filmen richting de plek waar de fietsen staan. In beeld is direct een man te zien. De man ziet er als volgt uit:
- donkerblond haar aan de zijkanten en bovenop kalend
- een wit shirt met blauwe opdruk, die mij bekend is als een shirt van de voetbalclub
- zwarte rugtas op zijn rug.
Op tijdstip 02:35:55 uur, zie ik dat de man een lichtblauwe fiets pakt. De fiets heeft voorop een rekje met daarop een zwart krat. Ik zie dat de man de fiets oppakt en richting de openbare weg loopt.
Op tijdstip 02:36:04 uur, zie ik dat de man op de fiets stapt en weg fietst uit beeld.
3.
Het proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 6] van 26 oktober 2024, pagina 56, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als relaas van die verbalisant:
Tevens heb ik de beelden gekeken van de diefstal van de fiets in proces [nummer 2].
Ik herkende ook op deze camerabeelden [verdachte] als degene die op de beelden staat en de
fiets steelt. Ik herken de verdachte [verdachte] omdat ik deze op 26 oktober 2024 zelf heb gezien en zijn gezicht op de beelden herken.