ECLI:NL:RBOVE:2025:4918

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
23 juli 2025
Publicatiedatum
24 juli 2025
Zaaknummer
11748503 \ CV EXPL 25-1768
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing vorderingen eisers in kort geding tegen Target Fixings B.V. inzake funderingsproblemen en herstelwerkzaamheden

In deze zaak vorderden eisers, [eiser 1] en [eiser 2], dat Target Fixings B.V. werd veroordeeld om de schroefpaal te ontkoppelen van de fundering van hun woning en om herstelwerkzaamheden uit te voeren conform een deskundigenrapport. De eisers stelden dat de fundering van hun woning negatief was beïnvloed door de werkzaamheden van Target Fixings, die zij in 2020 hadden ingeschakeld voor herstel van scheuren in de muren. Target Fixings voerde aan dat hun werkzaamheden de fundering juist hadden verbeterd en dat de scheuren het gevolg waren van een constructief probleem. De kantonrechter oordeelde dat eisers niet voldoende spoedeisend belang hadden aangetoond en dat hun vorderingen niet toewijsbaar waren. De rechtbank wees de vorderingen van eisers af en veroordeelde hen in de proceskosten van Target Fixings.

Uitspraak

RECHTBANKOVERIJSSEL
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Enschede
Zaaknummer: 11748503 \ CV EXPL 25-1768
Vonnis in kort geding van 23 juli 2025
in de zaak van

1.[eiser 1],

en
2.
[eiser 2],
beiden te [woonplaats],
eisende partijen,
hierna samen te noemen: [eisers],
gemachtigden: mrs. D.V.W. Hakhoff en E.L.P. Custers,
tegen
TARGET FIXINGS B.V.,
te Heerenveen,
gedaagde partij,
hierna te noemen: Target Fixings,
gemachtigden: mrs. U.R.A. Koeze en S. Boonstra.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de producties van [eisers]
- de producties van Target Fixings
- de mondelinge behandeling van 18 juli 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt
- de pleitnota van [eisers]
- de pleitnota van Target Fixings.

2.De feiten

2.1.
In 2020 heeft [eisers] de woning aan de [adres] gekocht. Deze woning is gebouwd in 1986. Omdat er sprake was van enkele schuren in de muren aan de achterzijde heeft [eisers] deze muren voorzien van nieuw stucwerk.
2.2.
Nadat [eisers] in 2024 opnieuw scheuren opmerkte, heeft hij contact gezocht met Target Fixings. Zij heeft op 4 april 2024 een offerte uitgebracht, waarin onder meer staat:
In grote lijnen betreft dit het aanbrengen van Barflex metselwerkwapening en een HeliPile funderingspalen. Door het aanbrengen van metselwerkwapening wordt het metselwerk versterkt en de gescheurde delen opnieuw met elkaar verbonden. Tevens zorgt deze muurwapening ervoor dat toekomstige trek en kruip krachten beter worden verdeeld over het geheel en zich niet uiten op de zwakke plekken in een gevel.
Daarnaast wordt er een HeliPile schroeffunderingspalen aangebracht. Dit omdat wij denken dat de uitbouw van de buren ook de nodige druklast geeft op jullie fundering. Om deze op te vangen hebben wij een HeliPile paal in het plan opgenomen.
Aangeboden prijs voor het werk is € 10.853,-, te vermeerderen met btw.
2.3.
Na afronding van het werk heeft Target Fixings op 1 juli 2024 een tweede offerte uitgebracht. Hierin staat onder meer:
Bij de vorige werkzaamheden kwam naar voren dat er geen betonstrook was aangebracht voor de fundering maar dat er “losse” kalkzandstenen op staal gestapeld zijn. Hierdoor is er geen stabiele constructieve fundering aanwezig voor de aanbouw.
Door het aanbrengen van metselwerkwapening wordt de “losse” kalkzandsteen fundering versterkt en onderling met elkaar verbonden tot een geheel. Hiermee creeren wij onderlinge verbinding, draagvermogen en versprijden wij de krachten over de gehel gevel en worden piekbelastingen voorkomen.
Om het geheel te stabiliseren en verdere verzakkingen tegen te gaan, worden er 12 HeliPile schroeffunderingspalen aangebracht.
Dit werk is aangeboden voor een bedrag van € 34.835,-, te vermeerderen met btw.
2.4.
[eisers] heeft vervolgens TOP Expertise B.V. gevraagd een onderzoek te verrichten. Dit onderzoek is op 4 oktober 2024 verricht door de heer [naam 2], in het bijzijn van (onder anderen) de heer [naam 3] (directeur van Target Fixings) en de heer
[naam 4] van Ingenieursbureau Heino.
2.5.
Bij mail van 6 oktober 2024 heeft [naam 1] bericht als volgt:
Vrijdag jl. hebben wij gezamenlijk vastgesteld dat de fundatie van de woning en de uitbouw op begane grondniveau aan de achterzijde van de woning identiek is. Door het betreden van de kruipruimte en het vrijmaken van de fundering hebben wij dit geconstateerd. Wij achten dit ook niet verwonderlijk daar de uitbouw, volgens de originele bouwtekeningen, als optie bij de realisatie van de woning tegelijk is gebouwd.
Door het aanbrengen van één schroefpaal aan de rechterzijde van de achtergevel van de uitbouw (vanuit de tuin bekeken) is de fundatie negatief beïnvloed. Er is immers nu een kans op onevenredige zetting van het pand ontstaan terwijl bij verwerking in de bodem het pand voordien evenredig kon zetten (...)
Zoals besproken achten alle betrokken partijen het daarom van belang dat de paal moet worden losgekoppeld van de fundering om gevolgschade te voorkomen. De kosten hiervoor zullen uiteraard moeten worden gedragen door Target Fixings.
Om de schade voor [eisers] vast te kunnen stellen ontvangen wij graag van u een openbegroting van de kosten ad € 10.853,00 exclusief btw die u had geoffreerd en in rekening had gebracht, voor het herstel conform advies 1.
2.6.
Het antwoord daarop (per mail van 18 oktober 2024) van Target Fixings luidt:
Ten tijde van de start van onze rondgang ter plaatse, op vrijdag 4 oktober j.l., werd ons (...) meegedeeld dat u reeds geconstateerd had dat er geen uitbouw (aangebouwd bijgebouw) aan de achterzijde van de oorspronkelijke woning toegevoegd was. (...)
Na nadere beoordeling van de bouwtekeningen, onder andere van de in het jaar 2000 gerealiseerde uitbouw/verbouw aan de achterzijde van de woning en interne verbouw van het achterste deel van de garage, komen wij tot een andere conclusie, namelijk dat er daadwerkelijk wél aan de achterzijde van de woning een uitbreiding heeft plaatsgevonden.
Wij zijn zodoende klaarblijkelijk tijdens de rondgang ter plaatse met incorrecte informatie/verkeerd uitgangspunt (dat er geen uitbreiding plaats zou hebben gevonden aan de achterzijde van de woning) aan de slag gegaan en hebben de besproken punten en bevindingen gebaseerd op de verkeerde gegevens/uitgangspunten.
2.7.
In antwoord daarop heeft [naam 1] op 22 oktober 2024 gemaild als volgt:
Wij, de heer [naam 4] en ik hebben u en de heer [naam 3] reeds meegedeeld dat er
geenaanwijzingen waren dat de fundatie niet zou voldoen. De heer [naam 5] verklaarde ons dat, vrij vlot na de uitvoering van de verbouwing in 2000, de verticale scheur in het stucwerk al te zien was te zien. Dit sterkt ons in onze zienswijze dat de zetting zoals die waar te nemen viel, destijds al was opgetreden en nadien niet meer is toegenomen. In de bijkeuken was er vóór 2020 geen scheur zichtbaar omdat die wand was betegeld en daartegen keukenmeubels stonden. De verticale voeg ter plaatse van de dilatatie was slechts licht losgescheurd, zoals ook op de foto’s in het rapport van Target Fixings was te zien.
(...)
Ik, de heer [naam 4], de heer [naam 5] en diens constructeur menen dat Target Fixings hier een diagnose heeft gesteld die geen recht doet aan de situatie en dat de fundatie van de woning van [eisers] door uw werkzaamheden negatief heeft beïnvloed. Wij raden Target Fixings daarom aan om de door haar gemaakte afspraken van 4 oktober 2024 na te komen en de schroefpaal met grote voorrang te ontkoppelen van de fundering om schade te voorkomen. (...)
2.8.
In het door [naam 1] opgemaakte rapport d.d. 31 oktober 2024 staat:
Tijdens de werkzaamheden constateerde Target Fixings dat de fundatie van de uitbouw anders was uitgevoerd dan aanvankelijk was getekend. Target Fixings meende dat de fundatie niet voldeed en dat het pand onderhevig was aan zetting.
(...)
Op de tekening staat een gemetselde fundering op een strook beton getekend. Maar klaarblijkelijk is de aannemer die de woningen destijds had gebouwd, hiervan afgeweken. Hij heeft de fundatie van de woningen en de uitbreiding gemetseld op een vlijlaag van kalkzandsteenblokken met daartussen bijlegwapening.
(...)
Wij en de heer ing. [naam 4] van IB Heino, menen dat de werkzaamheden die Target Fixings had geadviseerd en verricht, de constructie niet verbeteren, maar juist negatief beïnvloeden.
Bij werking van de bodem, door bijvoorbeeld het fluctueren van grondwater, treedt er zetting op. Deze zetting was vóór het werk van Target Fixings evenredig. Omdat de woning nu niet meer geheel is gefundeerd op staal, maar gedeeltelijk op een schroefpaal zal dit leiden tot verschilzettingen met kans op constructieve gebreken tot gevolg.
(...)
Het gaat hier om scheuren die in 2004, net na het werk van de heer [naam 5], door zetting zijn opgetreden. Gelet op de conditie van het metsel- en voegwerk, menen wij dan ook dat het repareren van de voegen door het uithakken van de gescheurde voegen en het opnieuw aanbrengen van voegwerk had volstaan. Lintvoegwapening was ons inziens overbodig.
Het herstel van het voegwerk had in één dag kunnen worden uitgevoerd. De kosten hiervoor inclusief materiaal en btw ramen wij op € 750,--. Mogelijk zouden de voegen na verloop van tijd nogmaals licht (kunnen) scheuren. In dat geval zou het herstel dan opnieuw moeten worden verricht. Hiermee rekening houdend zouden de herstelkosten voor de familie [eisers] maximaal
€ 1.500,--inclusief btw zijn geweest.
(...)
2.9.
In de op 2 december gemailde reactie van Target Fixings staat onder meer:
Er wordt geen bewijs geleverd ter ondersteuning van uw bewering dat de fundering van het huis negatief is beïnvloed door de werkzaamheden die door Target Fixings zijn uitgevoerd. Target Fixings beweert het tegenovergestelde – dat het werk de fundering ten goede is gekomen – op basis van het bewijsmateriaal hierin.
Uw mening dat de fundering vóór de werkzaamheden van Target Fixings in orde was, is onjuist. De linker achterkant van het gebouw is duidelijk verzakt, waaruit blijkt dat de fundering niet geschikt is. De interne scheuren van rechtsachter worden veroorzaakt door seizoensgebonden beweging, wat opnieuw aantoont dat de fundering niet geschikt is.
De Heli Pile zal de seizoensgebonden beweging stoppen en de Bar Flex wapening zal een buigzame overgang creëren tussen de Heli Pile en de oorspronkelijke fundering. De Bar Flex-balk zal ook de falende fundering aan de linkerkant ondersteunen, waardoor de belasting terug kan worden gekanteld over het oorspronkelijke metselwerk en op de oorspronkelijke fundering. De Bar Flex-balk biedt nog meer veerkracht voor de ongeschikte funderingen en verdeelt de belasting over de hele fundering, waardoor de kans kleiner wordt dat puntbelastingen differentiële bewegingen veroorzaken.
2.10.
Target Fixings heeft Krekon Raadgevende Ingenieurs B.V. ingeschakeld met de vraag of het door haar geadviseerde herstelplan een duurzame en doeltreffende oplossing biedt voor de bestaande verzakkingsproblematiek en met name of het aannemelijk is of de aangebrachte herstelwijze aanleiding is voor het optreden van nieuwe scheuren in de oorspronkelijk getroffen gevels.
Volgens het door Krekon opgemaakte rapport is er sprake van een zettingsverschil (ongelijkmatige zetting) tussen het in 1986 en het in 2000 gerealiseerde deel.
De algemene conclusie (pagina 25 van het rapport) is:
De vervorming van de ondergrond is de oorzaak van het ontstaan van de scheuren in het metselwerk.
De scheuren zijn ontstaan direct na de uitbreiding die in 2000 gerealiseerd is, alle waargenomen scheuren dus oude scheuren.
De uitbreiding van pand met huisnummer [nummer] heeft de fundering links achter extra belast waardoor er extra scheuren in de overgang tussen 1986 deel en 2000 zijn opgetreden.
De oplossing die Target Fixings heeft aangeboden en aangebracht voldoet aan alle te stellen eisen om het probleem op te lossen.
De Helipile (funderingspaal) hoeft niet te worden weggehaald.
2.11.
Target Fixings heeft ook dr. [naam 6] ingeschakeld. In zijn rapport is vermeld:
Many factors clearly indicate that subsidence has occurred at the rear of the property, and that this subsidence is related to the construction of the extension at the back of the house.
(...)
The remedial works carried out by Target Fixings substantially addressed the damage to the house. The installed Heli Pile will arrest the settlement of the left corner of the building and will stop the cracking in the inner wall. The additional reinforcement will assist to mitigate any differential settlement of the differently founded parts of the building. Thus, any immediate cracking due to the uneven settlement of the rear foundations is not expected, although cannot be precluded over a longer time span.
The subsidence on the right side still needs to be addressed and the foundations along the rear of the building extension should also be improved. The soil injections (suggested by TOP) and the helical micropiles (Heli Piles) are both feasible and suitable solutions to improve the foundations. The micropiles, however, seem to be a better option because they can be proof-tested to the required load capacity and thus any uncertainties related to the variability in the soil properties, can be implicitly accounted for.
Based on the discussion presented herein, there seems to be no severe neglicence on the side of Target Fixings, apart from the fact that the initial investigations could have been more comprehensive in the first instance, leading to a more accurate initial diagnosis of the problem, and having a broader scope of repairs, which fully addressed the subsidence of the rear extension.

3.Het geschil

3.1.
[eisers] vordert, samengevat, dat Target Fixings wordt veroordeeld om, op straffe van verbeurte van een dwangsom, de schroefpaal te ontkoppelen van de fundering van de woning en “de juiste werkzaamheden conform het hersteladvies van het deskundigenrapport (van TOP Expertise, ktr.) uit te voeren om de scheuren in de muren en gevels te verhelpen”. Verder vordert hij veroordeling van Target Fixings tot betaling van a) de kosten voor het laten verwijderen en weer aanbrengen van bestrating in verband met het ontkoppelen van de schroefpaal, b) een voorschot van € 12.632,- in verband met de door hem geleden schade en c) de proceskosten.
3.2.
Target Fixings voert verweer. Zij concludeert tot niet-ontvankelijkheid van [eisers], dan wel tot afwijzing van de vorderingen van [eisers], met veroordeling van [eisers] in de kosten van deze procedure.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Het gaat hier om een in kort geding gevorderde voorlopige voorziening. De kantonrechter moet daarom eerst beoordelen of [eisers] ten tijde van dit vonnis bij die voorziening een spoedeisend belang heeft. Daarnaast geldt dat de kantonrechter in dit kort geding moet beoordelen of de vorderingen in de bodemprocedure een zodanige kans van slagen hebben, dat vooruitlopend daarop toewijzing van de voorlopige voorziening gerechtvaardigd is. Als uitgangspunt geldt bovendien dat in deze procedure geen plaats is voor bewijslevering.
Spoedeisend belang
4.2.
Het begrip spoedeisend belang wordt in het kort geding in verschillende betekenissen gebruikt: als vereiste om toegang te krijgen tot de kortgedingrechter (bevoegdheids- of ontvankelijkheidsvereiste) en als vereiste voor toewijzing van de verlangde voorziening.
4.2.
Naar het oordeel van de kantonrechter is, gelet op de stellingen van [eisers], voldaan aan het spoedeisend belang als ontvankelijkheidsvereiste.
Tekortkoming?
4.3.
Volgens [eisers] is Target Fixings ten onrechte tot de conclusie gekomen dat het scheuren van de voegen het gevolg was van een constructief probleem. Haar advies om de fundering aan de achterzijde te verbeteren (door plaatsing van de Heli Pile) en om lintvoegwapening aan te brengen was dan ook onjuist. Er had volstaan kunnen worden met het uithakken van de gescheurde voegen en het opnieuw aanbrengen van voegwerk, aldus [eisers] (onder verwijzing naar het rapport van TOP Expertise). Target Fixings heeft daarop aangevoerd dat zij, in overleg met [eisers], voorafgaand aan het uitbrengen van de eerste offerte heeft volstaan met een eenvoudige inspectie (zonder openleggen van de fundering), waarna zij, op basis van deze inspectie en door [eisers] verschafte informatie, is gekomen tot haar advies. Van een onjuist advies is geen sprake. Volgens haar, en ook Krekon, is met deze aangebrachte Heli Pile sprake van een verbetering ten opzichte van de situatie daarvoor, aldus Target Fixings.
4.4.
Tussen partijen is (dus) in geschil of sprake is van een toerekenbare tekortkoming van Target Fixings. De vraag of dit het geval is – waarbij beoordeeld moet worden of
Target Fixings in de gegeven omstandigheden de zorgvuldigheid heeft betracht die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot mag worden verwacht – kan, gelet op de over en weer gemotiveerd betwiste stellingen, in deze procedure (waarin, zoals al is vermeld, in beginsel geen plaats is voor bewijslevering) niet worden beantwoord.
4.5.
Daarbij komt nog het volgende.
Het door [eisers] uit hoofde van schadevergoeding gevorderde bedrag van € 12.632,- is gebaseerd op het rapport van TOP Expertise, waarin melding wordt gemaakt van
€ 13.132,13 aan “kosten Target Fixings”, te vermeerderen met 2 × € 500,- voor het verwijderen en vervolgens weer bestraten van de achtertuin, resulterend in een bedrag van
€ 14.132,13. Op dit bedrag is vervolgens € 1.500,- in mindering gebracht, voor “kosten 2 × herstellen voegwerk o.b.v. 2 × 1 dag arbeid en materiaal”.
Het komt erop neer dat [eisers], met TOP Expertise, vindt dat hij recht heeft op terugbetaling van de door hem betaalde aanneemsom, te vermeerderen met de kosten voor de werkzaamheden aan de bestrating (nodig om de Heli Pile te kunnen ontkoppelen) en te verminderen met de kosten voor herstel die bij een juist advies zouden zijn gemaakt.
4.6.
Kennelijk gaat [eisers] er vanuit dat zijn betalingsverplichting op grond van de gestelde tekortkoming vervalt. Dat is niet het geval. Behoudens afwijkend beding kan een partij bij een wederkerige overeenkomst wanneer de wederpartij haar verplichtingen onvolledig of ondeugdelijk nakomt, slechts van haar eigen verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst worden bevrijd door ontbinding van de overeenkomst. [1]
4.7.
Om de vordering tot terugbetaling van de aanneemsom (en overigens ook de vordering betreffende het ontkoppelen van de Heli Pile) toe te kunnen wijzen, zou dus moeten komen vast te staan dat [eisers] de overeenkomst buitengerechtelijk heeft ontbonden. In kort geding kan immers geen ontbinding worden uitgesproken. Nog daargelaten de op grond van artikel 6:265 BW aan ontbinding te stellen eisen, geldt dat is gesteld noch gebleken dat [eisers] een (tot ontbinding strekkende) verklaring als bedoeld in artikel 6:267 lid 1 BW heeft uitgebracht, althans dat Target Fixings zijn uitlatingen aldus had moeten opvatten.
4.8.
Waarom [eisers] zijn vordering tot “herstel van scheuren in muren en gevels conform het hersteladvies” heeft ingesteld, valt niet in te zien. Het rapport van
TOP Expertise maakt immers geen melding van een gebrek aan de door Target Fixings aangebrachte lintvoegwapening; de conclusie is (enkel) dat aanbrengen daarvan overbodig was. Wellicht ten overvloede wordt nog opgemerkt dat na ontbinding verdere nakoming van de overeenkomst (al dan niet in de vorm van herstelwerkzaamheden) niet meer kan worden verlangd.
Geen spoedeisend belang bij toewijzing
4.9.
Ten overvloede wordt nog opgemerkt dat [eisers] onvoldoende aannemelijk weten te maken dat hij een voldoende spoedeisend belang heeft bij toewijzing van de gevraagde voorlopige voorzieningen. De verwijzing naar het rapport van TOP Expertise (zie hiervoor onder 2.8) is daarvoor onvoldoende. Hieruit volgt immers niet dat spoedig ingrijpen zonder meer is vereist. Bovendien heeft Target Fixings, onder verwijzing naar de rapporten van Krekon en [naam 6] (zie hiervoor onder 2.10 en 2.11), de noodzaak van verwijdering (laat staan met spoed) van de Heli Pile gemotiveerd betwist. Daarbij komt nog dat [eisers] wel heeft gesteld dat de scheuren in de muren zijn toegenomen in hoeveelheid en omvang, maar dat hij deze stelling niet heeft onderbouwd.
Conclusie
4.10.
De conclusie is dat de vorderingen van [eisers] niet toewijsbaar zijn.
Proceskosten
4.11.
[eisers] is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van Target Fixings worden begroot op:
- salaris gemachtigde
814,00
- nakosten
135,00
(plus de kosten van betekening zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
949,00
4.12.
De veroordeling wordt (deels) hoofdelijk uitgesproken. Dat betekent dat iedere veroordeelde kan worden gedwongen het hele bedrag te betalen. Als de één (een deel) betaalt, hoeft de ander dat (deel van het) bedrag niet meer te betalen.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
wijst de vorderingen van [eisers] af,
5.2.
veroordeelt [eisers] hoofdelijk in de proceskosten van € 949,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met de kosten van betekening als [eisers] niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend.
Dit vonnis is gewezen door mr. E. Horsthuis en in het openbaar uitgesproken op
23 juli 2025.

Voetnoten

1.HR 19 februari 1988, ECLI:NL:HR:1988:AD0206, [naam 7]/[naam 8]