ECLI:NL:RBOVE:2025:4252

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
30 juni 2025
Publicatiedatum
30 juni 2025
Zaaknummer
334811 FT RK 25/335
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de termijn van faillissementsgijzeling en informatieverplichting van de failliet

Op 30 juni 2025 heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, een beschikking gegeven in de zaak van [betrokkene], die in staat van faillissement is verklaard. De rechtbank heeft de termijn van de faillissementsgijzeling opnieuw met dertig dagen verlengd. Dit besluit volgt op een verzoek van de curator, die aangaf dat [betrokkene] nog steeds niet alle gevraagde informatie heeft verstrekt. De rechtbank oordeelt dat het belang van de boedel zwaarder weegt dan het belang van [betrokkene] bij zijn vrijheid. De rechter-commissaris heeft bevestigd dat [betrokkene] in staat is om de benodigde informatie te verstrekken, maar dat hij dit tot nu toe niet heeft gedaan. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dwang van de gijzeling effect heeft, maar dat er nog steeds een aanzienlijk deel van de gevraagde informatie ontbreekt. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met de proportionaliteit van de inbreuk op de persoonlijke vrijheid van [betrokkene] en heeft geconcludeerd dat deze gerechtvaardigd is, gezien de huidige stand van zaken. De beschikking is gegeven door mr. A.H. Margadant, voorzitter, en mrs. A.E. Zweers en W.W. van Tol, rechters, in aanwezigheid van griffier A.B. Knook.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Toezicht
Zittingsplaats Almelo
Zaaknummer: 334811 FT RK 25/335
Faillissementsnummer: F.08/23/176
datum beschikking: 30 juni 2025

Beschikking ex artikel 87 Faillissementswet

Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, meervoudige kamer voor burgerlijke zaken.
Bij vonnis van deze rechtbank van 4 oktober 2023 is:

[betrokkene] ,

geboren op [geboortedatum] 1981 te [geboorteplaats] ,
blijkens een uittreksel uit de Basisregistratie Personen geregistreerd als niet ingezetene, thans verblijvende in de PI te [verblijfplaats] ,
voorheen handelend onder de namen [bedrijf] ,
hierna te noemen “ [betrokkene] ”,
in staat van faillissement verklaard met benoeming van mr. S.J.S. Groeneveld-Koekkoek, lid van deze rechtbank, tot rechter-commissaris, en met aanstelling van mr. T.H.I.M. Pierik, advocaat te Zwolle, tot curator.

Het procesverloop

Bij beschikking van 16 april 2025 heeft de rechtbank de verzekerde bewaring van [betrokkene] bevolen. Dat bevel is op 3 mei 2025 ten uitvoer gelegd.
Bij beschikking van 28 mei 2025 heeft de rechtbank de termijn gedurende hetwelk het voornoemde bevel van kracht is, met dertig dagen verlengd.
De curator heeft bij verzoek van 20 juni 2025 verzocht om de termijn van de inbewaringstelling van [betrokkene] met dertig dagen te verlengen.
De rechter-commissaris heeft op 23 juni 2025 haar standpunt ten aanzien van het verzoek van de curator schriftelijk kenbaar gemaakt.
Op 27 juni 2025 is het verzoek van de curator om verlenging van de termijn van de verzekerde bewaring ter zitting met gesloten deuren behandeld en zijn [betrokkene] en de curator gehoord.
Van hetgeen ter zitting is verhandeld zijn door de griffier aantekeningen gemaakt.

Het verzoek van de curator

De curator heeft verzocht om de termijn van de bewaring opnieuw met dertig dagen te verlengen, omdat [betrokkene] nog steeds niet alle gevraagde gegevens (volledig) verstrekt.
Op 11 juni 2025 heeft de curator [betrokkene] voor een tweede keer bezocht in het Huis van Bewaring te [plaats] en daar heeft de curator met [betrokkene] besproken welke ontbrekende gegevens hij nog moet aanleveren. Inmiddels is er een start met het aanleveren van informatie gemaakt. [betrokkene] heeft daarvoor de hulp ingeschakeld van derden, waaronder mevrouw [naam 1] . Mevrouw [naam 1] heeft kort voor de mondelinge behandeling van het verzoek per e-mail stukken aangeleverd bij de curator, echter ontbreekt nog het volgende.
  • Inkoopfacturen Easytoys en een overzicht van de verkochte producten.De curator heeft facturen ontvangen van vóór datum faillissement. Van na datum faillissement heeft hij slechts twee of drie facturen ontvangen, terwijl er zo’n
    € 50.000,00 is betaald via de SNS-Bank. De curator wil dan ook alle facturen ontvangen.
  • Een overzicht van de nalatenschap van zijn moederInmiddels heeft de curator de bankafschriften van de rekeningen van de moeder van [betrokkene] ontvangen. Een overzicht van de nalatenschap ontbreekt echter nog altijd. De curator is bij de ontruiming van de woning van de moeder aanwezig geweest en heeft daar geen inventaris aangetroffen, terwijl [betrokkene] stelt dat er nog inboedel was, waaronder een wasmachine, vaatwasser, koelkast en een duur bed. De curator verlangt een overzicht waaruit blijkt welke goederen er zijn geweest en waar deze zijn opgeslagen en daarnaast blijkt welke goederen tegen welke prijs zijn verkocht.
  • Een overzicht van de gelden die zijn binnengekomen via de PayPal-rekening en bewijsstukken daarvan.
  • Overzicht van alle inkomsten van het gokken op BSIXTY.
  • Overzicht van alle inkomsten van de verkoop op de website via Easytoys.
Het belang van de curator bij voortzetting van de gijzeling om zo de benodigde inlichtingen te verkrijgen, weegt nog steeds zwaarder dan het belang van [betrokkene] bij zijn vrijheid.

Het standpunt van de rechter-commissaris

De rechter-commissaris verzoekt om de termijn gedurende hetwelk het bevel tot in verzekerde bewaringstelling van [betrokkene] van kracht is opnieuw met dertig dagen te verlengen.
De rechtbank heeft bij beschikking van 28 mei 2025 de termijn gedurende hetwelk het bevel tot in verzekerde bewaringstelling van [betrokkene] van kracht is met dertig dagen verlengd. Sindsdien is er door/namens [betrokkene] beperkt informatie aan de curator verstrekt. De concrete informatie die de curator verlangt, is duidelijk beschreven in het verzoek van de curator. De rechter-commissaris acht [betrokkene] , ook terwijl hij in het Huis van Bewaring verblijft, in staat om de gevraagde informatie aan te leveren. Voorzover er op platforms en/of applicaties moet worden ingelogd kan [betrokkene] inloggegevens aan de curator verstrekken. De rechter-commissaris heeft van de curator begrepen dat er ook door een familielid namens [betrokkene] informatie aan de curator is verstrekt, maar de curator nog altijd niet over alle gevraagde informatie beschikt. Op [betrokkene] rust ex artikel 105 Fw. de inlichtingenplicht en het is dan ook aan [betrokkene] om opheldering van zaken te geven.
Omdat [betrokkene] nog altijd niet voldoet aan de inlichtingenplicht, terwijl de rechter-commissaris hem daar wel toe in staat acht en daarnaast de belangen van de boedel groot zijn, acht de rechter-commissaris het proportioneel en gerechtvaardigd om de bewaring voort te zetten om zo [betrokkene] tot het verstrekken van inlichtingen te dwingen.

Het standpunt van [betrokkene]

Ter zitting heeft [betrokkene] verklaard dat hij bereid is om mee te werken en dat naar zijn indruk ook doet. Aanvankelijk heeft hij eerst moeten wennen aan zijn detentie en lukte het hem niet om informatie te verstrekken. Inmiddels heeft hij een casemanager die hem kan helpen bij het aanleveren van stukken. Samen met deze casemanager heeft hij een mapje samengesteld met informatie voor de curator. Daarnaast is zijn telefoon opgehaald en kan mevrouw [naam 1] inloggen op websites van onder meer de groothandel en gokplatforms. [betrokkene] heeft verschillende e-mails met stukken naar de curator gezonden. Naar hem pas later is gebleken zijn niet alle berichten aangekomen omdat er problemen waren met de internetverbinding in de PI.
Ten aanzien van de inkoopfacturen van Easytoys heeft [betrokkene] verklaard dat er ook facturen van na datum faillissement zijn. Deze zijn destijds digitaal verstrekt en zijn tevens terug te vinden wanneer wordt ingelogd op de website van de groothandel. Wanneer op de telefoon van [betrokkene] deze website wordt bezocht, wordt automatisch ingelogd en kunnen de facturen worden gedownload. Het was de bedoeling van [betrokkene] om mevrouw [naam 1] alle facturen te laten versturen aan de curator, maar kennelijk is dat niet gelukt. Ten aanzien van het door de curator gevraagde overzicht van de door hem verkochte producten stelt [betrokkene] zich op het standpunt dat hij het laatste half jaar geen verkoopfacturen heeft gemaakt. Hij kon alleen maar inkopen, wanneer er wat besteld was. Datgene wat er is ingekocht is door [betrokkene] verkocht en door middel van Tikkies aan hem betaald.
Over de goederen van zijn moeder heeft [betrokkene] verklaard dat hij veel van deze goederen heeft weggeven. Daarnaast heeft hij stoelen verkocht voor € 250 en een schilderij voor € 100. Het witgoed en het bed waren nog aanwezig in de woning op het moment dat [betrokkene] werd opgepakt. Volgens [betrokkene] zijn deze goederen door de woningstichting opgeslagen. Daarnaast zijn er goederen opgeslagen bij [naam 2] en [naam 3] .
[betrokkene] was in de veronderstelling dat hij de informatie over PayPal en de inkomsten uit de verkoop via de website via Easytoys reeds had aangeleverd via mevrouw [naam 1] . [betrokkene] is bereid om de inloggegevens van BSIXTY, maar ook die van Unibet en Holland casino waar hij ook gokte, aan de curator te verstrekken.

De beoordeling

Allereerst dient de rechtbank vast te stellen of [betrokkene] zijn wettelijke verplichtingen, te weten de op hem krachtens artikel 105 van de Faillissementswet rustende informatieverplichting, al dan niet naar behoren nakomt. De rechtbank is van oordeel dat [betrokkene] nog altijd niet aan die informatieverplichting voldoet en de gronden voor de in verzekerde bewaringstelling van [betrokkene] nog altijd onverkort aanwezig zijn.
Vervolgens dient de rechtbank, mede gezien hetgeen is bepaald in artikel 5 EVRM, een afweging te maken of gezien de huidige stand van zaken betreffende het (niet) voldoen aan de op [betrokkene] rustende informatieverplichting, een voortgezette inbreuk op de persoonlijke vrijheid van [betrokkene] gerechtvaardigd is. De rechtbank is van oordeel dat deze zogenaamde proportionaliteitseis in het nadeel van [betrokkene] uitwijst.
De rechtbank is dan ook van oordeel dat de termijn gedurende hetwelk het gegeven bevel tot inbewaringstelling van [betrokkene] van kracht is opnieuw dient te worden verlengd met een termijn van dertig dagen. Het volgende wordt daartoe overwogen.
In de afgelopen weken is er door dan wel namens [betrokkene] informatie aan de curator verschaft. Daaruit volgt dat de dwang die van de bewaring uitgaat effect heeft. Er ontbreekt echter ook nog altijd een aanzienlijk deel van de gevraagde informatie. Ter zitting heeft [betrokkene] verklaard dat hij bereid is om ook die informatie te verstrekken en te begrijpen welke informatie hij moet aanleveren. De lijst met goederen en hun opslagplaats kan en wil [betrokkene] opstellen en aan de curator verstrekken. Gebleken is echter dat [betrokkene] , ondanks het gegeven dat hij inmiddels bijna twee maanden in verzekerde bewaring is gesteld, daar tot op heden niet toe is overgegaan. Dat maakt dat de rechtbank er geen vertrouwen in heeft dat [betrokkene] deze informatie vrijwillig zal aanleveren wanneer hij in vrijheid zou worden gesteld.
Ten aanzien van de informatie die digitaal beschikbaar moet worden gesteld heeft te gelden dat [betrokkene] eerst recent zijn telefoon aan mevrouw [naam 1] heeft afgegeven. Met deze telefoon kan op verschillende websites/platformen worden ingelogd. Naar zeggen van [betrokkene] beschikt mevrouw [naam 1] -voor zover vereist- over inloggegevens. Verder heeft [betrokkene] verklaard dat hij er geen bezwaar tegen heeft wanneer mevrouw [naam 1] zijn telefoon aan de curator beschikbaar stelt cq. samen met de curator zijn telefoon gebruikt. De curator heeft dan ook (nog) niet kunnen verifiëren of alle door hem gevraagde -digitale- informatie daadwerkelijk beschikbaar is. Ook daarin ziet de rechtbank aanleiding om de gijzeling nog niet te beëindigen. Daarbij wordt opgemerkt dat het aan de curator is om op korte termijn een afspraak met mevrouw [naam 1] te maken, zodat de bewaring niet onnodig lang voortduurt.
Het voorgaande maakt dat de dwang die van bewaring uitgaat nog steeds gerechtvaardigd is en de termijn van de faillissementsbewaring opnieuw dient te worden verlengd met dertig dagen.

BESCHIKKENDE

Beveelt de verlenging van de termijn, gedurende welke het bevel tot in verzekerde bewaring stelling van
[betrokkene], voornoemd van kracht is, met dertig dagen.
Deze beschikking is gegeven te Almelo op 30 juni 2025 door mr. A.H. Margadant, voorzitter, mrs. A.E. Zweers en W.W. van Tol, rechters, in tegenwoordigheid van
A.B. Knook, griffier.