[getuige 1] heeft onder meer verklaard:
(...)
Van tevoren is afgesproken wat de intentie was met het te huren pand. Ook met betrekking tot het bestemmingsplan. Ik zei bij de bezichtiging: Opslag is leuk, maar een koeling heeft stroom nodig en voor het afwassen hebben we water nodig. En gas is makkelijk voor de voorbereiding van de foodtrucks en andere doeleinden. Maar dat zat er allemaal niet in.
[getuige 2] zei het komt allemaal goed. Dat regel ik. 4 weken, maximaal 6. Dit is bij de bezichtiging besproken, ik weet niet meer wanneer dat was. Ik weet ook niet wanneer het contract is ingegaan. De bezichtiging was 2, 3 weken daarvoor.
[getuige 2] zei dat hij zijn mensen voor had om de Nutsvoorzieningen te regelen.
Als het er allemaal niet in zit, kan er ook niks gedaan worden zei ik tegen [getuige 2].
Dan kan er ook weinig verdiend worden en wordt het ook moeilijk te betalen. Als [getuige 2] het allemaal zou regelen zou de huur geen probleem zijn. Ik heb hem duidelijk gezegd als het er niet in zit krijg je ook geen huur. Daarop zei hij maak je niet druk, ik regel dat. 4 tot 6 weken dan zit alles erin.
[getuige 2] zei dat hij er mee aan de gang zou gaan en het zou regelen.
Uiteindelijk is het pand betreden nadat de borg betaald is. We hadden de sleutel. Er is meerdere keren gevraagd hoe het met de Nutsvoorzieningen zat aan de heer [getuige 2].
Hij was ermee bezig. Uiteindelijk kwam het hoge woord eruit dat ze geen aansluiting naar de meterkast toe konden aanleggen. Toen heeft [getuige 2] mij nog gevraagd hoe het zat met huur overmaken. [partij A] had gezegd dat er nog geen huur betaald was en [getuige 2] vroeg mij hoe het zat.
Ik heb gezegd dat ik ook nog geen gas, water en licht had. Tegen [getuige 2] zei ik: Jij zou het regelen, maar hebt dat niet gedaan. Zonder dat geen huur, dat had ik op voorhand al gezegd.
Toen was de vraag hoe een en ander op te lossen. Ik heb gezegd met gas, water en licht.
Voordat de contracten getekend waren is afgesproken dat geen huur betaald zou worden totdat er gas, water en licht in zat. Die afspraak is mondeling in de hal zelf gemaakt. Daarbij waren mijn vrouw, ik en de heer [getuige 2] aanwezig. Dit staat niet in de schriftelijke huurovereenkomst. Waarom weet ik niet.
Ik weet precies wat mr. Booijink bedoelt. Ik heb net gezegd: tijdens de bezichtiging heb ik op voorhand aangegeven dat het moeilijk zou worden als er geen Nutsvoorzieningen aanwezig waren.
Toen heb ik al gezegd: geen voorzieningen, geen huur. 6 weken na het begin van de huurovereenkomst kwam [getuige 2] vragen naar de huur. Toen heb ik weer tegen hem gezegd, net zoals tijdens de bezichtiging, dat er geen huur betaald zou worden zonder Nutsvoorzieningen.