ECLI:NL:RBOVE:2025:6063

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
16 oktober 2025
Publicatiedatum
15 oktober 2025
Zaaknummer
08-110930-22
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling van een terbeschikkinggestelde na bewezen misdrijven

Op 16 oktober 2025 heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, uitspraak gedaan in de zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling van een terbeschikkinggestelde, geboren in 2001. De terbeschikkingstelling was eerder opgelegd op 25 november 2022 na bewezenverklaring van ernstige misdrijven, waaronder opzettelijk brand stichten en diefstal. De rechtbank heeft de terbeschikkingstelling verlengd met twee jaren, op basis van een vordering van het Openbaar Ministerie die op 25 augustus 2025 was ingediend. Tijdens de zitting op 2 oktober 2025 is de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsman, gehoord. De raadsman pleitte voor een kortere verlenging van een jaar, verwijzend naar de positieve ontwikkeling van de terbeschikkinggestelde in de kliniek. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen vereisen dat de maatregel wordt verlengd, gezien de nog aanwezige stoornissen en het recidiverisico. De rechtbank heeft de rapportages van de kliniek en de deskundige in overweging genomen, waaruit bleek dat de terbeschikkinggestelde een autismespectrumstoornis en andere psychische problemen heeft. Ondanks positieve ontwikkelingen in de behandeling, zoals medicatietrouw en deelname aan therapieën, is het recidiverisico nog steeds aanwezig. De rechtbank concludeert dat de terbeschikkinggestelde nog verdere stappen moet doorlopen in zijn behandeling en resocialisatie, en dat een verlenging van twee jaren noodzakelijk is om deze processen te waarborgen.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08-110930-22
Datum uitspraak: 16 oktober 2025
Beslissingop de vordering van het Openbaar Ministerie tot verlenging van de terbeschikkingstelling van:
[de terbeschikkinggestelde],
geboren op [geboortedatum] 2001 te [geboorteplaats],
verblijvende in Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC) [locatie 1],
hierna te noemen: de terbeschikkinggestelde.

1.De aanleiding

De terbeschikkinggestelde is bij vonnis van de rechtbank Overijssel van 25 november 2022 ter beschikking gesteld met bevel tot verpleging van overheidswege, na bewezenverklaring van de misdrijven:
  • opzettelijk brand stichten, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen, levensgevaar en gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander te duchten is;
  • diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking en inklimming;
  • diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en inklimming.
De terbeschikkingstelling is ingegaan op 27 september 2023. De maatregel eindigt, behoudens nadere voorziening, op 27 september 2025.

2.De stukken

De rechtbank heeft kennis genomen van de op grond van artikel 6:6:12 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) overgelegde stukken, te weten:
- het verlengingsadvies van FPC Dr. S. van Mesdag (hierna: de kliniek) van
29 juli 2025, opgemaakt en ondertekend door S. Wopereis, MSc, GZ-psycholoog, zorginhoudelijk manager en plaatsvervangend hoofd van de instelling, ondertekend
in opdrachtnamens M. Meulenbeek, klinisch psycholoog, regiebehandelaar en S. ten Heuvel, behandelend psychiater;
- de wettelijke aantekeningen over de periode van 28 november 2024 tot en met
1 juli 2025.

3.De procedure

Het Openbaar Ministerie heeft op 25 augustus 2025 een vordering ingediend tot verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaren.
Het onderzoek van de zaak heeft plaatsgevonden op de openbare terechtzitting van
2 oktober 2025. De rechtbank heeft op die zitting gehoord:
  • de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsman mr. S.O. Roosjen, advocaat te Groningen;
  • de officier van justitie;
  • N. Vastenburg, GZ-psycholoog en regiebehandelaar, als deskundige.
De officier van justitie heeft gepersisteerd bij de vordering tot verlenging van de termijn van terbeschikkingstelling met twee jaren.
De terbeschikkinggestelde en zijn raadsman hebben verzocht de duur van de verlenging van de maatregel van terbeschikkingstelling te beperken tot een jaar, ondanks dat een verlenging met een termijn van twee jaar voor de hand ligt. De raadsman heeft daartoe onder meer aangevoerd dat de terbeschikkinggestelde een positieve ontwikkeling heeft doorgemaakt. Hij is buitengewoon gemotiveerd en heeft al de nodige stappen gezet. Daarnaast zal een verlenging voor de duur van een jaar voor de terbeschikkinggestelde als een beloning voor zijn goede ontwikkeling voelen en kan hierin enige compensatie worden geboden voor de periode waarin hij als passant in de P.I. in [locatie 2] verbleef.

4.De beoordeling

De vordering is op 25 augustus 2025 ingediend. Dit is tijdig.
De rechtbank dient op grond van het bepaalde in de artikelen 38d en 38e van het Wetboek
van Strafrecht (Sr) te bepalen of de termijn van de maatregel van terbeschikkingstelling moet worden verlengd.
De rechtbank neemt bij haar overwegingen het over de terbeschikkinggestelde opgemaakte advies van de kliniek, de wettelijke aantekeningen en de toelichting van de deskundige ter zitting in aanmerking.
Het verlengingsadvies van de kliniek en de toelichting van de deskundige ter zitting
Het rapport van de kliniek houdt, zakelijk weergegeven, onder meer het volgende in.
Bij de terbeschikkinggestelde is sprake van een autismespectrumstoornis, ADHD, overwegend onoplettendheid en persoonlijkheidsscheefgroei richting cluster B (antisociale, narcistische en theatrale trekken). De terbeschikkinggestelde verblijft sinds november 2024 in het kader van de terbeschikkingstelling in de huidige kliniek. Vanaf de opname in de kliniek is de terbeschikkinggestelde in afzondering geplaatst en heeft hij een Extreem Vlucht- en Beheersgevaarlijk (EVBG)-status gekregen. Bij opname in de kliniek was de terbeschikkinggestelde zeer afwerend jegens medicatie. Hij stelde geen medicatie nodig te hebben en vreesde voor bijwerkingen. In de periode hierna verslechterde het toestandsbeeld en namen de spanning en vijandigheid toe. In december 2024 is een gedwongen geneeskundige handeling toegediend om acuut gevaar af te dwingen waarna B-dwangbehandeling is gestart. Aan de terbeschikkinggestelde is medicatie (antipsychoticum) toegediend. Gedurende de daaropvolgende periode was de terbeschikkinggestelde rustiger en verbeterde het toestandsbeeld. De terbeschikkinggestelde was goed in contact met het behandelteam waardoor in februari 2025 de afzonderingsmaatregel is opgeheven.
In de daaropvolgende periode hebben zich geen incidenten voorgedaan en verliep alles rustig. De terbeschikkinggestelde was vriendelijk aanwezig en gaf meer zicht op zijn belevingswereld. Daarnaast is er sprake van een groeiend ziekte-inzicht en is hij gemotiveerd voor zowel medicamenteuze als niet-medicamenteuze behandeling om problematisch gedrag te voorkomen. De terbeschikkinggestelde is in maart 2025 gestart met dagbesteding en heeft PMT en muziektherapie met een positief gevolg afgerond. Ook heeft hij educatie gevolgd en is hij gestart met fitness binnen de kliniek. De terbeschikkinggestelde is als gevolg van alle positieve ontwikkelingen in juni 2025 overgeplaatst naar een reguliere doorstroomafdeling. Deze overplaatsing is goed verlopen en hij is positief aanwezig op deze afdeling. Door de overplaatsing heeft de terbeschikkinggestelde minder dagbesteding, wat kan zorgen voor verveling, maar dit lost hij zelfstandig op door alleen of met anderen activiteiten te ondernemen. De terbeschikkinggestelde heeft voornamelijk contact met zijn moeder. Dit is een beschermend contact. De terbeschikkinggestelde ontvangt therapie voor het leren omgaan met zijn stoornissen en het opdoen van positieve ervaringen. Hij leert zijn gedachten te toetsen en minder achterdochtig te zijn in situaties die zich voordoen.
Er is nog geen informatie beschikbaar over delictgerelateerde criminogene factoren, omdat de terbeschikkinggestelde pas sinds november 2024 in de kliniek verblijft en er nog geen diagnostisch onderzoek beschikbaar is. Door de huidige medicatie, signaleringsplannen en therapieën is de kans op recidive afgenomen. Het recidiverisico wordt in het geval van een beëindiging van het toezicht of de maatregel ingeschat als matig tot hoog. De komende periode zal in het teken staan van behoud van het stabiel functioneren, het toetsen hoe de terbeschikkinggestelde zich verhoudt op een reguliere doorstroomafdeling, behandeling en adequate instelling op medicatie. Afhankelijk van de ontwikkelingen in de behandeling van de terbeschikkinggestelde zal na verloop van tijd een passend resocialisatietraject worden bepaald. De problematiek is tot dusver niet afdoende behandeld en de kliniek adviseert daarom de maatregel met twee jaar te verlengen.
Deskundige Vastenburg heeft het advies ter zitting gehandhaafd. Aanvullend heeft zij opgemerkt dat de terbeschikkinggestelde de afgelopen twee maanden de positieve tendens heeft weten voort te zetten. Er is gestart met het maken van een delictanalyse en de verwachting is dat deze delictanalyse eind dit jaar zal worden afgerond. Wanneer deze is afgerond, is het voornemen om een verlofmachtiging aan te vragen zodat gestart kan worden met begeleid verlof. De verwachting is dat voor de terbeschikkinggestelde over een jaar begeleid of wellicht al onbegeleid verlof aan de orde is. Als het programma toeneemt, kan de draagkracht van de terbeschikkinggestelde getoetst worden en of hij stabiel en goed blijft functioneren. Op basis van psychiatrisch onderzoek zijn er aanwijzingen voor de aanwezigheid van psychotische kwetsbaarheid. Het is van belang dat de behandeling gericht is op de psychotische kwetsbaarheid en het verkrijgen van meer inzicht in de eigen problematiek. De terbeschikkinggestelde is goed ingesteld op medicatie en de samenwerking verloopt prettig.
Het oordeel van de rechtbank
Gelet op de rapportage en hetgeen tijdens de zitting is besproken, is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen eist dat de maatregel van terbeschikkingstelling wordt verlengd. Er is nog sprake van stoornissen en van recidiverisico. Aan de gronden voor verlenging van de maatregel wordt voldaan.
De terbeschikkinggestelde is eind november 2024 opgenomen in de huidige kliniek. De rechtbank stelt vast dat de beginperiode moeizaam is verlopen met incidenten, maar dat na de B-dwangbehandeling met toediening van medicatie het toestandsbeeld verbeterde en de terbeschikkinggestelde rustiger werd. De terbeschikkinggestelde heeft de periode daarna een positieve ontwikkeling doorgemaakt. Hij verblijft op een reguliere doorstroomafdeling en heeft daar stabiliteit gevonden en voortuitgang geboekt. Hij is gemotiveerd, zet zich goed in voor verschillende therapieën en is goed ingesteld op medicatie. Hij merkt dat de medicatie een groot verschil maakt en het huidige antipsychoticum bevalt hem goed. De komende periode staat in het teken van behoud van een stabiel gedragsbeeld, behoud van de medicatietrouw, risicomanagement, behandeling en het geleidelijk toewerken naar resocialisatie door middel van begeleid verlof. Daarnaast dient de delictanalyse te worden afgerond en zal nader diagnostisch onderzoek worden gedaan naar de psychotische kwetsbaarheid van de terbeschikkinggestelde, waarna hij een behandeling kan volgen waardoor hij meer inzicht verkrijgt in zijn problematiek.
Het recidiverisico is gedurende de behandeling verminderd door de huidige medicatie, signaleringsplannen en therapieën, maar wordt bij beëindiging van de maatregel nog als matig tot hoog ingeschat. Verlenging van de maatregel is noodzakelijk, omdat de terbeschikkinggestelde nog de nodige stappen moet doorlopen. Gezien de problematiek en de kwetsbaarheid van de terbeschikkinggestelde zal het beoogde traject geleidelijk en zorgvuldig gevolgd moeten worden. Het is daarbij van groot belang dat de terbeschikkinggestelde stabiel blijft functioneren.
De rechtbank hanteert als uitgangspunt dat, indien aannemelijk is geworden dat behandeling en resocialisatie in het bestaande juridisch kader meer tijd in beslag zal nemen dan de tijd die resteert bij een verlenging met een jaar, de terbeschikkingstelling in beginsel verlengd dient te worden met een termijn van twee jaren. De rechtbank ziet in hetgeen de raadsman naar voren heeft gebracht geen bijzondere omstandigheden om af te wijken van dit uitgangspunt. De terbeschikkinggestelde staat nog aan het begin van het traject. De rechtbank stelt vast dat niet te verwachten valt dat binnen een jaar gronden aanwezig zullen zijn die een ander juridisch kader mogelijk maken. De verwachting is dat voor het doorlopen van de behandeling en het resocialisatietraject daarna zeker meer dan een jaar nodig is, mede gelet op de aanwijzingen voor psychotische kwetsbaarheid die onlangs aan het licht zijn gekomen. De rechtbank zal derhalve de terbeschikkingstelling met twee jaren verlengen.

5.De beslissing

De rechtbank:
- verlengt de terbeschikkingstelling van
[de terbeschikkinggestelde]met twee jaren.
Aldus gegeven door mr. M.H. van der Lecq, voorzitter, mr. C. Verdoold en
mr. M.S. de Waard, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S. Koster als griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 16 oktober 2025.
Buiten staat
Mr. De Waard is niet in de gelegenheid deze beslissing mede te ondertekenen.
De griffier is niet in de gelegenheid deze beslissing mede te ondertekenen.