Uitspraak
1.De procedure
- de mondelinge behandeling van 17 juli 2025;
- de pleitnota van [eiseres] .
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel op 18 juli 2025 uitspraak gedaan in een kort geding tussen twee ex-partners, [eiseres] en [gedaagde], die een relatie hebben gehad en samen een woning huren. De eiseres vordert dat de gedaagde de woning ontruimt, omdat zij het huurrecht van de woning wil toebedeeld krijgen. De voorzieningenrechter oordeelt dat de gedaagde de woning moet ontruimen, omdat de eiseres een groter belang heeft bij het uitsluitend gebruik van de woning, vooral gezien de zorg voor hun minderjarige kind. De rechter wijst de vordering tot ontruiming toe, met een termijn van veertien dagen voor de gedaagde om de woning te verlaten. Daarnaast wordt de gedaagde verplicht om binnen vijf dagen na de ontruiming schriftelijk aangifte te doen van zijn adreswijziging. De proceskosten worden gecompenseerd, zodat iedere partij zijn eigen kosten draagt.